#477 Kikker en de grauwe dag
Herschreven versie
Het was een grauwe dag en Kikker staarde uit het raam. Hij zuchtte en zijn mondhoeken zakten naar beneden. “Ik verveel mij”, zei hij somber tegen zichzelf. De regen spatte tegen het raam en hij legde zijn hoofd in zijn armen.
Zo schrok hij wakker toen er op de deur werd geklopt.
“Kikker, ben je daar?”, vroeg Dasje.
“Laat mij met rust,” riep Kikker, “ik ben niet vrolijk vandaag”.
“Kikker, doe nou open”, drong Dasje aan.
Kikker hield de deur op een kier en keek treurig naar Dasje. “Ik ben geen leuke vriend vandaag,” zei hij.
“Juist als je niet vrolijk bent heb je vriendjes nodig Kikker”, antwoordde Dasje.
“Maar ik ben helemaal niet gezellig of grappig”, snikte Kikker.
“Maar nu ben ík er”, zei Dasje vastberaden en hij pakte Kikkers jas.
Hij trok Kikker mee naar buiten, waar alles nog steeds grijs en grauw was.
"Waar gaan we heen?” sputterde Kikker tegen, “Ik wil gewoon met mijn hoofd onder de dekens gaan liggen.”
“Als ik somber ben, ga ik altijd muziek maken”, zei Dasje en hij opende de deur van zijn huisje. Hij pakte zijn gitaar en zette zijn keyboard aan.
Kikker plofte achter het drumstel. Na een paar minuten stond Kikker op. “Ik kan dit niet, ik krijg er hoofdpijn van, sorry”, mompelde hij toen hij naar de deur liep.
Kikker sjokte even later over het bospad toen hij Hert tegen het lijf liep.
“Kikker, hoe gaat het?”, vroeg Hert.
Kikker haalde zijn schouders op: “Ik weet het niet, ik voel mij zo leeg."
“Kom,” zei Hert, “dan ga ik je opvrolijken”.
Eenmaal binnen in het hutje van Hert, knoopte hij een schort om Kikkers middel. “Als ik verdrietig ben, ga ik altijd iets creatiefs doen. Laten we de zon gaan schilderen”, stelde Hert voor. Hij deed ook een schort voor en zette twee schildersvellen op de twee ezels naast het raam.
Kikker begon met het schilderen van het gras en daarna de zon en de hut van Hert. Dit is zo gek nog niet, dacht Kikker en hij glimlachte zelfs even. Toen keek hij naar Hert. Zijn schilderij leek wel een foto en het zonlicht spatte ervan af. Kikker trok zijn schort uit.
“Ik kan dit niet en ik zit helemaal onder de verf. Ik ga maar naar huis”, snikte Kikker en hij liep naar buiten.
Toen Kikker bijna thuis was en langs de oever liep, kwam Ottertje net uit het water.
“Kikker wat zie jij sip.” riep hij geschrokken.
“Kom met mij mee, dan bakken we een taart”. Nog voor Kikker iets kon zeggen, trok Ottertje hem mee naar binnen. Hij waste kikkers handen die nog vol verf zaten en mixte alle ingrediënten voor de heerlijkste taart.
Toen deed Kikker de taart in de oven. Na een tijdje haalde Kikker de taart er weer uit, helemaal verbrand. Kikker draaide zich alweer om. “Ik kan ook niks vandaag, ik verpest alles”, kwaakte hij. En hij liep verder naar huis.
Op zijn voordeur zat een briefje geplakt: ‘Egel heeft je nodig’ stond erop.
Kikker zuchtte en besloot toch om heel eventjes bij Egel te kijken. Toen hij de deur van Egels huis opendeed, zag hij niemand. Wel hingen er slingers aan de muur en zwierden de zoete klanken van Dasjes pianospel door de kamer. Vanachter de bank sprongen Egel, Hert en Ottertje tevoorschijn.
“Verrassing!” riepen ze in koor. In de hoek speelde Dasje op de piano.
“Waarom doen jullie dit?”, vroeg kikker verbaasd, “Ik heb alles alleen maar verpest vandaag”.
“Vrienden zijn er altijd voor je,” zei Egel. “Zeker wanneer je het moeilijk hebt.”
En samen aten ze de taart die Ottertje had gebakken en keken ze naar de schilderijen van Kikker en Hert, met op de achtergrond de muziek van Dasje.
Eerste versie
Het was een grauwe dag en Kikker staarde uit het raam. Hij zuchtte en zijn mondhoeken zakten omlaag. Hij had zijn hele huisje schoongemaakt en zijn puzzel al twee keer gedaan. “Ik verveel mij”, zei hij somber tegen zichzelf. De regen spatte tegen het raam en hij legde zijn hoofd in zijn armen.
Zo schrok hij wakker toen er op de deur werd geklopt. “Kikker, ben je daar?”, vroeg Dasje aan de andere kant van de deur. “Laat mij met rust,” riep Kikker, “ik ben niet vrolijk vandaag”.
“Kikker, doe nou open”, drong Dasje aan. Kikker hield de deur op een kier en keek treurig naar Dasje. “Ik ben geen leuke vriend vandaag” zei hij. “Juist als je niet vrolijk bent heb je vriendjes nodig, Kikker”, antwoordde Dasje. “Maar ik ben helemaal niet gezellig of grappig”, snikte Kikker. “Maar nu ben ik er”, zei Dasje vastberaden en hij pakte Kikkers jas.
Hij trok Kikker met jas en al mee naar buiten, waar alles nog steeds grijs en grauw was. “waar gaan we heen?” sputterde Kikker tegen, “ik wil gewoon met mijn hoofd onder de dekens gaan liggen”. “Als ik somber ben, ga ik altijd muziek maken”, zei Dasje en hij opende de deur van zijn huisje. Hij pakte zijn gitaar en zette zijn key-board aan. Kikker plofte achter het drumstel. Na een paar minuten stond Kikker op. “Ik kan dit niet, ik krijg er hoofdpijn van, sorry”, mompelde hij toen hij naar de deur liep.
Kikker sjokte over het bospad toen hij Hert tegen het lijf liep. “Kikker, hoe gaat het?”, vroeg Hert. Kikker haalde zijn schouders op: “Ik weet het niet, ik voel mij zo leeg”. “Kom”, zei Hert, “dan ga ik je opvrolijken”.
Eenmaal binnen in het hutje van Hert, knoopte hij een schort om Kikkers middel. “Als ik verdrietig ben, ga ik altijd iets creatiefs doen."Laten we de zon gaan schilderen”, stelde Hert voor. Hij deed ook een schort voor en zette twee schildervellen op de twee ezels naast het raam. Kikker begon met het schilderen van het gras en daarna de zon en de hut van Hert. 'Dit is zo gek nog niet’, dacht kikker en hij glimlachte zelfs even. Toen keek hij naar Hert. Zijn schilderij leek wel een foto en het zonlicht spatte ervan af. Kikker trok zijn schort uit. “Ik kan dit niet, en ik zit ook nog eens helemaal onder de verf. Sorry, ik ga maar naar huis”, snikte Kikker en hij liep naar buiten.
Toen Kikker bijna thuis was en langs de oever liep, kwam Ottertje net uit het water. “Kikker wat zie jij sip”, riep hij geschrokken. “Kom met mij mee, dan bakken we een taart”. En nog voor Kikker iets kon zeggen, trok Ottertje hem mee naar binnen. Hij waste kikkers handen die nog vol verf zaten en mixte alle ingrediënten voor de heerlijkste taart. Toen deed Kikker de taart in de oven. Na een tijdje haalde Kikker de taart uit de oven. Hij was helemaal verbrand. Kikker draaide zich alweer om. “Ik kan ook niks vandaag, ik verpest alles”, kwaakte hij. En hij liep verder naar huis.
Op zijn voordeur zat een briefje geplakt: ‘Egel heeft je nodig’ stond erop. Kikker zuchtte en besloot toch om heel eventjes bij Egel te kijken. Toen hij de deur van Egels huis opendeed, zag hij niemand. Wel hingen er slingers aan de muur en zwierden de zoete klanken van Dasjes pianospel door de kamer. Vanachter de bank sprongen Egel, Hert en Ottertje tevoorschijn. “Verrassing!” riepen ze in koor. In de hoek stond Dasje te spelen op de piano. “Waarom doen jullie dit?”, vroeg kikker, “Ik heb alles alleen maar verpest vandaag”.
“Vrienden zijn er altijd voor je.”, zei Egel, “Zeker wanneer je het moeilijk hebt”.
En samen aten ze de taart die Ottertje had gebakken en keken ze naar de schilderijen van Kikker en Hert.
Hoi Maartje, een verhaal van…
Lid sinds
5 jaar 7 maandenRol
Hoi Maartje, een verhaal van Kikker en zijn vriendjes. Helemaal in de stijl van Max Velthuijs geschreven. Het is een heel leuk kinderverhaal geworden en in die zin graag gelezen, maar de tekst zou van mij hier en daar strakker mogen. Daarmee kun je meteen een aantal woorden besparen, want je verhaal is langer dan de opdracht aangaf. De opdracht gaf ook aan dat het niet meer dan twee dieren mochten zijn.
“Ik ben geen leuke vriend vandaag” zei hij. ---> achter vandaag hoort nog een komma
"Waar gaan we heen?” sputterde Kikker tegen, “ik wil gewoon met mijn hoofd onder de dekens gaan liggen”. ---> de punt hoort voor het ah-teken te staan. Verderop staan nog een paar zinnen meer waarbij de punt achter het ah-teken staat.
De tweede zin is een nieuwe zin, dus dan begint de zin met een hoofdletter.
Na een tijdje haalde Kikker de taart er weer uit. Hij was helemaal verbrand. Kikker draaide zich alweer om. ---> De derde zin voegt weinig toe en de eerste twee zinnen kun je ook compacter schrijven. Bijvoorbeeld:
Na een tijdje haalde Kikker de taart er weer uit, geheel verbrand.
'Dit is zo gek nog niet’, dacht kikker ---> gedachten hoeven niet tussen ah-tekens en ook niet cursief. Er staat namelijk al dat Kikker het dacht. Je schrijft hier kikker (en verderop nog een keer) de naam met een kleine letter.
“Ik kan dit niet, en ik zit ook nog eens helemaal onder de verf. ---> de komma achter "en" mag weg en de woorden "ook nog eens" zou je ook kunnen schrappen.
En nog voor Kikker iets kon zeggen ---> Dit is zo'n zin waar je "En" kunt schrappen.
In de hoek stond Dasje te spelen op de piano. ---> "stond te spelen" kun je ook vervangen door "speelde"
In de hoek speelde Dasje op de piano.
vroeg kikker verbaast, ---> verbaasd
“Vrienden zijn er altijd voor je.” zei Egel, “Zeker wanneer je het moeilijk hebt”. ---> de punt hoort een komma te zijn en de komma een punt. De laatste punt hoort dan weer voor het ah-teken.
Beste Fief, Inderdaad, mijn…
Lid sinds
4 jaar 2 maandenRol
Beste Fief,
Inderdaad, mijn inspiratie was Max Velthuijs. Leuk dat dit ook zo overkomt op de lezer!
Balen dat ik de interpunctie nog steeds niet (volledig) onder de knie heb. Heel erg bedankt voor je aanvullingen en kritische oog. Ik blijf er aan werken (en ik heb je feedback meteen verwerkt!).
Hartelijk dank,
Maartje
Een nieuwe versie kun je…
Lid sinds
5 jaar 7 maandenRol
Een nieuwe versie kun je boven deze versie plaatsen.
Ha Maartje, mooi verhaal,…
Lid sinds
8 jaar 1 maandRol
Ha Maartje, mooi verhaal, kun je zo voorlezen aan je klas. Max Velthuijs was deze ronde nog niet voorbijgekomen, leuk. Leren is kopiëren, maar daarmee vertel ik je vast niks nieuws. Het gaat wel ten koste van eigenheid, maar dat zal dus wel komen doordat dit verhaal zo direct naar Max verwijst.
Dasje en Hert voelen een…
Lid sinds
3 jaar 1 maandRol
Dasje en Hert voelen een beetje als indringers. Doordat het leest als een imitatie vind ik het moeilijk om er iets over te zeggen. Dat neemt niet weg dat ik het wel knap gedaan vind.
dag Maartje Je verhaal…
Lid sinds
5 jaar 10 maandenRol
dag Maartje
Je verhaal blinkt uit in eenvoud, goede zinnen en een mooie opbouw van het verhaal. Het leest erg aangenaam en kan als basis dienen voor verdere verhalen met al deze hoofdfiguren.
Erg goed gedaan.
Johanna