Afbeelding

Slikken kreng

Foto: Jalapeño Books

Debuteren van ‘Slikken, kreng!’: een pornografische boekenbevalling

Debuteren met een boek over seks. Sterker nog; debuteren met een boek over je éígen seksleven, terwijl je ook een “keurige” logopedist bent in een ziekenhuis. Dat zijn van die zaken waar je een paar avonden voor aan de zuip moet. Even met vrienden bespreken of dit echt een verstandig plan is. Want naast dat de inhoud wellicht, misschien, een beetje, iets losmaakt bij je collega’s, netwerk (ehh, hallo, JE OUDERS?!) is het schrijven van een boek behoorlijk intensief. To. Say. The. Least. 

Boek schrijven als baren van een kind

Er zijn mensen die het schrijven van een boek (en debuteren) vergelijken met het baren van een kind. Ik zou niet durven, want zelfs al ben ik de trotse eigenaresse van een baarmoederbroedfabriekje, deze fabriek is net zo drukbezocht als station Amsterdam Centraal in coronalockdown. Eng leeg. En naast het feit dat mijn broedfabriek al jaren tumbleweeds aan het verzamelen is, heeft een van mijn beste vriendinnen haar 33-uur durende bevalling eens vrij gedetailleerd gedeeld. Na het delen van die ervaring was die vriendin misschien niet meer dezelfde, maar ik ook niet. Geloof mij, na zulke verhalen haal je het niet meer in je hoofd om ook maar íéts met een bevalling te vergelijken. Re-spect. 

Hoe dan ook, het debuteren van een boek met, in mijn geval, een nogal pikante inhoud. Om te zeggen dat deze ervaring het qua trauma haalt bij een 33-urige bevalling; I guess not. Maar dat het je bloed, zweet en tranen kost voordat jouw kostbare ‘kindje’ in je handen ligt, dat kunnen we wel stellen. Want damn, voordat je op dat punt bent dat het aller kwetsbaarste dat een schrijver kan maken daar is, dat duurt nog wel even. 

‘Ik flikker het allemaal weg’

Dat zijn vele uren schrijven, veel kritiek verwerken en opnieuw lezen. Die kritiek vermommen ze dan als “feedback”, maar laten we wel wezen: als het klinkt als “kut” en het voelt als “kut” dan noemen we het dus kritiek. En dan wéér lezen. Zo vaak weer je eigen verhaal lezen, dat je jezelf echt niet meer uit kunt staan. En gaat denken: ik flikker het allemaal weg. Wat een kloteverhaal. Vindt niemand goed, leuk, tof, eng of überhaupt de papierverspilling van het printen waard. 

Dat was het moment dat ik me aan liet praten dat het een “teken” is. Een teken dat je er bijna bent. Een teken van ‘de laatste loodjes zijn het waard’ en ‘de finishline is in zicht’. Allemaal waar, maar óók het moment om de boel even te laten voor wat het is en vooral niets te deleten. 

Neem jezelf mee uit wandelen. 
Neem jezelf mee uit zuipen. 
Masturbeer jezelf de ontspanning in. 

Schrijfstraf

Doe in ieder geval iets anders dan naar je schrijfsels kijken. Mijn oplossing was dat ik 2 maanden lang schrijfstraf had. Ik mócht niet schrijven. Ik mócht niet naar m’n boek kijken. En hoewel ik me nog nooit zo gestoord heb aan spijbelgedrag, hielp het wel! Op de middelbare school had mijn spijbelgedrag vooral het effect dat ik nog minder graag naar school wilde, nu stond ik na 2 maanden te trappelen om weer aan de slag te mogen! Wat nou zware laatste loodjes; bring it! 

Daar ligt jouw boek

En gelukkig volgt de beloning waar je op hoopt. Je bevalling, je laatste horde, de laatste minuten van jouw 33 uur. Na gesprekken over logische verhaallijnen, feedback vermomd als kritiek, coverplannen, auteur foto’s, titelaanpassingen, lettertypes en opmaak-ideeën, ligt daar ineens je boek. Hoe je ooit begon met ‘leuk een verhaal schrijven’ zijn er ineens discussies over of je wel of niet het woord ‘pornogragisch’ op je achterflap wil hebben en in welke kroeg je boekpresentatie gaat zijn. Gesprekken waarvan je eerder niet dacht ze te hebben, maar ze ooit wenste te hebben. 

Ineens ben je debuterend auteur. 
Van een boek. 
Op jouw boekpresentatie. 
Het meest kwetsbaarste en meest van mij dat ik ooit kon maken. Iets concreets achterlaten. Je boek in handen hebben en je net zo trots voelen als ooit bij je eerste eigen gemaakte werkstuk. Kraamtranen waardig. En zéker pornografisch. 

Over de auteur

Pip Lou is 32. 
Auteur van ‘Slikken, kreng!’. Klinisch logopedist in het ziekenhuis. Slikexpert. Nachtburgemeester van Gouda. 
Haat datingsapps en download ze dus met grote regelmaat. 
Houdt van whisky en drinkt dat met te weinig regelmaat. 
Heeft misschien ADHD. 
Misschien. 

Uitgeven