Lid sinds

7 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Schrijfopdracht #112 Iris

Iris loopt ons lokaal in. Mark, schoolbankbuurman, kompaan in al wat ranzig is, spot haar voor mijn radar aanslaat. ‘Mooi strak wijf op kwart voor,’ bromt hij hitsig. Mijn blik, gulzig als altijd, zoomt in. Blondharig, blauwogig, rank maar toch rond, kont als ook borst pront als hoog duin, stapt zij voort. Vlug van pas, maar zo dat rap slow motion lijkt. Zij antiloop, ik olifant, dunkt mij. Ik droom op. Was ik maar mug, kon ik maar plaag zijn voor haar vacht, mijn mond op haar huid, haar sap in mij. ‘Aanwinst hoor,’ burlt Mark, ‘rukfactor tachtig. Haar lust ik rauw.’ Ik knik, maar dan schaamt mijn hart zich, blust mijn lust. Iris als prooi voor zo’n barbaar als Mark, of ik, dat lijkt plots laakbaar. Mooi is zij absoluut, maar mooi als satijn, aaibaar maar ongrijpbaar. Zij lijkt zo wulps, maar is onaanraakbaar. Mondig is Iris ook, zo blijkt alras. Vol van voosdrang jaagt Mark op haar aandacht. Hij fluit naar haar, zij grinnikt alsof hij kinds is. Hij knipoogt schalks, zij toont haar tong. Sarcastisch kaatst zij zijn mooipraat als hij rond haar draait, slijmt bij haar. Hij faalt, kansloos. ‘Arrogant kutwijf,’ mokt hij bozig. Ik sla mijn maat mijnsondanks hard op zijn kop. Dat maakt dat hij mij uitlacht. ‘Jij valt op dat wicht!’ Schaamrood buig ik voor zijn hoon. ’s Nachts droom ik haar aan mijn zij, naakt, op mijn matras. Haar huid raakt aan mijn huid. Haar haar ruikt naar zon, wind, gras. Zacht praat zij in mijn oor: ‘Jij hoort bij mij.’ Ik wil haar, maar vooral wil ik dat zij mij wil. Dat zij mijn Iris wordt. Ooit, als ik durf.

Lid sinds

12 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Geweldig mooi mannenverhaal, zeker ook binnen de opdracht. Doet me denken aan enkele passages uit 'Brandende liefde' van Jan Wolkers. Met plezier ge- en herlezen.

Lid sinds

7 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Erg goed geschreven! 'Schoolbankbuurman,' vind ik echt een fan-tas-tisch woord. 'Mooi als satijn, aaibaar maar ongrijpbaar' is ook erg mooi. Je dialoog kan nog wel wat aandacht gebruiken: nieuwe spreker, nieuwe regel: ‘Arrogant kutwijf,’ mokt hij bozig. Ik sla mijn maat mijnsondanks hard op zijn kop. Dat maakt dat hij mij uitlacht. ‘Jij valt op dat wicht!’ Schaamrood buig ik voor zijn hoon.