Schrijfprobleem #24: personage achter plot stellen

De plot is de drijfveer achter een verhaal, daar valt niet over te twisten. Toch zijn het de personages die door lezers onthouden worden.

Denk eens terug aan de kinderboeken van vroeger, zoals Winnie de Poeh. Zijn avonturen waren leuk en spannend, maar dat is niet waar je zijn verhalen om herinnert. Het is de naïeve, vergeetachtige beer die dol is op honing die bij ons in het geheugen staat gegrift.

Hoewel kinderverhalen natuurlijk meer gecentreerd zijn op de personages, dien je evenveel aandacht te besteden aan de personages van een boek voor volwassenen. Bedenk namelijk dat elk verhaal al eens geschreven is. Het is niet het verloop van de plot dat ertoe doet, maar hoe de personages zich daarin begeven en omgaan met de situaties die jij als schrijver hen voorschotelt.

Denk aan Komt een vrouw bij de dokter. Het verhaal van een getrouwd stel dat met een fatale ziekte moet leven is al talloze keren verteld, maar krijgt door Kluun een andere draai door de persoonlijkheid van Carmen en vooral de overspelige Stijn. We leven niet zozeer mee met het verhaal, maar met de manier waarop de personages reageren op de steeds verder uit de hand lopende situaties.

Sommige auteurs schrijven personages pas uit als ze de plot van hun verhaal al klaar hebben. Je loopt daarmee echter het risico dat de personages niks qua inhoud bieden buiten het conflict van het verhaal om. Ze moeten opvulling krijgen, aanvoelen als personen van vlees en bloed, zodat de lezer zich in hen herkent en met hen mee kan leven. Probeer daarom eens een personage uit te werken tot in de diepste details, om vervolgens de plot aan te passen zodat het personage erin past. Het is uiteindelijk de combinatie van het verhaal en de personages die jouw verhaal uniek maken.