Afbeelding

opmaken in word voor selfpublishing

Foto: Pexels

Word-opmaaktips voor selfpubbers

Nu en dan lees ik een boek dat in eigen beheer is uitgegeven en struikel ik over kleine slordigheden die makkelijk voorkomen hadden kunnen worden. Naast taalfouten zijn dit vooral opmaak-gerelateerde dingen als niet-inspringende alinea’s en dubbele spaties.


Met onderstaande tips kun je deze slordigheden makkelijk voorkomen. En wat die taalfouten betreft: een redacteur heb je zó gegoogeld (‘manuscripthulp’, ‘manuscriptbeoordeling’ et cetera).

Alinea’s

Wanneer de volgende alinea niet inspringt en de regel ervoor tot aan de rechterkantlijn doorloopt, is het niet helder waar de vorige alinea eindigt en de nieuwe begint. Dat is nadelig omdat:

  • een nieuwe alinea gebruikt kan worden om een ander personage aan het woord te laten, zónder dat je per se ‘zei hij’ of ‘vroeg Maaike’ hoeft te gebruiken;
  • een nieuwe alinea een contrast kan inluiden met de vorige;
  • een nieuwe alinea een korte adempauze creëert, langer dan die tussen een punt en de volgende zin;
  • niet-inspringende alinea’s een bladzijde met veel tekst nogal volgepropt doen overkomen.

Het is gebruikelijk elke tweede, derde et cetera alinea te laten inspringen, met een Tab. Let wel: in Word kun je het met automatisch inspringen doen lijken of een alinea inspringt, maar bij overzetting naar een opmaakprogramma wordt dit vaak tenietgedaan. Met een Tab kun je dit voorkomen. 
Stem ook even af met je vormgever. Er zijn opmaakprogramma’s die automatisch elke tweede, derde et cetera alinea kunnen laten inspringen.

Puntje, puntje, puntje

Wat ik vaak zie in selfpubboeken: meer dan drie puntjes, soms vier, soms vijf, soms met nog een komma erachteraan. Het is echter gebruikelijk drie puntjes te gebruiken, zónder komma erachter. Dus liever niet: ‘Wacht eens even…, was jij het soms?’
In plaats van drie losse puntjes, bijvoorbeeld bij een pauze in een citaat, kun je trouwens beter een beletselteken gebruiken, door (in Windows Word) op Ctrl+Alt+. te drukken. Hiermee voorkom je onder andere dat het tweede en/of derde puntje op de volgende regel terechtkomt.

Aanhalingstekens

Gebruik bij voorkeur énkele, gekromde aanhalingstekens voor citaten. Bínnen citaten kun je dan dubbele gebruiken: ‘Hij liet me gister weten: “Je zoekt het maar uit met je goede voornemens.”’ Let op de enkele punt op het eind. Is het citaat binnen het citaat een vraag, dan wordt het: ‘Ze vroeg me: “Hoe houd je dat vol, zonder vrouw, drie kinderen en een baan?”’ Dan mag je de punt weglaten. 

Let erop dat ál je aanhalingstekens gekromd zijn: soms zie ik nog een enkele rechte (') staan. Dat ontsiert de tekst. En forceer een apostrofje bij ’s (morgens), ’t en ’m – met Ctrl + 2 keer ’ – wanneer Word hier automatisch een aanhalingsteken (‘) plaatst.

Spaties

Dubbele spaties ontsieren regels en, als ze veel voorkomen, de bladspiegel. Je kunt ze gemakkelijk voorkomen door in je definitieve manuscript – dus wanneer je niets meer aan de tekst gaat wijzigen – te zoeken op dubbele spaties en deze te vervangen met enkele, via ‘Zoeken en vervangen’ (Ctrl+h). 

Gebruik deze functie ook om drie puntjes te vervangen met een beletselteken, en Tab +spatie met Tab; zie de vorige tips. (Of vraag een redacteur dit voor je te fiksen.)

Hoofdstukken

Laat elk hoofdstuk op een nieuwe pagina beginnen door de cursor vóór de titel – bijvoorbeeld Hoofdstuk 2 – te plaatsen en op Ctrl+Enter te drukken. 

Hoofdletters

‘MAG HET IETSJE MINDER SCHREEUWERIG ALSJEBLIEFT?’ Graag zelfs. Gebruik klein kapitaal wanneer je iemand iets wilt laten schreeuwen, door op Ctrl+Shift+k te drukken en daarna gewone kleine (lower cast) letters te gebruiken.

Trouwens, iemand laten schreeuwen kan eenvoudiger door er een uitroepteken achter te plaatsen. Of, als de vlam nog niet in de pan is geslagen, met accenten: ‘Mag het íétsje minder schreeuwerig alsjeblieft?’ (Pas dit tevens toe op social media.)

Ten slotte: vergeet niet de opgemaakte proefdruk na te lopen op andere opmaakfoutjes, zoals een enkel woord op een verder lege pagina en verkeerd geplaatste afbreekstreepjes (‘jongen-sinternaat’), voordat je op Verzenden of Print drukt. 

Over de auteur

Rob Steijger werkt als freelance redacteur voor zowel uitgevers als schrijvers. Bekijk hier zijn website.