Zo schrijf je een goed reisverhaal

Hoe verleidelijk is het om te schrijven over je eigen reizen. Maar wat is het toch ontzettend moeilijk om dat goed te doen. In het komende nummer van Schrijven Magazine delen drie schrijvers van sterke reisboeken hun geheimen. Wij verklappen er vast een paar.

Door Roman Helinski

Het correspondentschap bracht Olaf Koens naar Rusland en naar zijn huidige woonplaats Tel Aviv. In 2015 publiceerde hij het boek Oorlog en kermis, als afsluiting van zijn correspondentschap in Rusland. Als je er eenmaal bent, dan moet je volgens Koens vooral goed kijken. ‘Dát heb ik geleerd van schrijver en correspondent Pieter Waterdrinker, die zei altijd: “Kijk dan, Olaf!” Als ik ergens ben, dan zoek ik naar details. De schoonheid zit vaak in de tragiek. Het schrijven erover is maar een invuloefening. Meestal begin ik als ik ergens arriveer met bomen.

Koens maakt minder aantekeningen dan je misschien zou denken: ‘Ik schrijf de dingen op die ik achteraf vergeten zal zijn. Ik weet wel hoe mooi de ogen zijn geweest van de vrouw met wie ik sprak, maar ik weet niet meer welke kleur haar auto had. Dus dat laatste schrijf ik op. En ook hoe laat het is, hoe de lucht kleurt. Wat ik probeer te vermijden is het schrijven over het reizen zelf. Het gaat me om de bestemming. Over wat daar gebeurt, en natuurlijk over de mensen. Zonder die mensen heb ik geen verhaal, want zo iemand trekt je de realiteit van het gebied in. Wat ik ook belangrijk vind: je onderwerp op de huid zitten, niets mag vrijblijvend zijn. Je moet méégaan, niet toekijken op afstand.

Wil je graag alle tips lezen? Je vindt ze in het komende nummer van Schrijven Magazine dat omstreeks 5 augustus verschijnt.

Nog geen abonnee? Profiteer vóór aanstaande maandag 25 juli 16:00 u. van de introductieaanbieding óf geef een abonnement cadeau.

Word abonnee Geef Schrijven Magazine cadeau