Lid sinds

15 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Opdracht #287-Kinderbijbel

 

De kinderbijbel

 

Mijnheer Titsema, directeur van het weeshuis in Schiedam, roept zijn zoontje. De kleine jongen komt enthousiast aangerend, een meisje met zich mee trekkend. “Kijk Pap, dat is ze nu. Mijn vriendin.”        Tjeerd Titsema heeft de laatste dagen al veel verhalen van zijn zoontje over 'zijn vriendin' gehoord en wil de kleine meid beter leren kennen. Zijn zoontje is van nature nogal eenkennig en speelde liefst alleen. Wat maakt dit kind zo bijzonder voor hem? Het meisje dat nog maar enkele dagen in het weeshuis verblijft, samen met haar drie jaar oudere zusje dat door het leeftijdsverschil in een andere afdeling is geplaatst, bloost en blikt wat verlegen naar de directeur op. Ze is maar wat blij met haar nieuwe vriend waardoor het gemis van haar zus en ouderlijk thuis wordt verzacht.

Door het bombardement van 1 mei 1940 op haar geboortestad Rotterdam is er zoveel in haar leventje veranderd. Weg huis, weg speelgoed, weg familie. Ze voelt zich nog onwennig in haar nieuwe omgeving.

Tjeerd Titsema, een streng gereformeerd man, leest zijn zoontje regelmatig voor uit de kinderbijbel. Hij besluit, na het zien van de om liefde en aandacht bedelende donkere ogen van 'de vriendin', de kinderen allebei mee naar zijn kantoor te nemen. En daar zit ze dan. Ons Annemieke. Op de rechterknie van de directeur en Bruno, zielsgelukkig omdat Annemieke door zijn vader wordt geaccepteerd, op de linkerknie.    De mooie, grote en rijk geillustreerde kinderbijbel ligt opengeslagen op het bureau en het voorlezen begint.

Het verhaal gaat over een man die "Onze Vader" wordt genoemd en in de hemel woont. Hij heeft gezegd: "Laat de kinderkens tot mij komen." Op de bijbehorende prachtig gekleurde tekening zie je de man staan tussen de .kinderen die rond hem zitten. 

De kramp die in Annemiekes tenger kinderlichaam is gekropen toen haar vader haar in het weeshuis achterliet, lost zich op.  Ze begrijpt niet alles. Maar ze voelt zich veilig. Hier op de knie van Bruno's vader. De heerlijke geur die uit het boek opstijgt maakt haar duizelig van geluk. Haar liefde voor het boek is geboren. Wanneer Tjeerd de bijbel met zijn gouden gespen sluit, slaakt ze een zucht van tevredenheid en droefenis.

Het meisje van destijds, vijf jaar oud, is nu een oude vrouw van in de tachtig. Ze is mijnheer Titsema nog altijd heel dankbaar.


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Lid sinds

10 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hallo Marijcke,

... wat heb je dat fijn verteld. Je ziet dat drietal voor je. "De heerlijke geur die uit dat boek opstijgt"  De liefde voor boeken is geboren. Prachtig, Marijcke. Het is echt zo.

Dat laatste las ik net bij Mw.Marie  en warempel het is zo. 

Het is fijn om weer van je te lezen.