Lid sinds

6 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#262 Begrafenis

Voor de tweede keer dat jaar was hij aanwezig op zijn eigen begrafenis. En het was pas januari. Vroeger speelden kinderen vadertje en moedertje. Of doktertje. Anne-Fleur speelde begrafenisje. Mark lag opgebaard in de vensterbank. Hoe laat zou het zijn? Stipt om twaalf uur moest de lunch klaar zijn, daar was de directie van het kinderdagverblijf strikt in. Hij keek op zijn horloge. ‘Stil liggen!’ commandeerde Anne-Fleur. Het was half twaalf. Hij had nog even. Anne Fleur en Carlijn strooiden gekleurde papiertjes over hem heen.’Dat zijn de bloemen,’ zei Anne Fleur, ‘dat hoort.’ Carlijn knikte ernstig. ‘En hij moet in een auto. In de optocht. Een zwarte auto.’ ‘Nee, een gele,’ zei Anne Fleur, ‘want dat was zijn lievelingskleur.’ Zijn lievelingskleur was groen, maar goed. Hij kon niets zeggen. Hij was dood. De twee peuters liepen weg. Hij opende een oog en keek zonder te bewegen om zich heen. Anne-Fleur en Carlijn zaten aan de andere kant van de zaal met hun neus in de speelgoedkist, waarschijnlijk op zoek naar een gele auto. Jayda was op het speelplein met de andere kinderen. Mark blies een papierbloemetje onder zijn neus vandaan. Er werd op het raam getikt. Mark keek op. Achter het glas stond een reclamefolderbezorger die naar hem grijnsde en zijn duim opstak, alsof hij wilde zeggen: ‘jij verdient het ook makkelijk vandaag.’ Mark werkte nu bijna vier maanden op het Olijke Ottertje, kinderdagverblijf voor hoogbegaafde peuters en hij verdiende het inderdaad makkelijk. Hij knipoogde naar de bezorger en stak ook zijn duim op. ‘Stil liggen!’ commandeerde Anne-Fleur achter hem en trok zijn hoofd met een bonk terug op de vensterbank. Door de spleetjes van zijn ogen zag Mark hoe Carlijn plechtig zes kleurpotloden op zijn borst legde. ‘Nu elk zijn tijd,’ mompelde Anne-Fleur. Mark huiverde. ‘Stil liggen!'

Lid sinds

4 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Geweldig :thumbsup: De laatste opmerking van Anne-Fleur heeft vast een diepere betekenis, maar die ontgaat me even. Graag gelezen.

Lid sinds

7 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Mooi hoe de peuters je organisch leiden naar een kinderdagverblijf dat in 's hemelsnaam maar Het Olijke Ottertje heet waar ze begrafenisje spelen doordat hb-kindjes nu eenmaal nadenken over leven ende dood en juist met auto's spelen omdat het meisjes zijn, met een brievenbus zonder stickers tegen reclamefolderbezorgers (de nagel aan ieders doodskist). Het zijn heerlijk bazige peutertjes, en Mark veert er lekker in mee. De zes kleurpotloden en 'nu elk zijn tijd' zijn dan weer zo hoogbegaafd dat het tot diep nadenken en Googlen stemt. Het lijkt op een quasimagisch speelritueeltje, hintje naar 'nu elck sijn sin' (maar dat ging over godsdienstvrijheid). De schrandere Anne-Fleur koppelt dat dan denk ik met een kleine woorspeling aan de onvermijdelijke sterfelijkheid van kinderdagverblijfleiders. En zes is van oudsher het getal van de mens, van het onaffe, van het kwaad. Daar zou je de rillingen van kunnen krijgen. Desondanks voelen de zes kleurtjes nog een beetje willekeurig. Hebben de peuters om half tien wel netjes hun banaan met tekening erop gegeten? ;-) Sowieso graag gelezen!

Lid sinds

4 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Mooi hoe de peuters je organisch leiden naar een kinderdagverblijf dat in 's hemelsnaam maar Het Olijke Ottertje heet waar ze begrafenisje spelen doordat hb-kindjes nu eenmaal nadenken over leven ende dood en juist met auto's spelen omdat het meisjes zijn, met een brievenbus zonder stickers tegen reclamefolderbezorgers (de nagel aan ieders doodskist). Het zijn heerlijk bazige peutertjes, en Mark veert er lekker in mee. De zes kleurpotloden en 'nu elk zijn tijd' zijn dan weer zo hoogbegaafd dat het tot diep nadenken en Googlen stemt. Het lijkt op een quasimagisch speelritueeltje, hintje naar 'nu elck sijn sin' (maar dat ging over godsdienstvrijheid). De schrandere Anne-Fleur koppelt dat dan denk ik met een kleine woorspeling aan de onvermijdelijke sterfelijkheid van kinderdagverblijfleiders. En zes is van oudsher het getal van de mens, van het onaffe, van het kwaad. Daar zou je de rillingen van kunnen krijgen. Desondanks voelen de zes kleurtjes nog een beetje willekeurig. Hebben de peuters om half tien wel netjes hun banaan met tekening erop gegeten? ;-) Sowieso graag gelezen!
@ Kruidnagel: ik heb minstens zo genoten van deze uitleg.

Lid sinds

11 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Ja, goed gedaan. De opdrachtwoorden goed verwerkt in een mooi verhaal. Zie ik een kleine knipoog naar mijn verhaal, of is dat louter toeval?

Lid sinds

6 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Toeval bestaat niet. Anne-Fleur maakt geen hoogbegaafde toespelingen op godsdienstvrijheid of wat dan ook. Ze zal aanwezig geweest zijn op een begrafenis waar ze dit gezien heeft.

Lid sinds

13 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Heel leuk hoe je niet alleen alle elementen van de opdracht in je verhaal verwerkt, maar ook nog eens hier en daar wat van de andere schrijfsels hier op SOL. Oh, en Jayda, die pikt ook altijd een graantje mee :). Soepel geschreven en erg fijn om te lezen!

Lid sinds

6 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Goede tweede zijn: dat belooft nog wat, ook voor de lezer. Goed gevonden setting en een originele manier om de otter in het verhaal te krijgen. Zit prima in elkaar en dus heel prettig om te lezen. Ik zie het tafereel voor me.

Lid sinds

10 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Tilma, … wat een heerlijk verhaal. Begrafenisje spelen, ongelooflijk. Leuk geschreven - wat een bedrijvigheid. :nod: :thumbsup:

Lid sinds

7 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Heel mooi beeldend geschreven. En leuk die twist dat Mark geen peuter is ;). Eigenlijk niets op aan te merken, behalve... een nieuwe dialoogzin krijgt een nieuwe regel. Dat staat buiten de opdracht in, maar leest wel makkelijker. Voor de tweede keer dat jaar was hij aanwezig op zijn eigen begrafenis. En het was pas januari. Vroeger speelden kinderen vadertje en moedertje. Of doktertje. Anne-Fleur speelde begrafenisje. Mark lag opgebaard in de vensterbank. Hoe laat zou het zijn? Stipt om twaalf uur moest de lunch klaar zijn, daar was de directie van het kinderdagverblijf strikt in. Hij keek op zijn horloge. ‘Stil liggen!’ commandeerde Anne-Fleur. Het was half twaalf. Hij had nog even. Anne Fleur en Carlijn strooiden gekleurde papiertjes over hem heen. ’Dat zijn de bloemen,’ zei Anne Fleur, ‘dat hoort.’ Carlijn knikte ernstig. ‘En hij moet in een auto. In de optocht. Een zwarte auto.’ [dit is discutabel en verschilt soms per uitgever/redacteur. De een laat staat het staan, en de ander wil graag deze zin op een nieuwe regel] ‘Nee, een gele,’ zei Anne Fleur, ‘want dat was zijn lievelingskleur. Voor de rest heel goed gedaan! Mijn complimenten