Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

#227 - November

2 januari 2019 - 15:59
Het probeert te regenen; ik probeer te negeren dat het me iets doet. Ik besef dat ik me warmer had moeten kleden. “Doe een muts aan,” zei mijn moeder altijd wanneer de dagen merkbaar begonnen te korten, wanneer de zon soms dagen na elkaar niet door de wolken kwam piepen. Ik deed nooit wat ze zei, zelfs al was het een dag als deze, zelfs al had ze gelijk. Ik ben geen paddenstoel. Ik draag geen hoedje in het gras zoals de mycena’s, de mosklokjes en de vlekplaatjes die hier welig tieren in de zoden. Ik ben geen paddenstoel. Ik laat amper sporen na; het grint knarst onder mijn stappen. Stil verontschuldig ik me voor het verstoren van de rust. De wind jaagt een rilling door de bomen langs de wegkant. Straks komt de winter, fluisteren hun takken, dan heb je geen schaduw meer nodig. Ik ruik hun bladeren, netjes in hoopjes geharkt tegen de schutting naast het pad. De geur roept nog meer herinneringen op uit mijn kindertijd. “Niet in de plassen springen,” zei mijn moeder vaak bij dit weer, en “Doe je schoenen uit voor je binnenkomt.” Dit is geen plaats om in plassen te springen. De mensen rondom mij hullen zich eenzaam in stilzwijgen. Ik voel me ook alleen. Woordeloos tel ik elke rij die ik voorbijloop. Ik ben bijna bij de grafsteen die ik zoek.

Lid sinds

8 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
3 januari 2019 - 20:45
Bruno, aan het einde begrijp ik het sinistere van je verhaal. Het doet autobiografisch aan. In je eerste zin begrijp ik niet zo goed wat je wilt zeggen : het probeert te regenen en daarna ik probeer te negeren. Mss iets veranderen zodat niet twwe maal proberen in 1 zin staat? Ik wens je inspirerend 2019 toe.

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
4 januari 2019 - 9:58
In je eerste zin begrijp ik niet zo goed wat je wilt zeggen : het probeert te regenen en daarna ik probeer te negeren.
Elke ochtend maak ik koffie voor mijn vrouw en haal ik brood en de krant voor een ontbijt in bed. Vaak vraagt mijn vrouw dan: wat voor weer is het vandaag. Laatst wilde ik zeggen: het regent en het regent niet. Omdat dit echter weinig steek houdt, zei ik: het probeert te regenen. Daarmee bedoelde ik dat er af en toe een druppel viel, een hele druppel. Het miezerde niet, het motregende niet. Ik heb een boomrijke voortuin, en soms vallen er druppels van de takken als het waait. Dan lijkt het alsof het regent, maar het regent niet echt. Soms vallen die druppels gewoon uit de lucht zonder dat er bomen in de buurt zijn. Nu eens blijft het bij die druppels, dan weer zijn die druppels de voorbode van pijpenstelen. Je kan dat ook soms hebben met tranen. Soms heb je het gevoel dat de tranen klaar zitten, en je wil huilen omdat je weet dat een goede huilbui deugd doet. Tegelijkertijd wil je niet huilen omdat je er nog niet klaar voor bent je verdriet te aanvaarden. Het is een dubbel gevoel.
Mss iets veranderen zodat niet twwe maal proberen in 1 zin staat?
Nee, dit korte stukje zit vol dubbels. Kijk bij voorbeeld naar de volgende paragraaf: “Doe een muts aan,” zei mijn moeder altijd (1) wanneer de dagen merkbaar begonnen te korten, (2) wanneer de zon soms dagen na elkaar niet door de wolken kwam piepen. Ik deed nooit wat ze zei, (1) zelfs al was het een dag als deze, (2) zelfs al had ze gelijk. Ik gebruik die dubbels als een stijlfiguur, en dat is het duidelijkst bij de herhaling van "Ik ben geen paddenstoel." Paddenstoelen ruimen dood materiaal op. De ik-figuur in dit stukje loopt als enige levende door een kerkhof vol dode mensen. Ik heb paddenstoelen op een kerkhof altijd luguber gevonden. Door twee maal te herhalen dat hij geen paddenstoel is, wil de ik-figuur duidelijk stellen dat hij leeft. Ik leef! Ik leef! Maar op een kerkhof heb ik er soms moeite mee daarmee te leven. Om een lange uitleg kort te maken, de zinnetjes: het probeert te regenen. ik probeer te negeren. waren opzettelijk zo geschreven met als bonus het feit dat regenen en negeren anagrammen zijn van elkaar.
Bruno, aan het einde begrijp ik het sinistere van je verhaal. Het doet autobiografisch aan.
Het is nochtans niet autobiografisch, en als ik het vandaag herlees, vind ik het eigenlijk te gekunsteld. Dat merk ik ook aan mijn uitleg hierboven. Ik heb ondertussen ook de commentaren van de schrijfcoach gelezen, en ik begrijp de opdracht nu beter. Ik dacht dat we moesten vermijden dingen te schrijven zoals "het natte gras" of "de koude wind", maar dat "het gras is nat" en "de wind is koud" eventueel wel mochten. Ik zie dat ik mij met woorden zoals "stil" en "eenzaam" niet aan de regels van de opdracht hield. Daarom heb ik een tweede poging gedaan, en die is wél autobiografisch: Ziekbed; in 2008 werd bij mijn oudste zoon, toen twaalf jaar oud, botkanker (Osteosarcoom) vastgesteld. In een tijdspanne van tien maanden onderging hij achttien chemokuren en verschillende operaties, waaronder één heel zware. Hij kreeg drie soorten chemo: Methotrexaat met de kleur van gele snoepjes, Doxorubicine met de kleur van rode snoepjes en Cisplatin met een vuilwitte kleur. In dat nieuwe stukje heb ik de kleine kamer waar de chemo (meestal 's nachts) werd toegediend proberen te beschrijven. Het kamertje was zo klein dat het bed op de gang moest om het op te maken. Na het lezen van de opmerkingen van de schrijfcoach snap ik nu de opdracht in de zin dat het niet de bedoeling is te schrijven De kamer is piepklein; de stoel waarop ik zit zeer ongemakkelijk, maar eerder iets als De kamer is een luciferdoosje; de stoel waarop ik zit een pijnbank. Ik heb die verzelfstandignaamwoording van bijvoeglijke naamwoorden nog in niet veel inzendingen gezien.

Lid sinds

5 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
4 januari 2019 - 10:26
Hallo Bruno, Ik ben nog niet toe aan het becommentariëren van jouw stukje, maar heb het nu wel vast gelezen, inclusief je extra commentaar nu. Je had het oorspronkelijk wel goed begrepen hoor. Ik wilde alleen het gebruik van, om het helemaal precies uit te drukken, attributief gebruikte bijvoeglijk naamwoorden, ontmoedigen (zoals in bijv. 'de kleine kamer'). Andere gebruiksvormen, zoals in bijv. 'de kamer is klein', zijn wel prima. Zie https://onzetaal.nl/taaladvies/bijvoeglijk-naamwo… voor meer informatie. Zoals ik inmiddels elders ook al heb benadrukt, gaat het mij niet zozeer specifiek om de aan- dan wel afwezigheid van bijvoeglijk naamwoorden. De opdracht is eerst en vooral om een omgeving te beschrijven, niet om een compleet verhaaltje met afgerond plot te schrijven. Door daarbij bijvoeglijk naamwoorden te vermijden word je vanzelf gedwongen alternatieve beschrijvingsvormen te zoeken, zoals vergelijkingen, metaforen, enzovoort. Slechts weinig inzendingen tot nu toe zie ik echt als hoofdzakelijk beschrijvingen van omgevingen, dat vind ik wel jammer. Ook jouw stukjes zijn dat niet. Kun je ook nog even aangeven welk stukje je graag becommentarieerd zou zien? Ik houd het graag bij één per persoon :)

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
4 januari 2019 - 10:53
Hallo Katja, wacht nog even met mijn stukjes. Ik denk nog even na over de opdracht. Mijn eerste poging begon met "ik ruik het landschap" en was een poging om een bos na een bosbrand te beschrijven. Ik reed een paar jaar geleden naar Yosemite een paar weken na een bosbrand. Het enige wat overbleef van het bos waar ik door reed waren korte stompjes stam. In december was ik in Carmel Valley, waar ik een wijn proefde die gemaakt was van druiven die zo'n brand overleefd hadden. Die druiven hadden heel wat van de rook opgenomen, en je proefde de rook in de wijn. Ik werd echter afgeleid door de recentere bosbranden. De vader van één van mijn beste vrienden is omgekomen in de "Campfire" brand in Paradise. Zo kwamen mijn gedachten bij de wargraves zoals Tyne Cot in de streek waar ik opgroeide. Ik ben die ooit gaan bezoeken met mijn Amerikaanse vriend omdat zijn vader oudstrijder was in WW II en aan zijn zoon verteld had over de indrukwekkende WW I kerkhoven. Mijn tweede poging ging dus over de oorlogskerkhoven, maar ook die sneuvelde, maar het kerkhofthema bleef. Zoals je merkt, is schrijven voor mij een nogal chaotische oefening. Geef me nog een paar dagen tijd en misschien kom ik dan met iets op de proppen dat helemaal on-topic is.

Lid sinds

5 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
4 januari 2019 - 12:18
Hoi Bruno, Dat is prima. Dan wacht ik het rustig even af. Ik wilde wel nog even iets anders ter sprake brengen: ik merk aan je stukjes dat je een Vlaming bent. Ik ben zelf slechts een reservebelg en mijn referentiekader is het Nederlands van boven de rivieren (al kom ik zelf dus wel van onder de rivieren). Er is op zich natuurlijk niets mis met Vlaamse woorden, constructies of wat dan ook, maar enerzijds is het voor mij niet altijd makkelijk onderscheid te maken tussen wat Vlaams en wat gewoon incorrect Nederlands is, en anderzijds ben jij je er misschien ook niet altijd van bewust dat iets wat voor jou heel gewoon is dat niet voor het hele taalgebied is. Daarom zal ik alles wat ik als afwijkend van de standaardnorm over één kam scheren en in mijn kritiek opnemen. Er zijn natuurlijk ook best dingen die Nederlanders schrijven en voor Vlamingen heel vreemd klinken, en ik zou het in ieder geval nuttig vinden als jij daar als Vlaming dan een opmerking over maakt bij het lezen van andermans teksten. Ik denk dat de meeste Nederlandse schrijvers daar ook wel benieuwd naar zijn.

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
4 januari 2019 - 13:24
Ik heb ondertussen het stukje "Ziekbed" herschreven door herinneringen aan een chemokuurnacht op te roepen. Het kamertje dat ik beschrijf bestaat gelukkig niet meer. We zaten toen op 3K6 (derde verdieping in gebouw K6). Dat was de afdeling pediatrie, oncologie en haematologie van het UZ in Gent. Het gebouw is kort nadat wij het vaarwel konden zeggen afgebroken en de nieuwe kamers zijn een pak comfortabeler dan het aquarium van destijds. Ik ben inderdaad een Vlaming. Hoewel we dezelfde taal (horen te) spreken, zijn de verschillen vaak zo groot dat een Vlaming de dialogen in een Nederlandse tv-serie niet kan volgen zonder Vlaamse ondertitels. Ook bij geschreven taal krullen mijn tenen soms bij het lezen van woorden als sudderans. Wat is dat een lelijk woord, zeg! Je kan dat toch bezwaarlijk Nederlands noemen? Wat mij betreft, schrijf je dat correct in de originele taal, jus d'orange, en als dat niet lukt, schrijf dan gewoon sinaasappelsap ;-) Ik ben benieuwd te lezen welke Vlaamse woorden je als incorrect Nederlands beschouwt.

Lid sinds

5 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
4 januari 2019 - 14:04
Ik zal Ziekbed op mijn lijstje zetten. Ik probeer mijn feedback op volgorde van plaatsing van de teksten te geven, dus ik zal er vandaag nog wel niet aan toe komen. 'sudderans' heb ik gelukkig nog nooit gezien! Ik zou dan hooguit denken aan een gerecht dat op het formuis staat te pruttelen bij een of andere kannibaal die een buurvrouw genaamd Ans heeft, of nou ja, had. Nogmaals, ik zal geen enkel Vlaams woord als incorrect Nederlands beschouwen. Mijn referentiekader is de Nederlandse standaardtaal van boven de rivieren waaruit anderen heel soms een vleugle onderriviers moeten poetsen vanwege mijn (Noord-)Brabantse roots. Het gaat dus niet altijd om correct of incorrect Nederlands, maar om al dan niet standaardtaal zoals Nederlandse uitgevers die graag gehanteerd zien worden. Als ik het blijkbaar poëtisch bedoelde 'het probeert te regenen' in bovenstaand stukje even oversla, is het eerst waar ik over 'val bijvoorbeeld 'doe een muts aan'. Ik zeg dan: dat moet 'doe een muts OP' zijn. En ik vermoed dan dat het voor jou als Vlaming juist wel natuurlijker klinkt, maar als een Nederlander het zou schrijven zou ik het ook corrigeren e het dan dus een fout noemen. Dus voor het gemak ga ik echte fouten en dat soort dingen over één kam scheren. Ik heb nu eenmaal niet de middelen om daar onderscheid in te maken.

Lid sinds

10 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
6 januari 2019 - 6:31
"Het probeert te regenen." We hebben de laatste jaren wel meer van dat soort weer, terwijl ik me zulk weertype totaal niet kan herinneren uit mijn kindertijd. Zowel in wintertijd als in zomertijd hangt er precies meer vocht in de lucht zonder daadwerkelijk naar beneden te willen vallen. Ik vraag me vaak af of dit te maken heeft met de klimaatverandering waar zo veel over gesproken wordt. Heel leuk die vergelijking met de paddenstoel. Wel zou ik het niet herhalen. Twee keer is me te veel. Dubbelop, zeggen de Nederlanders dan. Zou ik vermijden in een prozatekst. "Doe je muts aan." Hier in Poperinge "doen" wij ook zo veel, haha. Ik geloof dat ze in Nederland hun kleren aantrekken in plaats van aandoen. Maakt mij niet uit. Ik hou van beide taaltjes. Ik kan niet kiezen wat ik het mooiste vind. Ik kies in functie van mijn doelpubliek. Graag gelezen.

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
6 januari 2019 - 11:10
"Doe je muts aan." Hier in Poperinge "doen" wij ook zo veel, haha. Ik geloof dat ze in Nederland hun kleren aantrekken in plaats van aandoen. Maakt mij niet uit. Ik hou van beide taaltjes. Ik kan niet kiezen wat ik het mooiste vind.
Ik ben geboren in Ieper, maar mijn moeder was van Poperinge ;-) In Vlaanderen kan je een hoed opzetten, maar een muts doe je aan. Ik definieer het verschil door te kijken wat de wind met een hoofddeksel kan doen. Als de wind een hoofddeksel kan doen wegwaaien, dan zet je het op. Als de wind een hoofddeksel niet kan doen wegwaaien, dan doe je het aan. Ik denk niet dat ik ooit zal schrijven "zet je muts op" want dat gaat tegen mijn intuïtie en taalgevoel in.

Lid sinds

5 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
6 januari 2019 - 12:44
Nederlanders doen hun kleren ook wel aan hoor, of ze trekken ze aan. Mutsen daarentegen zetten of doen we alleen op, niet aan. Het is prima om trouw te blijven aan je eigen taalgevoel. Dat bleef Hugo Clauis immers vast ook. Maar houd er wel rekening mee dat Nederlandse uitgevers, tja, Nederlandse uitgevers zijn, mocht je daar ooit mee te maken (willen) krijgen. 'Mijn moeder was van Poperinge' is overigens ook typisch Vlaams, en dat zit hem niet alleen in Poperinge... Nederlanders zouden zeggen: Mijn moeder kwam uit Poperinge (maar alleen als de moeder inmiddels is overleden, anders is het '..komt uit Poperinge').

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
6 januari 2019 - 13:30
Ik heb tot nu toe enkel nog maar voor een Amerikaanse uitgever geschreven. Daar had ik een team van een dozijn mensen rond mij. Als non-native English writer haalde ik constant British en American English door elkaar. Het was de taak van de copy editor om mij daarop te wijzen (al had ik voor mijn tweede boek een uitstekende developmental editor die al een heel pak van dat werk op zich nam). Ik heb mijn ervaring met mijn Amerikaanse uitgever hier beschreven: http://azertyfactor.be/tekst-lezen/20880/mijn-per… Ik weet niet hoe het er bij Nederlandse uitgevers aan toe gaat.