Afbeelding

Schrijfoefening: personages op een rijtje

Pexels.com

Schrijfoefening: personages op een rijtje

Personages zijn gebonden aan de context van hun verhaal. Maar zet je ze opeens in een heel andere context, dan kun je een nieuwe kant van je personage ontdekken en je inspiratie opfrissen. En omdat het niet in het 'echte' verhaal terecht hoeft te komen, zul je je minder snel druk maken om het 'perfect' te krijgen. Handig voor tijdens een schrijfdip!


Opdracht 1

Maak een lijstje van zeven personages en nummer ze 1 tot en met 7. Heb je minder dan 7 personages? Je mag ook al bestaande personages toevoegen. Het maakt bij deze opdracht niet uit of de personages uit hetzelfde verhaal komen of niet. Kijk nog niet naar opdracht 2!

Opdracht 2

Heb je een lijstje gemaakt? Beantwoord dan nu de volgende vragen, ieder met minstens drie zinnen. Het maakt hierbij niet uit of je antwoordt met een korte scène of alleen antwoord geeft op de vraag. Vertonen en vertellen mogen dus allebei.

  1. Welke vooroordelen heeft 3 over 7? Waar zijn deze vooroordelen op gebaseerd en in hoeverre kloppen ze?
  2. 1, 4 en 5 zijn gekapseisd in een storm op zee. Hoe reageren ze?
  3. Wat is het grootste geheim van 6? Wat zou 2 hiervan vinden?
  4. Wie van de andere personages zou de geheime tweelingbroer of -zus van 4 kunnen zijn en waarom?
  5. 6 en 7 moeten samenwerken om 1 te beroven. Hoe verloopt dit en slagen ze hierin?
  6. Waarom is 2 jaloers op 5? En waarom is 5 jaloers op 2?
  7. Wie van de andere personages zou 7 kiezen voor een date? Hoe zou de date verlopen?
  8. 2 is een docent. Waar geeft hij/zij les in en hoe gaat hij/zij om met leerlingen 3 en 4?
  9. Wat is de grootste angst van 1? Wie van de anderen zou deze angst het moeilijkst kunnen begrijpen?
  10. 3 is vermoord. Wie van de anderen heeft het gedaan, hoe en waarom?
  11. Hoe ziet een hechte vriendschap tussen 5 en 6 eruit? Welke activiteiten doen ze samen, wat delen ze wel en niet met elkaar en wat voor conflicten moeten ze overbruggen?

Opdracht 3

Kies één van jouw antwoorden bij opdracht 2 en werk dit uit tot een kort verhaal (400-3000 woorden).

Deel jouw antwoorden en verhaal hieronder!