Zo maak je een cliché origineel: de eenzame detective

Clichés schrijf je liever niet. Geen nood! Ik help je een cliché te herkennen en je zelfs nog de goede weg in te slaan als het die kant op gaat. Daarvoor gaan we het cliché ontleden en de tekst weer terug op de rit zetten. Deze week: de eenzame detective.

Het cliché

Het hele land is bang voor een losgeslagen moordenaar, die de politie met honderden manschappen maar niet kan vangen. Maar een detective met een eenmanszaak die ook nog eens eenzaam en vaak ook dronken is, kan die klus wel klaren.

Waarom stoort dit cliché zo?

Dit cliché is een twee-in-een. Het eerste cliché is de te grote powerfantasy. Het is niet realistisch dat een persoon kan wat een compleet beroepsmatig en getraind team niet kan. Anders was deze detective allang gerekruteerd. Maar ook de detective als persoontje is hier vaak eenheidsworst: hij is depressief, aan de drank, eenzaam, heeft een tragisch achtergrondverhaal of al het bovenstaande. Dan is het niet meer dan logisch dat je niets ‘beters’ te doen hebt dan de casus voor de zoveelste keer te overdenken en dat ene detail te vinden dat voor de doorbraak zorgt.

De oorzaak van het cliché: gebrek aan ‘echt’ plot

In een detective heb je de moord die opgelost moet worden en degene die dat moet doen. Dan is het puzzelstukjes verzamelen. Als je dat goed doet, houd je de lezer daarmee voldoende geïnteresseerd, maar op zichzelf zijn deze voorwaarden gegeven, geen verhalen met een plot. Maar dat mag ook niet de overhand krijgen, want het gaat om het oplossen van de moord. En zo belandt deze detective al snel in het eenzame of anderszins vastgelopen leventje waarin verder niet veel mag gebeuren.

Het cliché fiksen: van de zolderkamer af

Om beide clichés te fiksen, moet jouw detective vooral (vaker) van zijn zolderkamer afkomen. Als hij intensiever met het politiekorps samenwerkt, verminder je de kans op de impressie dat hij alles alleen weet op te lossen. Maar maak hem ook sociaal, of niet door zijn omstandigheden teruggetrokken of lastig in de omgang. Het spreekwoordelijke zolderkamertje waar de detective werkt, is van de buitenwereld afgesloten. En juist daar kom je mensen tegen met wie je interacties hebt die kunnen uitgroeien tot romances, wraakacties, je detective kan er verhalen horen over bedrog, verraad…
Kortom: in de buitenwereld spelen zich de verhaalthema’s af die een verhaal kleur geven. Zorg er vooral voor dat je speurneus die thema’s ook vanuit de eerste hand meemaakt. Dus laat hem niet alleen lezen over een vermeende betrokkene in zijn dossier die op wraak uit is: laat diegene ook op de stoep staan met het dreigement dat: ‘als ik die rotzak te pakken krijg, dan…’  En laat je detective iets van diegene vinden. Maak hem bang of juist geïrriteerd... En niet alleen als deze persoon in zijn kantoor staat: maak die gevoelens onderdeel van een subplot of verhaalthema. De detective mag niet zomaar een papieren casus op proberen te lossen: hij is een mens dat bij een menselijke casus betrokken is.

Tip voor het verlaten van de zolderkamer

Het spreekwoordelijke verlaten van de zolderkamer zoals hierboven beschreven kan je uitwerken met voorbeelden als:
-  werk en privé niet meer kunnen scheiden door een bepaalde gebeurtenis
- een gruwelijk detail kleurt zijn blik op de zaak zodanig dat hij niet meer objectief kan observeren
- zijn opgeblazen ego voorkomt een goede samenwerking met de recherche.

Anders gezegd: de cliché dronken detective heeft al zijn persoonlijkheid en gevoelens weggedronken, zodat hij zich helemaal op de zaak kan storten, zonder betrokken te hoeven raken. Probeer manieren te zoeken waarop hij juist wel betrokken raakt, of in ieder geval zijn menselijke natuur laat zien, met alle voor-en nadelen die daarbij horen.

Over de auteur

Nadine van de Sande is freelance copywriter en schrijfster. Op verhaalentaal.blog post ze wekelijks een uitgebreide tip voor creatief schrijven. Als manuscriptredactrice en schrijfcoach helpt ze schrijvers het beste uit hun werk te halen. Ze geeft ook een cursus dialogen schrijven.