Onze lastige leestekens: voorkom misverstanden

Iedereen die schrijft, loopt hoogstwaarschijnlijk zo nu en dan tegen taalproblemen aan. En vaak gaat het daarbij om leestekens. Die zijn heel belangrijk; als je ze verkeerd gebruikt, kan dat zelfs tot flinke problemen leiden. Peter van der Horst heeft er een dik boek over geschreven: de Nieuwe Leestekenwijzer.

Door Peter van der Horst

Misverstanden voorkomen

Teksten die qua taal en stijl weinig te wensen overlaten, blijken soms op interpunctiegebied onder de maat te zijn. Dat is jammer, want leestekens kunnen een tekst beter leesbaar maken én misverstanden voorkomen.

De ‘echte’ leestekens zijn bijvoorbeeld punt, komma, vraag- en uitroepteken, puntkomma, dubbele punt en aanhalingstekens, maar we kunnen er ook allerlei andere tekens onder verstaan die bij het schrijven nuttig of onmisbaar zijn. Denk maar aan bijvoorbeeld de apostrof (zoals in auto’s), het deelteken (kopieën), het koppelteken (netto-opbrengst) en de accenttekens (café, crème, enquête).

Moeilijke komma’s

Van alle leestekens is de komma beslist de lastigste. Niet zo lang geleden konden we hier en daar lezen over verkeerd geplaatste punten in plaats van komma’s, die voor een enorme schadepost zorgden. De gemeente Den Haag had 2,5 miljoen euro aan uitkeringen uitbetaald, maar dit bedrag bleek honderd keer verdubbeld te zijn. En dat kwam alleen maar doordat in een geldbedrag een komma in plaats van een punt had moeten staan.

Er zijn nog veel meer problemen op kommagebied te bedenken. Wat dacht je bijvoorbeeld van de volgende eenvoudige zin? Schrijvers die geen interpunctiefouten maken, worden zeer gewaardeerd. Maar nu met een extra komma: Schrijvers, die geen interpunctiefouten maken, worden zeer gewaardeerd. Nu betekent de zin iets heel anders. Zonder een komma gaat het om bepaalde schrijvers, maar met een komma hebben we het over alle schrijvers. Ook hier is het juiste kommagebruik dus heel belangrijk. Zo’n verkeerd geplaatste komma in bijvoorbeeld contracten heeft al meermalen tot narigheid geleid; er zijn zelfs rechtszaken over gevoerd.

En wat dacht je van de zin Ik kan niet komen, want ik verwacht nog ander(,) vervelend bezoek. De komma na ander bepaalt de betekenis van de zin…

In de volgende zin is de komma niet noodzakelijk, maar voor een goed begrip wel aan te raden. Ik houd van koffie, en van mijn vrouw kan hetzelfde gezegd worden. Op school hebben velen van ons nog geleerd dat je voor en geen komma mag zetten. Maar dat is dus onjuist. Zet bij twijfel (vaak een pauze) liever een komma.

Aanhalen

Ook aanhalingstekens kunnen voor problemen zorgen, zoals uit het volgende voorbeeld blijkt. Zonder leestekens: De manager zei het meisje heeft me lastiggevallen. Er zijn twee mogelijkheden: De manager zei: ‘Het meisje heeft me lastiggevallen.’/‘De manager’, zei het meisje, ‘heeft me lastiggevallen.’ De leestekens kunnen hier maar beter op de goede manier gebruikt worden.

Ik zag ergens eens een bordje met de tekst: Hier elke dag ‘verse’ broodjes. De winkelier zal wel bedoeld hebben dat er elke dag broodjes gebakken worden en dat die dus steeds echt vers zijn, maar door ‘verse’ tussen aanhalingstekens te zetten krijgt de tekst de onbedoelde betekenis ‘maar niet heus’. Hij had ‘verse’ beter bijvoorbeeld kunnen onderstrepen of cursiveren.

Tekens in woorden

Leestekens kunnen niet alleen in zinsverband problemen geven, maar ook in woorden, zoals in netto-opbrengst (nettoopbrengst is niet te lezen), reële (en niet reele, voor de uitspraak). We voorkomen met het streepje en het trema dus dat twee klinkers die samen het teken voor één klank vormen, worden samengevoegd. In bijvoorbeeld naoorlogs, politieagent en psychoanalyse is dat streepje dus overbodig.

Apostrof

Om aan te geven dat we het over Jan of Jans hebben, is een apostrof nodig in bijvoorbeeld Jans boek en Jans’ boek. Is het je trouwens weleens opgevallen dat de apostrof heel vaak een verkeerde vorm heeft, bijvoorbeeld in brochures en op reclameborden? Er is dan ten onrechte een aanhalingsteken (‘) gebruikt.

Over de auteur

Peter van der Horst, de auteur van dit artikel, is docent Nederlands en zelfstandig tekstadviseur. Veel meer over leestekens en andere tekens is te vinden in zijn boek de Nieuwe Leestekenwijzer (390 pagina’s), dat kortgeleden bij uitgeverij Garant is verschenen. U vindt er ook in hoe al die tekens op de computer te maken zijn. Eerder schreef hij onder andere Redactiewijzer, Stijlwijzer, Taalgids en Begrijpelijk schrijven voor iedereen.