Afbeelding
Pixabay
Pixabay
In de groep Schrijven Magazine: Ultrakorte Verhalen dagen we schrijvers iedere dag uit om een ultrakort verhaal te schrijven: een heel verhaal in maximaal 99 woorden. Zowel voor beginnende als ervaren schrijvers is dit een fijne oefening om kort en krachtig een verhaal te kunnen vertellen. Iedere week zetten we er vijf in de spotlights als aanmoediging.
7 augustus
Ik dompel planten in het tuincentrum. Ik voel me verdoofd en verdrietig, een vriendin heeft me dit aangeraden.
Ik kan niet werken, ik slaap in de huiskamer. Man weg, kinderen eten bij vriendjes. Onverwacht gescheiden, zomaar, ik was me van geen kwaad bewust.
Dompel, weer een plant water voor het weekend. De belletjes komen steeds omhoog. Rustgevend.
Ik zit daar in het zonnetje, gewoon te dompelen en wil dat de rest van mijn leven doen. Ze laten me met rust.
Ik zit te dompelen. Maar nu is het klaar, ik moet weer naar dat lege huis.
7 augustus
Wat was ze gelukkig met haar nieuwe rode sandalen. Eindelijk eens zomerschoenen die lekker zaten. Ze had van die kleine, brede voeten met een hoge wreef. In de speciaalzaak kwam de verkoper altijd met van die oudewijvenschoenen aanzetten. Verschrikkelijk vond ze dat.
Maar nu: Apetrots op haar leren muiltjes. Ze deed ze niet meer uit.
De eerste nieuwe schooldag na de zomervakantie kwam ze aanhuppelen bij school, op haar mooie stappers. Ze voelde zich gelukkig!
“Draag jij jezusslippers? Wat lelijk!”, zei de stoerste bink uit de klas.
Ze heeft ze nooit meer aan gedaan.
7 augustus
Een verbitterde weduwnaar is de confetti in zijn voortuin zat en gaat verhaal halen bij de buren, waar op dat moment een veewagen de voorpui ramt, wat te laat opgemerkt wordt door de middelste zoon die boven met een verrekijker het overbuurmeisje begluurt omdat hij verliefd is op haar tweelingzus, die een week in Xi’an zit vanwege haar bedrijfje in unisex haarclips, waardoor de accountant voor niks aan de deur staat en in z’n linkerkuit gebeten wordt door de schuimbekkende chihuahua van de weduwnaar die aanslaat door het gekrijs van de zeugen en de stank van hun angstschijt.
6 augustus
Ze zoeft met haar fiets de heuvel af, staand op de trappers. Haar gezicht straalt.
‘Pas maar op dat je niet met je haren in de struiken blijft hangen,’ roept het meisje achter haar dat sprekend op haar lijkt.
Een voor een zoeven ze langs: een orgelfrontje van groot naar klein .
Allen dragen rokken tot over de kuiten. De moeder fietst achteraan in haar zwarte bloemetjesjurk.
Ik sluit mijn ogen en zie voor me hoe ze zondags in optocht naar de kerk trekken. De meisjes dragen hoedjes.
‘Blijf nederig,’ galmt de dominee, ‘verhef je niet boven anderen, zoals Absalom.’
4 augustus
Het pakketje wordt vroeg in de middag bezorgd. Karin staat te hupsen van opwinding als ze haastig probeert het te openen.
Voor de spiegel bekijkt ze haar zachte, uitgezakte gezicht. Ze glimlacht. Vanavond is dit verleden tijd. Het masker aanbrengen is best een klusje, de vele gespen aantrekken een beetje pijnlijk.
Ze fantaseert over de date. Hij zal haar gladde gezicht strelen.
Een uur voor de date maakt ze zich op. Haar ogen en mond vallen op tussen het strakgespannen masker.
Als laatste verwijdert ze het. De afdruk ervan prijkt op haar gezicht als zachte klei. Ze zucht.
Elk nummer een nieuw schrijfthema.
55% korting voor abonnees van Schrijven Magazine!
Abonnees profiteren van extra voordelen.
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.