UKV's van de week in de schijnwerpers

In de groep Schrijven Magazine: Ultrakorte Verhalen dagen we schrijvers iedere dag uit om een ultrakort verhaal te schrijven: een heel verhaal in maximaal 99 woorden. Zowel voor beginnende als ervaren schrijvers is dit een fijne oefening om kort en krachtig een verhaal te kunnen vertellen. Iedere week zetten we er vijf in de spotlights als aanmoediging en waardering. Deze vijf vielen ons deze week op, vanwege hun originaliteit, verrassende wending, kwaliteit of spraakmakendheid.
 

Verlangen - Andra Bakker-Slump

9 maart

Ik zet mijn autoradio luider bij 'it's raining men', de file voor mij vervaagt. Mamma staat in de keuken, met appeltaart. Ik ren op haar af. ‘Pas op meisje, het is heet.’
Ze zet de taart op het aanrecht en draait zich om.  
'Kom maar.’ Ik nestel mij in haar. Ze ruikt naar die bloemetjes. Haar handen strelen mijn rug. Regen tikt tegen het raam. Ze wiegt mee op 'she took off to heaven' en loopt naar de schuifpui. ‘Kom, we doen de regendans.’ We dansen hand in hand, op blote voeten. 

De moeder, die ik niet had.

Fatsoensnormen - Kwan Aben-Lee

10 maart

Ze zou toch niet dood zijn, dacht meneer Janssen. Hij kuchte en wachtte opnieuw tot ze aan de kant zou gaan. Toen een reactie uitbleef, porde hij met zijn wandelstok in haar zij.
‘Net nu de melk op is,’ mompelde hij.
Hij keek naar het meisje voor zijn deur en zuchtte. ‘Hoe lang lig je daar al?’
Voorzichtig doorzocht hij haar zakken. Het enige wat hij vond was een pakje sigaretten.
Meneer Janssen schudde zijn hoofd. Hij haalde diep adem en draaide zich om. 
Op zijn stoel bij het raam stak hij de sigaretten één voor één op.

Stuk ongeduld. - Jan Grosfeld

12 maart 

‘Waar blijft mijn soep’, roept een man boos. Het duurt hem allemaal veel te lang. De man heeft zijn gezicht in een verwrongen staat gezet. Zijn hoofd is rood en zijn rechterhand, als een vuist, hangt boven de tafel. Het gaat hem allemaal niet snel genoeg. Zijn boosheid verandert in woede. Een waas verschijnt voor zijn ogen. Hij gilt nu, ‘Waar blijft mijn soep’. Elk woord duidelijk en met een korte pauze tussen elk woord uitgesproken. Hij laat zijn vuist met een harde klap neerkomen net op het moment dat zijn soep op tafel wordt gezet.

Niks - Aaltje van Wieringen

12 maart 

Roodborstje tikt tegen het raam. 
Het meisje geeft niks: ‘Geen suiker. Brood ook niet.’ 
Het is een erg naar meisje.
Bij de bakker tikt Roodborstje op de koektrommel. 
Hij krijgt een hele koek. 
Gelukkig heeft de koek ook vleugels, dat maakt de tocht naar huis lichter.
In het nest zitten vijf roodborsten rond de koek. Ze hebben genoeg. 
Vader zegt: ‘Kom, we gaan naar dat nare meisje.
Ze vliegen er heen en pikken het kind hartstikke dood.
Onder de grond zeggen de maden: Geeft niks, en vreten haar helemaal kaal.
Ze wrijven over hun geribbelde buik. 
Dat smaakt, zeggen ze.

Nieuwsbericht - Stephanie Franssen

12 maart 

De microfoon wordt bijna in mijn neus geduwd. "Wat ging er door u heen toen u die zwerm blauwe kikkers zag overvliegen?" Ik deins achteruit en vraag me af waar die vrouw het over heeft.
"Blauwe kikkers?" vraag ik. "Waar? Ik heb geen blauwe kikkers gezien.
Maar u heeft toch zelf Hart van Hier gebeld met de melding van blauwe kikkers?
Ik weet niets van blauwe kikkers en ik heb zeker niet naar Hart van Hier gebeld."
De verslaggeefster draait zich naar de camera. "U hoort het mensen, alweer geen signalement van blauwe kikkers. Terug naar de studio."