Afbeelding
Foto: Pexels
Foto: Pexels
Je kan het nog zo goed verdoezelen als je wil, altijd zullen je personages iets meekrijgen van je eigen karakter in je manuscript. Dat lijkt de logica zelf; je haalt immers inspiratie uit de dichtstbijzijnde bron en dat ben jijzelf. Je kunt bijvoorbeeld sommige van je eigen karaktertrekken uitvergroten en deze netjes verdelen onder een ploeg figuranten. Je hoofdpersoon krijgt hierbij uiteraard meer body dan randfiguren, die eerder types zullen zijn dan karakters. Ze fungeren als aangevers als het ware. Ook de tegenstrever of antagonist zal dieper vormgegeven worden. Niets zo vervelend als een verhaal met bordkartonnen personages, of niet soms?
Een serieus motief, voor eender welk hoofdpersonage, is verlangen. Hij of zij moet iets willen. Wát hij of zij wil, doet er niet toe; hoé het te bereiken, de weg naar het uiteindelijke doel, is veel belangrijker. Vanaf het moment dat er krachten zijn die dat tegenwerken, heb je een verhaal. De ene wil oorlog, de andere vrede. De ene wil vrijen, de andere pingpongen. Jack wil Anya, Anya wil John, John wil een hond, de hond wil een bot. Botsende belangen, egoïstische spelletjes, allemaal lekkers voor de smeuïge verbeeldingskracht van de snoodaard die zich auteur noemt. Ja, jij dus, plottenbakker.
Wat moet je ermee als je het onzalige idee krijgt de dood, de wind, een vogel of een steen tot hoofdpersoon te bombarderen? Dit fenomeen wordt personificatie genoemd. Je dicht dus levenloze dingen of abstracte begrippen menselijke eigenschappen toe. Je komt het wel eens tegen in fantasy, waar een magisch zwaard zelf bepaalt wie zijn meester wordt. In Animal Farm van Orwell wordt de ganse veestapel van een boerderij gepersonifieerd. Of je hoofdpersoon nu een sumoworstelaar of een knikker is; zorg ervoor dat de lezer zich ermee kan identificeren. Inleving met het hoofdkarakter is een grondvoorwaarde om spanning in je verhaal te brengen. Heb je daar lak aan en zal het je worst wezen dat de lezer zich vereenzelvigt met je hoofdfiguur, dan heb je een antiheld geschapen.
Uiteraard is er een reden waarom je net dat personage hebt gekozen die de eer heeft je verhaal te dragen. Met andere woorden: de arme drommel zal het niet voor de wind gaan. Hij heeft een trauma te verwerken, hij moet dingen rechtzetten, hij is het slachtoffer van een persoonsverwisseling of hij kampt met een tandvleesontsteking en je held lijdt aan een ernstige vorm van odontofobie (tandartsfobie). Of wat als je hoofdpersoon een straatsteen is met pleinvrees?
Nu, wees wel een beetje zuinig met het toevoegen van complexen aan je hoofdpersoon, of zelfs je antagonist. Als je een concertpianist opvoert die blokkeert omdat hij de overstap van gedrukte naar digitale partituren niet kan verwerken, heb je wellicht een interessant uitgangspunt. Als je dezelfde arme man ook nog eens opzadelt met jicht, toenemende blind- en doofheid, een vechtscheiding, een alcoholprobleem en een hazenlip kun je misschien beter een carrièreswitch overwegen tot reisbegeleider in een rampgebied, ik zeg maar iets.
Wat de figuren betreft die je leidende karakters omgeven: deze hebben eerder een aangevende en sturende functie. Let er daarom op dat ze geen storende functie krijgen. Via een vriend van de hoofdpersoon vernemen we bijvoorbeeld waar en hoe die is opgegroeid, waarom hij kampt met innerlijke demonen. Mogelijkheden, mogelijkheden, mogelijkheden.
Meer lezen? Schandalig Schrijven – Marijn Mieriks
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.
Dit nummer niet missen? Neem vóór 24 januari 23:59 u. een abonnement dan ontvang je dit nummer!
Mariken Heitman geeft tips! Meld je aan en ontvang dit nummer.
Topauteur Herman Koch geeft naar aanleiding van het verschijnen van zijn nieuwe boek advies aan jonge schrijvers. Meld je aan!
Ervaren redacteur Maria Genova deed voor Schrijven Online meer dan dertig manuscriptbeoordelingen. Lees haar tips in het komende nummer!