Dyslexie bij creatief schrijven

Zo’n vijf procent van de Nederlandse bevolking heeft dyslexie, hoewel veel meer mensen beweren het te hebben. Als gevolg denken ze ook niet goed te kunnen schrijven.

Bladenmaker Bea de Buisonje hield in 2011 een onderzoek onder communicatiestudenten in de leeftijdsgroep 18 en 20 jaar. Ruim twintig procent bestempelde zichzelf als dyslectisch. Veel van hen beweerde in persoonlijke gesprekken ook dat ze daardoor niet creatief konden schrijven.

De Buisonje legde hen vervolgens de opdracht voor om ‘six word stories’ te schrijven. Veel van de studenten bleken voldoende ideeën te hebben om dergelijke verhalen te verzinnen. Ook het samenvatten van een verhaal in 140 tekens leek hen goed af te gaan, vermoedelijk omdat ze tegenwoordig dagelijks in contact komen met tweets of smsjes.

Na het onderzoek bleek een overgroot deel van de studenten zonder schroom verder te kunnen schrijven. Maar een paar studenten van de twintig procent die beweerde dyslexie te hebben, hield moeilijkheden bij spellen en grammatica. Hieruit zijn twee conclusies te trekken, namelijk dat men vaak ten onrechte het stempel dyslexie krijgen en dat dyslexie niet betekent dat je niet creatief kunt schrijven.

Het gaat bij creatief schrijven immers om het proces en de inhoud, en pas in latere fases om spelling en grammatica. Natuurlijk letten uitgeverijen daar wel op, maar voordat je een manuscript instuurt, kun je terecht bij manuscriptbeoordelaars, proeflezers en correctors. Schroom dus niet om aan de slag te gaan en schrijf dat verhaal!

Als bewijs dat je creatief kunt schrijven met dyslexie is er een verzamelboek gepubliceerd met verhalen van kinderen en jongeren tussen de 6 en 16 jaar met dyslexie. Bekijk of bestel het boek hier.