# 232 - Van pastiche tot pistache
Wekelijkse schrijfopdracht #232 – Van pastiche tot pistache
Op de fiets, denkt José – hoe moet ik me nu verplaatsen in Simon Carmiggelt en zijn kronkels in 1980, dat wordt weer niks, dus: fietsen maar!
Heerlijk op de dijk, een beetje koud dat wel. Nou ja, het is februari en het is gelukkig niet glad.
Het begint te miezeren, ze trekt haar kraag wat op om te vermijden dat de nattigheid bezit neemt van haar nek. Kwam Simon met zijn kronkels ook niet op tv? Was Renate Rubinstein niet zijn liefje?
Het is fietsen tegen de wind in; iets warms zou wel prettig zijn. In de verte ziet zij “Dijkzicht” liggen. Ze trapt in een hogere versnelling naar dat kleine gezellige eethuisje. Als het nu maar geopend is. In de zomer nemen veel vakantiegangers bezit van dat restaurantje, maar nu?
Even later staat ze voor “Dijkzicht”. Het is geopend, hoera. Bij het naar binnenstappen beslaat haar bril, een opgewekte kelner ontvangt haar:
‘Komt u binnen, mevrouw. Het is hier beter dan buiten. Kan ik ook u van dienst zijn met koffie en een appelpunt? Vers van de warme bakker uit het dorp?’
Ze ruikt de koffie en ziet smaakvolle appelpunten in de vitrine. Daar valt geen nee tegen zeggen; enkele gasten smullen al. Ze knikken haar toe als ze naar een tafeltje bij het raam loopt. Ze neemt plaats en kijkt eens om zich heen. Voor haar zit een nogal somber ouder echtpaar, dat verveeld voor zich uitkijkt.
Die weten al hoe het leven in elkaar steekt, denkt ze, dan het jongere stel dat lekker zit te genieten van de taart en van elkaar. Die moeten nog echt beginnen. Maar wie zit daar nou? Ze wordt in haar gedachten gestoord door de kelner die haar bestelling brengt. ‘Mevrouw ik heb nog een extraatje voor u: een klein glaasje whisky?, bij binnenkomst zag u er zo koud uit.’
‘Dank u wel’, zegt ze blij verrast. Ze smult van de appeltaart en brandt bijna haar tong aan de koffie; ze voelt zich al wat behaaglijker worden. Dan lepelt ze de whisky met slagroom uit het bescheiden glaasje. Dankbaar knikt ze tegen de kelner: ‘U weet uw gasten wel te verwennen.’ Hij geeft haar een knipoog en verdwijnt naar de tapkast.
José, nu behaaglijk warm, laat haar ogen en gedachten weer afdwalen, nu naar die eenzame oude heer.
Hij ziet er wat tanig en mopperig uit. Zou hij wel voldoende slaap krijgen? Ze ziet hem opstaan en dan, o schrik loopt hij naar haar toe. ‘Mevrouw, u ziet er nogal vrolijk uit, het is weer om een flinke verkoudheid op te lopen.’ Beter dan mopperig, denkt ze.
‘U overvalt me meneer.’
‘Dat spijt me ik wil u niet verontrusten, maar weet u, het leven kan zich, wanneer je ouder wordt, zo somber voordoen. Ik vind dat spijtig, vroeger was ik anders en nu, nu ik u zo zie? Mag ik even bij u komen zitten?’ Zonder haar antwoord af te wachten schuift hij zijn stoel bij haar aan tafel en wenkt de ober voor nog een keer hetzelfde; zij kent dat gebaar en weet niet anders te doen dan wat in te schikken.
Wanneer de kelner de bestelling heeft gebracht, steekt meneer van wal. Hij vertelt zijn hele geschiedenis, hij blijkt schrijver te zijn geweest. Hij schrijft nu nog alleen voor zijn plezier, gewoon ontspanning! Zo zou ik het moeten zien, begrijpt u, maar er blijft altijd iets knagen. Nou en of ze het begrijpt.
Ze denkt aan het gedicht waar ze mee bezig is. Een gedicht om de laatste levenshobbel te nemen. Ze wil zich vrij voelen en niet vastgepind.
Hij steekt zijn hand uit en zegt: ‘Ik ben Simon en jij: ‘José’, zegt ze beduusd en geeft hem ook haar hand.
‘Ik wil wel weten hoe jij in het leven staat en wat je zoal doet’. Ze vertelt hem dat ze lid is van een schrijfclubje. Zuiver voor haar plezier, om wat inzicht te krijgen in het echte leven. En als het mogelijk is, om van iedere dag toch iets te maken.
‘Zo, dat is niet mis, waar ben je nu mee bezig?’ Wat ze in haar hoofd heeft, schrijft ze vlug op en laat hem lezen:
Het is mijn leven – ik zorg ervoor
kneed het – soms strijk ik het glad
het is van mij – ik ben de baas
behalve wanneer het eindigt
dan geef ik het vol vertrouwen uit handen
Simon kijkt haar verrast aan en zegt: ‘Mm, heerlijk. Dat gedicht van jou is net een pistache bonbon.'
Een leuk 'naar aanleiding van
Lid sinds
12 jaar 1 maandRol
@Riny: leuk gevonden. Je
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Riny Heel grappige invulling
Lid sinds
10 jaar 1 maandRol
Eensgezind ga ik met alle
Lid sinds
10 jaar 4 maandenRol
Hadeke schreef: Een leuk
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
N.D.D. schreef: @Riny: leuk
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Thea Josephine schreef: Riny
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Levina Levja
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Hoi Riny, ik krijg het
Lid sinds
13 jaar 9 maandenRol
Hi Chantal, … inmiddels
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Dag Riny, Wat grappig, ik
Lid sinds
7 jaar 2 maandenRol
Hallo Sanvis, … dank voor je,
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Levina Levja
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Riny deze warme toon in je
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
mw.Marie schreef: Riny deze
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Poeh, voor mij geldt hierbij
Lid sinds
5 jaar 11 maandenRol
Hallo Katja, Hartelijk dank
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Katja, … zie dit niet als een
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol