Afbeelding

Schrijfblok

Pixabay

UKV's van de week in de schijnwerpers

In de groep Schrijven Magazine: Ultrakorte Verhalen dagen we schrijvers iedere dag uit om een ultrakort verhaal te schrijven: een heel verhaal in maximaal 99 woorden. Zowel voor beginnende als ervaren schrijvers is dit een fijne oefening om kort en krachtig een verhaal te kunnen vertellen. Iedere week zetten we er vijf in de spotlights als aanmoediging.

De dag dat de zwaartekracht ermee stopte - Sander van den Berg

15 augustus

We liepen de trap op naar de bioscoopzaal en ineens gebeurde het. Iedereen begon langzaam te zweven. We kwamen simpelweg los van de grond en we konden er niets aan doen. Popcorn zweefde los door de lucht. Een paar mensen gilden en grepen elkaar in verwarring vast. Tegen het plafond bleven we steken, als met helium gevulde ballonnen. We konden eigenlijk van geluk spreken, want ik werd me ineens bewust van het gekrijs van mensen buiten. Ongelukkigen die geen houvast hadden en steeds hoger de grote leegte in zweefden, een zekere dood tegemoet. Niet dat wij ergens heen konden...

Ziek - Bart Depuydt

13 augustus

Toen ik terugkwam van de dokter, stak ze haar tong diep in mijn mond. Ik waarschuwde haar dat ik een keelontsteking had. “Daarom net”, lachte ze en likte langs elke tand om zeker te zijn dat ze geen bacterie missen zou. Niets vond ze romantischer dan samen ziek zijn. Met pillen en warme thee gezellig op de bank. Een maand later kregen we griep. En ze had erg mooie herinneringen aan de koortsblaasjes op huwelijksreis.

Toen ik jaren later een slepende ziekte kreeg, stond ze ontroostbaar aan mijn sterfbed. “Waarom kon je nou niets besmettelijks kiezen”, jammerde ze.

Gekkenhuis - Remke Jansen

12 augustus

'Snel, achter die bus aan, die heeft wifi!' Eigenlijk moeten we over vijf minuten bij de orthodontist zijn, maar als mijn zoon wifi wil, dan krijgt hij wifi. 
Er wordt geclaxonneerd. Ik laat me niet op de kast krijgen. O nee, het is oranje! De bus rijdt door. Voor ons is het rood, maar mijn zoon wil wifi. De schat is in zijn element met een YouTube-filmpje. Ik hoor schoten en geschreeuw. 'Rijden, mam! Het signaal wordt zwakker!' Ik rijd een man omver, maar in mijn achteruitkijkspiegel zie ik dat hij alweer opstaat.
'Lekkeeer!' hoor ik naast me.

GEEN DANK - Mechtilde Meijer

11 augustus

Tijdens hun vakantie vervangen mijn zus en ik de overblijfmoeders. Het blijkt een feest, dat we na twee weken afsluiten met een kleine wedstrijd: 
‘Jongens, wie het eerst zijn jas ondersteboven, binnenstebuiten, achterstevoren kan aantrekken, heeft een zak snoep verdiend!’ De feestvreugde stijgt als de winnaar zijn buit grootmoedig deelt met de anderen.

Voldaan accepteren we een week later de uitnodiging van het schoolhoofd, voor een bedankje vermoeden we. Natuurlijk willen we dit best vaker doen. De ouderwetse reprimande valt koud op ons dak: enkele ouders verwijten ons onverantwoordelijk handelen. 
En we bedoelden het zo goed.

Rondom lelijk - Aaltje van Wieringen

10 augustus

Het is bijna nacht. Liggend in bed schijn ik soms met het kleine leeslampje op mijn gezicht in een klein, rond spiegeltje, dat alles een beetje vergroot.
Ik dacht dat alleen kerels van die bossages in hun neusgaten huisvestten maar bij mij ziet het er ook wollig uit daar binnen.
Het valt zo tegen, dat kijken. Liggend lijkt mijn kin op een pompoen, mijn wangen hangen omlaag en die poriën! Galmgaten in een kerktoren zijn het. Ogen zijn ook rare dingen. Wat zijn ze eigenlijk glazig. Eigenlijk is er niets dat nog een beetje meevalt.
Uit dat licht! Welterusten.