#232 Ik denk niet
Als ik langs mijn stamkroeg loop, kan ik het niet nalaten even door de openstaande deur naar binnen te gluren. Verrek, voor de toog zit Ruud naar wie ik op weg ben.
Heb ik me in de dag vergist? Ik weet dat zijn vrouw kwaad wordt als ze weet dat hij weer in de kroeg is blijven plakken. Ik kan niet anders dan het café ingaan, ook ik weet dat Ruud zijn tijd verdrinkt. Nog meer dan ik, ik heb mijn wijn nodig om sappiger te denken. Mijn woorden lopen na elke glas rode wijn meer gesmeerd. Mijn vrouw noemt mij een mazzelpik omdat ik leef van mijn hobby. Ik spreek haar dan vermanend toe dat het hard werken is.
‘Hallo Ruud, hadden we niet vandaag afgesproken?’
‘Ja, beste Simon, ik moest even de ruimte hebben. Margreet kon alleen maar vitten op me. Ze was een pruimentaart aan het maken, hopelijk smaakt die niet zo zuur zoals haar gezicht stond.’
‘Het is wel bijna drie uur. Zullen we, Ruud?’
‘Laten we een aperitief nuttigen. Ik zal Steve roepen. Een Engelse student. Goeie gozer, geweldige grappen.’
‘Steve!’
Er komt een jongeman op ons af dansen. Een artistiek type dat met een komisch accent vraagt: ‘Wat mag het zijn, heren?’
Ruud gaat van de pils over op gin en tonic, ik vrees met grote vreze. Als hij maar geen kwade dronk krijgt. Ik neem als altijd een glas rode wijn.
Als Steve zwierig de consumpties brengt, plaatst hij een bordje met citroenpartjes naast het glas van Ruud.
‘Ik weet een mop, kan alleen vertellen in het Engels. Willen jullie horen?’
‘Ja’, zeggen we allebei.
‘Once on an evening Descartes went to a pub in London. He orders a gin and tonic. The barkeep asks: ‘Lemon?’ Descartes answers: ‘I think not.’
Ruud antwoordt: ‘Ik ook niet.’ De grap ontgaat hem. Steve en ik wisselen glimlachend een blik van verstandhouding met elkaar uit. Niet alleen om de joke, ook om Ruud.
Als we na een uur het café verlaten, allebei ietwat aangeschoten, vraag ik me af hoe Margreet ons zal verwelkomen. Dat valt nog zat mee, ze is druk met bakken geweest en vervolgens onder de douche gestapt. Ze ziet er nog rozig uit en volgens mij is ze ook goedgeluimd. De koffie en taart smaken verrukkelijk.
Margreet ruimt de kopjes en bordjes op als de kleine wijzer op vijf staat en vraagt Ruud met een lieve glimlach om iets sterkers in te schenken.
Als Ruud onze wijntjes neerzet en voor hemzelf opnieuw een gin en tonic kan ik niet nalaten te zeggen: ‘Cogito, ergo sum.’
Waarop Margreet stellig zegt: ‘Je zult wel ad fundum bedoelen.’
‘Nee, ik denk aan die mop van die barkeeper vanmiddag. Over Descartes dat hij niet zoals gewoonlijk denkt dat hij is, juist het tegenovergestelde. Humor’, zeg ik lachend.
Het lachen vergaat me als ik de twee verbijsterde gezichten zie. Het zou zomaar kunnen dat ik zojuist een goede vriend heb verloren en hij zijn vrouw.
@Levja: haha, de volgende
Lid sinds
10 jaar 11 maandenRol
N.D.D. schreef: @Levja: haha,
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Levina, de pruimentaart was
Lid sinds
8 jaar 9 maandenRol
mw.Marie schreef: Levina, de
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Hoi Levina, fijn stukje dat
Lid sinds
13 jaar 10 maandenRol
edwinchantalenquinten
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Levina. O, o wat kan de drank
Lid sinds
10 jaar 2 maandenRol
Thea Josephine
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Mooie 'uitsmijter', goed
Lid sinds
12 jaar 2 maandenRol
Hadeke schreef: Mooie
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Carmiggelt in de kroeg en die
Lid sinds
7 jaarRol
Het duurde even voordat het
Lid sinds
7 jaar 3 maandenRol
Tilma schreef: Carmiggelt in
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
SanVis schreef: Het duurde
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Ik zag hem niet aankomen. Ik
Lid sinds
9 jaar 2 maandenRol
gs schreef: Ik zag hem niet
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Leuk verhaaltje, met diverse
Lid sinds
5 jaar 11 maandenRol
Dank je Katja, ik neem het
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol
Ah oké, het was de bedoeling
Lid sinds
5 jaar 11 maandenRol
Schrijfcoach Katja de Vries
Lid sinds
10 jaar 5 maandenRol