#100 - Meneer Tom

Pas op, papa, niet op meneer Tom gaan zitten! Meneer Tom? Ja, meneer Tom, hij zit op die stoel. O! Nou, dan ga ik maar naast je op bed zitten. Maar wie is meneer Tom eigenlijk? Ik ken hem nog niet. Ken je hem al lang? Nog niet zo lang. Meneer Tom is mijn vriendje. Hij maakt me blij. Hij maakt je blij! Zo! Dat is een bijzonder vriendje. Ja. En, wat doet hij dan? Nou. Als ik moet huilen, komt hij naast me zitten, en dan vertelt hij over mama. Hij gaat vaak op bezoek bij mama. En ze heeft mooie witte kleren aan. En ze zit aan een tafel met allemaal lekker eten. En er is mooie muziek. En als hij dat vertelt, dan word ik weer blij. Tjonge. Ben jij daar ook wel eens geweest? Nee. Maar ik heb gehoord dat het er heel mooi is. Weet je, ik zou ook wel zo’n vriendje willen hebben. Ik ben ook wel eens verdrietig. Nou, dan vraag ik meneer Tom toch of hij dat ook aan jou wil vertellen. Dat lijkt me een geweldig idee. Maar… misschien durft hij niet. Dan ga je toch gewoon met hem mee. Dan durft hij vast. Ja, dat denk ik wel. Maar eerst… moet je maar eens lekker gaan slapen. Papa? Ja Welterusten. Welterusten, meisje.