#219 Terugkeren is geen optie
Nieuwe versie
Ik ben misselijk, door zwangerschap of angst? Het maakt niet uit, ik moet doorlopen. Achterblijven is geen optie. De sneeuw kraakt onder mijn voeten, mijn schoenen zijn doorweekt. Ik huiver en trek de dunne deken die ik heb meegenomen, strakker om me heen. Het is het enige wat van wol is. De rest is van goedkoop katoen. Mijn eerste winter. Hoe lang geleden ben ik uit New Orleans weggelopen? Drie maanden of zo.
Een van de drie mannen blijft plots staan. “Ik kan dit niet… Ik ga terug.”
Harriet, onze conductor draait zich om. Haar ogen strak op hem gericht, haar lippen samengeperst. Ze loopt terug en richt haar geweer op hem.
“Je gaat mee, of ik schiet je neer! Kies!”
“I…ik, ga mee.” stamelt Goerge.
“Mooi!” ze richt de loop naar de hemel. “Lopen, we hebben genoeg tijd verspild.”
We lopen verder. Ik moet er niet aan denken, om terug te gaan. Weer onder de bloedhete zon katoen plukken? Die rotplanten die constant mijn handen openhalen en als je niet doorwerkt komt Eduard met de zweep. Als ik niet was vertrokken, had ik mijn kind op de plantage moeten krijgen en was ik nooit meer weggekomen, of ik had mijn kind achter moeten laten bij die klootzakken. Dat doe je gewoon niet. Hopelijk is het van Jeffrey en niet van die klerelijer van een Eduard, die mij gewoon dwong om… Ik schud het van me af. Als we Canada bereiken, zal ik me tot niets meer laten dwingen. En mijn kind, wie de vader ook moge zijn, zal vrij zijn.
Ik hoor geblaf!
Ik verstijf. Iedereen blijft staan. Harriet houdt haar geweer gereed en tuurt geconcentreerd de duisternis in.
“Shit. Deze kant op, dan kunnen we ze afschudden.”
Oude versie
Ik ben misselijk. Doordat ik zwanger ben, of gewoonweg door mijn angst? Het maakt niet uit, ik moet doorlopen. Achterblijven is geen optie. De sneeuw kraakt onder mijn voeten, mijn schoenen zijn doorweekt. Ik huiver en trek de dunne deken die ik heb meegenomen, strakker om me heen. Het is het enige wat van wol is. De rest is van goedkoop katoen.
George blijft ineens staan. “Ik kan dit niet… Ik ga terug.”
Harriet draait zich om. Haar ogen strak op hem gericht, haar lippen samengeperst. Ze loopt terug en richt haar geweer op hem.
“Je gaat mee, of ik knal je af! Kies!”
Ik hou mijn adem in.
“I…ik, ga mee,” stamelt hij.
“Mooi!” ze richt de loop naar de hemel. “Lopen, we hebben genoeg tijd verspild.”
We lopen verder. Ik moet er niet aan denken, om terug te gaan. Weer onder de bloedhete zon katoen plukken? Die rotplanten die constant mijn handen openhalen en als je niet doorwerkt komt Eduard met de zweep. Als ik niet was vertrokken, had ik mijn kind op de plantage moeten krijgen en was ik nooit meer weggekomen, of ik had mijn kind daar achter moeten laten bij die klootzakken. Dat doe je gewoon niet. Hopelijk is het van Jeffrey en niet van die klerelijer van een Eduard, die mij gewoon dwong om… Ik schud het van me af. Als ik Canada bereikt heb, zal ik me tot niets meer laten dwingen. En mijn kind, wie de vader ook moge zijn, zal vrij zijn.
Geblaf.
Ik verstijf. Iedereen blijft staan. Harriet houdt haar geweer gereed en tuurde geconcentreerd de duisternis in.
“Shit, Deze kant op, dan kunnen we ze afschudden.”
SanVis schreef: Ik heb alleen
Lid sinds
10 jaarRol
Siv schreef: SanVis
Lid sinds
7 jaar 2 maandenRol
Dank je wel Bianca voor je
Lid sinds
10 jaarRol
Schrijfcoach Odile Schmidt
Lid sinds
10 jaarRol
Graag gedaan, Siv.
Lid sinds
18 jaar 3 maandenRol
Karel123 schreef: Spannend
Lid sinds
10 jaarRol