Lid sinds

5 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Schrijfopdracht 237 De jongens in de trein

15 maart 2019 - 19:19
Noot van de schrijver: ik heb de trein laten rijden tussen Kortrijk en Gent omdat dat het verhaal beter diende. --- Hoewel ze beiden nog geen dertig waren en het jeugdig vuur nog steeds in hen brandde, kon je wel al duidelijk zien dat deze twee mannen op een verschillend tempo verouderden. Max, 29, was gehuld in een samenraapsel van postuniformen – een broek van voor de naams- en imagoverandering, een jas van erna – en staarde levenloos voor zich uit. Voor hem was de treinrit naar Gent altijd een kwelling – het begin van een werkdag, het begin van opnieuw een dag waarin hij zijn droom, schrijver zijn, niet zou laten uitkomen. Zijn bruine haren, samengebonden in een paardenstaart, vertoonden hier en daar al wat veel te vroeg gekomen grijze haren. Een veel te lange baard waarin stukjes van zijn ontbijt – croissants uit het vuistje – nog zichtbaar waren. Groene ogen die al te veel gezien hadden – te veel variatie in uren waarin ze moesten werken, te veel leed van postmannen die hun ronde kwijt waren, te veel menselijk leed op ronde in de achtergestelde buurt, toen hij nog postbode was in Kortrijk. Zijn vuisten opengebarsten van de koude – zijn rechter daarenboven ingetapet, door de klap die hij zijn chef had gegeven, wat hem tot deze treinrit vandaag en de komende zes maanden had veroordeeld. Karel, 28, zag er uit alsof hij in de maatpakkenwinkel geboren was. Afgeborsteld – letterlijk en figuurlijk, opdat de hardnekkige roos in zijn kalende kruin geen vals vermoeden van gebrekkige hygiëne zou verraden. Strak in het pak, een driedelig donkergrijs met fijne lichtgrijze, verticale lijntjes. Blauw hemd en groene das. Het was 21 maart en hij had, geheel volgens een tv-reeks die hij als kind ooit had gezien, er een traditie van gemaakt om iedere 21 maart, het begin van de lente, zich een groene das aan te meten. Het contrast tussen deze twee mannen kon niet groter zijn. Karel stond voor alles waar Max een hekel aan had: bourgeoisie, hoogopgeleide lulhannesen, maatpakken en managers. Max was dan weer het schoolvoorbeeld van alles waar Karel dan weer op neerkeek: mensen zonder ogenschijnlijke ambitie die maar wat aanmodderden in het leven en die deel uitmaakten van een kroniek van een aangekondigde dood, in casu het postwezen, die niet wilden erkennen dat het over en out was met zoiets archaïsch en inefficiënt als de brief. ‘Kauwgum?’ Karel stak zijn hand uit. Max’ ogen volgden de druppels die striemen op de ramen maakten. ‘…’ Karel trok zijn hand terug, opende het papiertje en propte de kauwgum in zijn mond. De trein maakte geen aanstalten om nog verder te gaan. Er zat nog iemand in de coupé te tokkelen op haar laptop. ‘Dat is wel wat, hé. Dat openbaar vervoer. Nu staat die trein hier stil en de NMBS vindt het zelfs niet nodig om ons uitleg te verschaffen.’ Max draaide zijn hoofd nu richting potentiële gesprekspartner. ‘En?’ ‘Ik bedoel maar,’ zei Karel, ‘dat die overheidsadministraties nogal arrogant met ons belastinggeld omspringen.’ ‘En dat is uw probleem waarom juist?’ ‘Omdat ook ik daarvoor betaal. Jij ook trouwens, al krijg je er wel een flink deel van terug, natuurlijk.’ ‘Een flink deel? Vind jij 1400 euro netto een flink deel? Jij verdient vast het dubbele.’ ‘Ja, maar…’ ‘En ben jij ook elke dag geteisterd door managers die minder ervaring hebben dan jij?’ ‘Neen, maar…’ ‘Hou dan ook je wafel over overheidsadministraties, kapitalist. Denk je nu echt dat de privé het zoveel beter zou doen, stuk onbenul? De kans bestaat dat door dit niemandsland zelfs geen trein meer rijdt, mocht de privé het voor het zeggen hebben.’ Karel zweeg. De vrouw aan het eind van de coupé stond recht, trok haar kokerrok recht en stapte met gelaarsde tred richting Max. ‘Beauregard?’ sprak ze, op vragende, maar strenge, toon. ‘Ja.’ ‘Jij mag je in het sorteercentrum op mijn bureau melden. We moeten het even hebben over het arbeidsreglement en het ambassadeurschap als postbode.’ ‘Fuck.’

Lid sinds

10 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
16 maart 2019 - 9:56
Hoi, ik heb genoten van je stukje. Het voldoet zeker aan de opdracht* en wat je brengt is een treffend maatschappijbeeld. :thumbsup: (*Ik ben eens benieuwd naar wat de schrijfcoach erover zal zeggen.)

Lid sinds

8 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
17 maart 2019 - 13:49
Helemaal met N.D.D. hierboven eens. Dit vind ik een hele sterke in je dialoog: '...'. Mooi geeft diepte en de lezer heeft iets te raden. Graag gelezen en fijne zondag.

Lid sinds

6 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
17 maart 2019 - 22:34
Prachtige scene Tim. Je personages uitgesproken neergezet, tot en met de vrouw aan het einde van de coupé, die in kokerrok 'in gelaarsde tred' (heerlijk!) richting Max stapt. Knap dat je ook haar in een paar zinnen karakter en vorm geeft. Fijne ingrediënten in dit stukje toch ook wel persoonlijk leed (mooi gevonden ook, die ingetapete rechterhand); humor en een actueel thema, privatisering in het algemeen en het leed bij postbedrijven. In het kader van de opdracht heb ik weinig op te merken. Een suggestie in het algemeen; je gebruikt regelmatig bijwoorden. Kijk eens wat er gebeurt als je daarin schrapt. Misschien maakt het je tekst sterker - het kan ook zijn dat het ritme van je tekst juist mede door die bijwoorden vorm krijgt. 'kon je wel al duidelijk zien dat deze twee mannen op een verschillend tempo verouderden.' wordt dan 'kon je al duidelijk zien,' of 'kon je wel duidelijk zien.' of 'kon je duidelijk zien.' 'een paardenstaart, vertoonden hier en daar al wat veel te vroeg gekomen grijze haren.'wordt dan 'vertoonden hier en daar te vroeg gekomen grijze haren,' of 'vertoonden wat veel te vroeg gekomen grijze haren.'

Lid sinds

5 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
18 maart 2019 - 9:16
Bedankt voor de feedback :) Wat kanttekeningen: Ik ben zelf postbode (geweest, nu heb ik wat pseudo-promotie gemaakt) dus het leed is mij zeker niet vreemd. Nu ben ik bediende als vervanger, wat betekent dat ik vaak de trein op moet. Ook heb ik last van droog vel, zoals ze dat hier in Vlaanderen zeggen. Daarvan kwam die ingetapete hand. Op mijn chefs heb ik nooit geslagen, al is er in ons kantoor wel een incident geweest, waar ik in dit verhaal gebruik van maakte. En ik heb een hekel aan privatisering: nu moet ik werken voor mijn geld, stel je voor ;) Alle gekheid op een stokje, er zijn al wat tranen gevloeid en ja, ook van mezelf. Vriendelijke groet, La Grange

Lid sinds

11 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
18 maart 2019 - 10:19
Tim, … wat een prachtig verhaal en ook zo levensecht; zeker na het lezen van jouw reactie. Heel vroeger had je nog een band met de postbode. Je keek naar hem uit wanneer je iets 'belangrijks' verwachtte. Ook kwamen ze wel eens twee keer per dag. Hij was net zo vertrouwd als de bakker, de melkboer en de groenteman. Maar hoe de onderlinge verstandhoudingen bij de postbezorgers waren, daar had je geen idee van. Jij hebt een tipje van de sluier opgelicht. Met belangstelling heb ik je verhaal gelezen. :nod: :thumbsup: .