#253 - Op schattenjacht met Jagaya
‘Schip Ahoy! Land in zicht!’
Michael zit op de rand van zijn bed naast zijn trouwe scheepsmaatje, Jagaya de koe. Hij strekt zijn arm zo ver mogelijk uit en kan nog net de leuning van zijn bureaustoel op wieltjes grijpen.
‘Laat ons met deze sloep naar het eiland varen,’ roept Michael opgewonden.
Jagaya staat te springen van ongeduld; ze heeft al lang geen vers sprietje gras meer gezien. Michael klimt in het wankele roeibootje dat vervaarlijk op de golven deint.
‘Kom Jagaya, waar wacht je op? Je hoeft niet bang te zijn.’
Jagaya is niet bang; ze heeft alleen geen dieptezicht meer. Ze draagt de ooglap die Michael voor haar maakte toen ze haar oog verloor en mama niet direct tijd had om haar te herstellen. Het oog is ondertussen terug op de juiste plaats vastgenaaid, maar Jagaya vindt het leuk om er uit te zien als een piraat. Dat is lekker stoer.
Ze waagt de sprong en komt in Michaels armen terecht. Samen roeien ze de stoel in de richting van Michaels bureau. Ze klimmen langs de rotsachtige kliffen tot ze bovenop het eiland staan. Het bureaublad is bezaaid met tekenbladen en kleurrijke stiften. Er liggen ook een paar stapels boeken op.
‘Ik durf wedden dat hier schatten begraven zijn,’ zegt Michael. Jagaya beaamt dit stilzwijgend. Ze heeft een schatkaart ontdekt tussen het papier dat over het eiland verspreid ligt. Met haar poot wijst ze de X aan waar zich een geheimzinnige schat bevindt.
Michael schuifelt voorzichtig op zijn knieën naar de hoek van het eiland en kijkt de afgrond in. Zijn vermoeden klopt: daar beneden steekt een handvat uit de klif. Als hij dat kan bereiken en er de lade mee opent, komen er vast grote rijkdommen tevoorschijn. Helaas, op dat moment raakt hij met zijn voet een toren van boeken die met veel lawaai als rotsblokken het zilte nat in tuimelen.
‘Oei,’ roept Michael in paniek, ‘Wie weet hebben we de Kraken gewekt! Daar komt gedonder van!’
Michael heeft dit nog maar net gezegd, of er klinkt al gerommel in de gang.
‘Vlug Jagaya, geen tijd voor de sloep, we zullen moeten zwemmen.’
Met zijn koe in zijn armen springt Michael van zijn bureau het ruime sop in. Hijgend bereiken ze hun schip en klauteren ze aan boord. Ze liggen net onder zeil wanneer de deur van de slaapkamer met een verblindende bliksemschicht vanuit de overloop opengaat.
‘Michael,’ zegt de Kraken met bulderende stem, ‘wat hebben mama en ik je gezegd? Je moet slapen, niet spelen. Heb je dat begrepen?’
Michael piept over de rand van zijn deken.
‘Ja, papa,’ zegt hij, ‘maar ik kan niet goed slapen.’
‘Dat begrijp ik,’ zegt de Kraken sussend, ‘maar probeer het toch maar. Morgen is de grote dag. We vertrekken vroeg in de ochtend naar de zee.’
Michael staart in het halfduister naar het handvat aan de klif. Deze schat moet hij aan zich laten voorbijgaan. Zijn boot begint zachtjes te schommelen en nog geen kwartier later zijn hij en Jagaya in een diepe slaap verzonken, dromend van de nieuwe kusten die ze binnenkort zullen verkennen en van de schatten die ze er zullen ontdekken.
Hoi Bruno, Wat een leuk en
Lid sinds
7 jaarRol
Het is een geweldig
Lid sinds
7 jaar 4 maandenRol
Bruno ik zat gelijk in je
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
@Anke, @Stella, @Mw.Marie
Lid sinds
6 jaarRol
Wat een leuk verhaal
Lid sinds
10 jaarRol
Dag Bruno, wat een heerlijk
Lid sinds
16 jaar 5 maandenRol
Hoi Bruno, sluit me helemaal
Lid sinds
13 jaar 9 maandenRol
Wat een heerlijk verhaal
Lid sinds
6 jaar 7 maandenRol
LizettevanGeene schreef: Een
Lid sinds
6 jaarRol
Ja, ik heb het ook met
Lid sinds
12 jaar 1 maandRol
Hadeke schreef: Bij zo'n kort
Lid sinds
6 jaarRol
Dag Bruno, wat een mooi
Lid sinds
5 jaar 5 maandenRol
Een geweldig verhaal. Precies
Lid sinds
7 jaar 2 maandenRol