Lid sinds

11 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid

#256 Meegenomen

Meegenomen ‘Misschien is het je de afgelopen dagen al eens opgevallen,’ begint Gerben zijn verhaal. Het is tegen middernacht. De vonken schieten in wolken omhoog, telkens als er takken op het vuur gegooid worden. Gloeiende stukjes hout dwarrelen af en toe naar beneden en schroeien een zwart plekje in de harige stof van mijn vest. Vanaf morgen zijn het de tastbare herinneringen aan dit kamp. Als de vonkenregen nog even aanhoudt, heb ik straks een bijna pikzwart omhulsel. ‘Vroeger stond hier een kasteel. De sporen lijken uitgewist, maar als je goed kijkt zie je ze nog steeds.’ We luisteren aandachtig. ‘Het pad waar we iedere dag overheen lopen naar het bos, was vroeger een beek. De stapels stenen die je verspreid tussen de bomen ziet liggen, zijn de resten van de muren. En de open plek waar we vaak spelen; is het je nooit opgevallen dat het een perfect vierkant is? Daar stond de belangrijkste toren. De toren waar Eugenie van Allemonde zich opgesloten had. O ja en die tamme kraai die hier tussen onze tenten rondvliegt. Hoe oud zou die zijn? ’ Ik zie het voor me, de beek, de muren, het kasteel, de toren, zelfs de kraai. Ze zeggen dat ik een levendige fantasie heb. Dat ik snel afgeleid ben. In mijn eigen wereld leef. Het zal wel. ‘Eugenie van Allemonde moest trouwen met de graaf, maar ze wilde niet. Daarom zat ze al tien jaar hoog in de toren en weigerde er uit te komen. Iedere dag bracht haar trouwe dienster Jannetje haar te eten en vers water. Het hele land wist dat Eugenie niet wilde trouwen met de graaf, ze wisten dat zij zichzelf opgesloten had en alle jongemannen wisten ook dat zij de allermooiste van de wereld was. Althans, dat werd verteld, want ze liet zich alleen bij het venster zien. En het venster van zo’n hoge toren is lastig te zien. Alleen Hendrik van Ambacht kon zich haar schoonheid voor ogen halen.’ Ik weet dat Eugenie de mooiste is. Ik zie haar staan voor het venster. Ze lijkt op Anja. Anja zit naast me. Het gezicht van Anja danst mee met de vlammen en haar kleren veranderen in die van een jonkvrouw. Als ik mijn voeten iets verzet, raakt mijn been haar bovenbeen. Ik voel haar warmte. Anja is aardig tegen mij, niet meer dan dat. Sommige hebben al gezoend. Anja en ik niet. Joost zit aan de andere kant van haar. Hij kijkt regelmatig naar haar borsten. ‘Elke dag liep de graaf naar boven. Klopte op de deur bij Eugenie en vroeg: Wil je met me trouwen? Hoepel op! schreeuwde Eugenie van Allemonde elke keer opnieuw. Hoepel op, niets meer en niets minder.’ De stem van Eugenie klinkt als de stem van Anja bij het toneelstuk van gisteren, waarin zij een heks speelde. Schel, hard en nog steeds aantrekkelijk. ‘Eugenie wilde wel trouwen, maar niet met de graaf. Ze was verliefd op Hendrik van Ambacht. Verliefd vanaf hun eerste kus, toen ze net vijftien waren. In die tijd zo goed als volwassen.’ Ik ben Hendrik, Anja is Eugenie. Ik weet het zeker. We hebben nog nooit gekust, maar we zijn ook nog geen vijftien. Joost is de graaf. ‘Hendrik was ten einde raad. Eugenie was onbereikbaar voor hem. De graaf zou hem nooit toelaten tot het kasteel en Eugenie zou nooit kunnen ontsnappen. Hij vroeg overal om hulp. Duizend goudstukken voor degene die mij kan helpen! liet Hendrik aan iedereen weten. Dat hoorde ook een heks, een heuse toverkol. Zij kon het goud goed gebruiken. Hendrik ging meteen bij haar op bezoek, toen hij hoorde dat zij hem mogelijk kon helpen. Kunt u me echt helpen? vroeg Hendrik aan de heks. Jazeker, antwoordde de heks. Hoe dan? vroeg Hendrik. Ik zal je veranderen in een kraai, dan kan je naar haar vliegen en Eugenie van Allemonde bevrijden. Maar let op, als je haar liefde niet vindt, dan zal je altijd een kraai blijven. En verder nog iets? vroeg Hendrik van Ambacht. Pik zijn ogen uit. Pik zijn ogen uit? Wat bedoel je? Pik de ogen van de graaf eruit, dan zal hij je nooit meer volgen.’ De zwaailichten van de ambulance verlichten in een spookachtige regelmaat de bomen om ons heen. Agenten praten met Gerben. Joost ligt nog op de grond. Anja verbergt haar gezicht in haar handen. Ze lijkt te huilen. De verpleegkundigen buigen zich over de lege oogkas van Joost. Anja. Ik zal haar liefde nooit vinden. Ik spreid mijn vleugels en vlieg op. Ik draai nog één rondje, klem mijn snavel om het linkeroog van Joost en verdwijn in de nacht.

Lid sinds

8 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
Hadeke, getver wat een sprookje :D . Je laatste alinea laat me lachen. Vooral de zin: zijn snavel klemt om Joost zijn linker oog. Kleinigheidje: je bent de aanhalinstekens in de dialogen vergeten of heeft dat een bepaald reden? Fijne avond en sterkte met de warmte.

Lid sinds

11 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
@mw.marie Dankjewel voor je reactie. Wat betreft de dialogen, daar worstel ik in dit geval mee. Ik geef het verhaal van Gerben als dialoog weer. Dus telkens als hij begint zie je een enkel aanhalingsteken en als hij stopt met vertellen, sluit ik daarmee weer af. Het lastige is dat binnen het verhaal van Gerben ook dialogen voorkomen. Zou ik die met aanhalingstekens aanduiden, dan raakt de lezer de draad kwijt vrees ik. Vandaar geen aanhalingstekens binnen het verhaal van Gerben zelf, maar wel als Gerben het verhaal begint of stopt. Maar iedere suggestie is welkom.

Lid sinds

5 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
We zouden na deze opdracht een leuk bundeltje met horrorverhalen kunnen uitbrengen ;-) Wat betreft je worsteling met aanhalingstekens: ik los dat meestal op door dubbele aanhalingstekens te gebruiken binnen de enkele aanhalingstekens. ‘Elke dag liep de graaf naar boven. Klopte op de deur bij Eugenie en vroeg: "Wil je met me trouwen?" "Hoepel op!" schreeuwde Eugenie van Allemonde elke keer opnieuw, "Hoepel op, niets meer en niets minder."’ Ik weet het, het ziet er soms raar uit met zo'n " die onmiddellijk gevolgd wordt door een ', maar als softwareontwikkelaar ben ik erger gewoon. In source code heb je heel veel "geneste" structuren.

Lid sinds

11 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Dank Bruno. Ik ga er op kauwen. Vroeger heb ik me wel eens aan Visual basic gewaagd. Ik was erg goed in spaghetticode en foutafhandelingen die nooit benaderd werden. (Of code die in een datumveld onderzocht of de datum valide was, terwijl het veld dat zelf al deed. :-) )

Lid sinds

6 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Hoi Hadeke, Mooi geschreven, vooral de eerste alinea vind ik erg mooi. Leuk idee zo'n sprookje bij het kampvuur dat een sprookje wordt.

Lid sinds

5 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Petje af, heel mooi gedaan. Goede opbouw, heel verzorgde tekst, geweldige twist aan het end. Je verhaal doet me denken aan het werk van Michel Faber. Vogelverwijzingen (en -metaforen) zijn natuurlijk sowieso polulair in de literatuur - en terecht, blijkt ook maar weer uit jouw verhaal. Een populaire gewoonte is om bij dialoog binnen dialoog dubbele aanhalingstekens te nesten binnen enkele, en daarbinnen zonodig dan weer enkele, tot in het oneindige. Maar ik sta eigenlijk wel achter jouw keuze. Al die aanhalingstekens zouden wel erg 'in your face' worden. En bijna overal snapt de lezer echt wel wat er precies speelt. Ik zie alleen enige ambiguïteit in dit zinnetje: 'Hoepel op, niets meer en niets minder.' Misschien zei Eugenie alleen 'Hoepel op en niets meer of minder, maar het is ook mogelijk dat die extra woorden ook uit haar mond komen. Maar dat is altijd wel op te lossen natuurlijk, en zo niet, dan is er nog niet veel aan de hand. Er zijn wel wat zinnetjes waar ik op microniveau nog wel wat over op te merken heb, maar eigenlijk mag het allemaal geen naam hebben. Ik gooi het er voor de vorm toch maar tegenaan, want ik wil me er niet met een jantje-van-leiden van af maken :) 'En de open plek waar we vaak spelen; is het je nooit opgevallen dat het een perfect vierkant is?': Ik vind de puntkomma hier niet ideaal. Een beletselteken (drie puntjes) zou ik hier beter vinden passen. En de tweede 'het' verwijst naar 'plek', wat helaas geen het-woord is. Officieel kun je dan 'het' ook niet als verwijswoord gebruiken. 'dat' kan wel, met als 'nadeel' dat je dan 'dat dat' krijgt. Dus misschien zou ik de formulering een beetje aanpassen. 'De toren waar Eugenie van Allemonde zich opgesloten had.': Ik zou zeggen: 'De toren waarIN...' 'O ja en die tamme kraai die hier tussen onze tenten rondvliegt. Hoe oud zou die zijn?': Ook hier zou ik eerder een beletselteken tussen de twee zinnen gebruiken, of anders een komma. 'Ik zie het voor me, de beek, de muren, het kasteel, de toren, zelfs de kraai. ': De ik-persoon, zo gaan we nog ontdekken, is nog geen vijftien (en een kraai, zo blijkt natuurlijk uiteindelijk, maar die mentale stap hoeft de lezer pas helemaal aan het eind te zetten). Iemand die zo jong is zou het volgens mij anders zeggen. En dat 'zelfs' is een beetje verneukeratief. Aangezien de ik zelf een kraai blijkt, vind ik de keuze van het woord 'zelfs' niet op zijn plaats hier. Ik zou eerder voor iets minder 'misleidends', iets neutralers kiezen, zoals 'en ja, ook de kraai'. ‘Eugenie van Allemonde moest trouwen met de graaf, maar ze wilde niet.': De graaf? Welke graaf? Kennen we die al? Als er 'koning' had gestaan, had ik geen moeite gehad met het woordje 'de' (omdat er daar per land doorgaans hooguit één van is), maar van graven zijn er meestal wel meerdere. 'Alleen Hendrik van Ambacht kon zich haar schoonheid voor ogen halen.' 'iets voor ogen halen' ken ik niet als uitdrukking. Wel 'iets voor de geest halen' en 'iets voor ogen houden'. Een contaminatie misschien? 'Sommige hebben al gezoend.' Het enige echte schrijffoutje dat ik ben tegengekomen: 'Sommige' moet 'Sommigen' zijn. 'Hij kijkt regelmatig naar haar borsten.': Opnieuw naar mijn gevoel geen zin voor een mens van nog geen vijftien, met name vanwege het woord 'regelmatig'. Ik zou eerder bijvoorbeeld 'de hele tijd' verwachten, of 'supervaak' of zo. 'Klopte op de deur bij Eugenie en vroeg: Wil je met me trouwen?': De telegramstijl waarbij het onderwerp ('hij') wordt weggelaten vind ik hier niks toevoegen, integendeel. En 'bij Eugenie' is overbodig en zou ik gewoon weglaten (of anders liever 'van Eugenie') 'Schel, hard en nog steeds aantrekkelijk': Als de lezer hier nog moet denken aan een jochie als 'ik', is 'maar' logischer dan 'en' (en ook 'aantrekkelijk' vind ik een te 'volwassen' woord voor zo'n jongen. 'en' werkt misschien een beetje vervreemdend, maar dat kan ook een heel verdedigbare keuze zijn: je haalt de lezer dan al een beetje uit zijn of haar 'comfort zone', zodat die dan na de ontknoping kan denken: 'ik had het kunnen weten!' 'Joost is de graaf.': Ik zou hier 'natuurlijk' toevoegen, voor een nog wat sterker effect. 'Maar let op, als je haar liefde niet vindt, dan zal je altijd een kraai blijven.': Als je haar liefde niet vindt? Wat betekent dat precies? Als ze je liefde niet beantwoordt? Ik ken die uitdrukking in ieder geval niet. 'En verder nog iets? vroeg Hendrik van Ambacht.': Dit vind ik een beetje een geforceerde vraag om bij de ontknoping uit te komen. Dat moet ook anders kunnen. Maar vooral: nogmaals mijn complimenten. Het kan eigenlijk linea recta naar de drukker.

Lid sinds

11 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Dank voor je mooie woorden, maar nog meer dank voor je scherpe blik. Ik ben nu ff op een tussenstop naar de vakantiebestemming, maar neem je opmerkingen zeker mee.

Lid sinds

6 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Hoi Hadeke, Wat een prachtig verhaal, ik heb er erg van genoten. Ook het einde vond ik verrassend. Ik zou bijna zeggen, voltooi het verhaal en laat het uitgeven... :thumbsup:

Lid sinds

10 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
mw Marie schreef: Hadeke, getver wat een sprookje :D . /quote] :thumbsup: :ninja: :thumbsup: Ik vind het alleen een beetje jammer dat de kraai wegvliegt zonder te kraaien. Dat kan nu niet omdat hij het linkeroog van Joost in zijn snavel houdt. Misschien zou je hem het oog eerst kunnen laten inslikken/ inzwelgen? Komt er een vervolg? (Zou ik wel leuk vinden. :p ) Komt de kraai terug? Wat is de rol van Gerben in het geheel? Is hij de toverkol? Hoe is zijn relatie met Anja nu?