203 Dierbare herinnering
Ik stapte uit mijn aftandse, rook uitbrakende rammelende old timer en zag dat het mis was. De voordeur , wat er nog van over was stond open en ik wist zeker dat ik die achter me dicht had getrokken. In het gele licht van de lantaarnpaal zag ik stukken hout en splinters op de stoep liggen. Met grof geweld zich toegang verschaft, dacht ik.
Stapje voor stapje liep ik naar de gapende wond en keek naar binnen de donkere gang in. Een vlammende woede maakte zich van me meester. Mijn hart bonsde in mijn keel en het bloed gonsde als een razende door mijn hoofd.
Snel liep ik terug en keek de straat op en neer. Achterbuurt waar de gordijnen altijd dicht waren en niemand ooit iets had gezien. Ik vloekte binnensmonds en liep naar binnen om de schade op te gaan nemen.
In de gang lag de inhoud van de meubelkast en glas van de spiegel die aan de muur hing. Het knarste onder mijn schoenen.
Ik werd duizelig en moest steun zoeken tegen de muur. Alles was vervangbaar, hield ik mezelf voor. Maar waarom bij mij..?
Wat hadden ze gezocht bij mij. Ik pijnigde mijn hersens waarom ik het slachtoffer was geworden van deze brute inbraak.
Sinds ik hier woonde...mijn adem stokte in mijn keel en ik sloot mijn ogen. Het zou toch niet waar zijn. Alsof ik vleugels had snelde ik de trap op en keek niet naar de ravage om me heen. Alles was vervangbaar, maar dit niet. Zou ze me het laatste wat me aan haar herinnerde ook nog wilde ontnemen.
Anna, de vrouw met wie ik jaren lief en leed had gedeeld tot ze door een ongeluk om het leven kwam. Haar sieraden en gouden ring waren mijn herinnering aan haar, ik koesterde ze en had ze bewaard op een speciale plek. Niemand wist waar, alleen één persoon die ik in vertrouwen had genomen. Met trillende handen schoof ik het schilderij opzij waarachter ik in de zachte muur een ruimte had gemaakt voor mijn schatten. Het gapende lege gat staarde me aan. Mijn benen klapten dubbel en ik voelde de tranen stromen. Het begon al licht te worden toen ik overeind kwam en naar de huiskamer liep. Ik schopte de stoel opzij en schoof de tafel weg. Daar lag de telefoon. Ik drukte een nummer in en kreeg de voicemail. Natuurlijk.
' Ik weet dat je het hebt,' gromde ik woedend.' Je hebt tot vanavond de tijd om het terug te brengen. Anders kom ik achter je aan.'
Hoi John Doe, spannend en met
Lid sinds
7 jaar 9 maandenRol
Goed gedaan, John Doe. Ik
Lid sinds
6 jaar 8 maandenRol
Hoewel ik niet helemaal in
Lid sinds
10 jaar 4 maandenRol
Dat gaat er bij mij niet in.
Lid sinds
6 jaar 7 maandenRol
John: het is vast iemand
Lid sinds
10 jaar 6 maandenRol
Hoi John, ja heerlijk die
Lid sinds
13 jaar 9 maandenRol
Is iemand kwaad geweest op de
Lid sinds
10 jaarRol
Bedankt voor jullie reacties.
Lid sinds
6 jaar 7 maandenRol
Misschien voor de volgende
Lid sinds
6 jaar 10 maandenRol