Afbeelding

Zoe van Poetsprins.nl via Unsplash
Zoe van Poetsprins.nl via Unsplash
Clichés schrijf je liever niet. Geen nood! Ik help je een cliché te herkennen en je zelfs nog de goede weg in te slaan als het die kant op gaat. Daarvoor gaan we het cliché ontleden en de tekst weer terug op de rit zetten. Deze week: het lijk in de romantische kast.
Romeo en Julia hebben elkaar gevonden en alles is perfect: niets kan hun roze wolk verstoren. Totdat een van hen een lijk in de kast opbiecht: een duister verleden, een gevaarlijk heden, of een mogelijke blokkade voor hun dromen in de toekomst. En zo wordt hun relatie voor het eerst serieus getest met een probleem dat hun wereld meteen volledig op zijn kop zet.
Iedere lezer weet intuïtief dat een verhaal niet mogelijk is zonder conflict. Dus ook dat er deukjes in de relatie komen. Dit cliché vergroot dat onvermijdelijke onnodig tot overdreven dramatische proporties.
Romeo is niet zomaar verlegen en een beetje onzeker, waardoor hij moet leren wat meer initiatief te tonen in een gesprek. Nee, hij geeft toe op de middelbare school zo ernstig te zijn gepest dat hij daardoor nog steeds antidepressiva slikt en ook nog in therapie zit: dát was het wekelijkse ‘bordspelletjesuur met de mannen’. Nuances en gemiddelde problemen niet komen voor bij dit soort lijken in de kast.
Dit cliché is om twee redenen een valse test.
Vals als in gemeen: een lezer prikt er makkelijk doorheen als je je personage het ergste te verduren geeft omwille van drama. Ironisch genoeg krijgt die daardoor geen medelijden met de personages, ook al mik je daar misschien op. Een lezer voelt alleen mee vanuit oprechte empathie: geforceerd empathie oproepen werkt alleen maar averechts.
Dan is er nog vals als in: foutief.
Een overdreven groot lijk in de kast is een verkeerde manier om de relatie te testen.
Als het stel nog op hun roze wolk zit, zeggen ze dat niets hun liefde in de weg kan staan: ‘Ik houd van jou, wie je ook bent, en wat er ook gebeurt.’ Dus: laat maar zien of dat geldt in het geval van verslaving, serieuze geldproblemen of een maffiafamilie.
Een randvoorwaarde van een goed centraal conflict is dat je personages een groeiproces doormaken. In fictie bewijzen relaties zich niet door wat al is of was te accepteren, maar het vallen en opstaan van zichzelf en de ander en/of het plot te doorstaan. Test een relatie dus niet met een lijk in de kast: dan vestig je te veel aandacht op een enkel gegeven in plaats van een verhaalverloop.
De beste manier om dit cliché te fiksen is niet zozeer een schrijftechniek, maar een andere instelling. Vertrouw erop de drama die je zoekt in je verhaal als vanzelf komt met het bijbehorende centrale conflict. Het is dan misschien geen drama met een hoofdletter D, maar dat hoeft ook niet. Een boek is goed of slecht door de manier waarop het geschreven is, niet alleen vanwege de mate van drama die erin voorkomt.
Schrijf een scène van maximaal 100 woorden. Romeo of Julia haalt het lijk uit de kast en de ander reageert daarop. Let erop dat je de hoeveelheid drama binnen de perken houdt.
Kijk ook eens naar mogelijke lijken in de kast die in plaats van schok op de korte termijn voornamelijk op de lange(re) termijn gevolgen kunnen hebben (voor de relatie). Interessant voor de spanningsboog!
Nadine van de Sande is freelance copywriter en schrijfster. Op verhaalentaal.blog post ze wekelijks een uitgebreide tip voor creatief schrijven. Als manuscriptredactrice en schrijfcoach helpt ze schrijvers het beste uit hun werk te halen.
Wil je je eigen verhaal op papier zetten? Dan kan je deze workshop niet missen! Kathy Mathys deelt veel tip + oefeningen.
In deze serie geven we je aan de hand van schrijfadviezen van ervaren auteurs en heel veel oefeningen een goede basis. Meld je nu aan om alle afleveringen in deze serie te lezen!
Veel aspirant-schrijvers vergeten het: de enter-toets. Redacteur Rob Steijger legt het belang van juist alineagebruik uit.
Vorig jaar verscheen haar eerste dichtbundel, en nu schrijft ze dit jaar het Boekenweekgedicht. Ze vertelt meer over haar poëtische stijl en de plek van poëzie in Nederland.
Wanneer moet je een actiescène inzetten en hoe doe je dat? Martijn Lindenboom geeft een spoedcursus in het komende nummer van Schrijven Magazine!