Afbeelding

Of je nou fictie of non-fictie schrijft, zonder een plan van aanpak stuit je al vlug op problemen. Voorkom dat door eerst een ruwe schets van je verhaal te maken.
De lengte van een schets hangt sterk af van de grootte van het project. Schrijf je een kort verhaal, dan zijn een paar woorden of zinnen ter uitleg van de scènes voldoende. Gaat het om een volledige roman, dan neemt de schets meerdere pagina’s in beslag. Een schets van een non-fictie verhaal treedt bovendien meer in detail dan een fictief verhaal. Bij fictie kan de plot immers drastisch veranderen door een plotse ingeving, dus is het verstandig niet alles tot in de puntjes uit te werken.
Voordat je jouw ideeën op papier zet, is het verstandig een mindmap te maken om de kern van jouw verhaal in beeld te brengen. Schrijf in het midden van een groot vel papier het overkoepelende ondewerp/thema van jouw verhaal. Schrijf vervolgens gebeurtenissen en ontwikkelingen van al uitgedachte scènes van jouw verhaal op en verbind deze met een lijn aan het thema.
Blijf dit doen totdat je ieder onderwerp dat in je opkomt hebt gehad. Gebruik ook cijfers, symbolen en/of kleuren om gerelateerde onderwerpen te verbinden of in te delen qua belangrjikheid. Met een mindmap breng je niet alleen het doel van jouw verhaal in kaart, je gaat ook verbanden leggen waardoor je plot verzint of juist inziet dat je bepaalde elementen weg kunt laten.
Zodra jouw mindmap af is, kun je beginnen met de schets.
Schrijf je non-fictie, dan bevat jouw schets veel functionele aanwijzingen voor de plot. Vaak weet je het begin en het einde al en veel van de belangrijkste scènes die daartussen plaatsvinden. Zodra je die scènes op volgorde hebt gezet, kun je de plotgaten opvullen. Hieronder een schema voor een non-fictieschets:
Schrijf je fictie, dan zoek je meer de verbreding op met jouw schets. Om de creativiteit tijdens het schrijfproces te bevorderen is het bijvoorbeeld aan te raden scènes niet op voorhand vol te stoppen met details. Orden dus welke scènes waar moeten, maar houd je niet te sterk vast aan je eerste ingeving. Hieronder een schema voor een schets van een fictief verhaal, zoals een roman of kort verhaal:
Voor een schets van een kort verhaal kun je bovenstaande punten inkorten. Bij korte verhalen is het vooral belangrijk dat je weet wat je met het verhaal wil bereiken; is het informatief, enthousiasmerend, overtuigend, et cetera. Wees je er ook van bewust dat schetsen niet definitief zijn. Je kunt ze tijdens het schrijfproces aanpassen, of omschrijvingen van scènes toevoegen als je vast komt te zitten.
Heb je behoefte aan meer houvast tijdens het maken van een schets of schrijfplan? Gebruik dan de schrijftool Scrivener.
Door: Reinoud Schaatsbergen
+ een overzicht van schrijfvakanties! Lees het in het komende nummer van Schrijven Magazine.
Dit nummer niet missen? Neem vóór 21 maart 23:59 u. een abonnement dan ontvang je dit nummer!
Hoe kies je een goed perspectief? En welke schrijfstijl past erbij? Kathy Mathys legt het je uit in haar workshop Perspectief en Stijl + handige oefeningen!
Tips van redacteur Peter de Rijk in het komende nummer!
Bestsellerauteur Judith Visser gaat in gesprek met haar redacteur Lisanne Mathijssen.
Dit nummer niet missen? Neem vóór 21 maart 23:59 u. een abonnement dan ontvang je dit nummer!