UKV's van de week: Weer en Joepie

Iedere week lichten wij vijf ultrakorte verhalen uit die ons deze week zijn opgevallen. Dit zijn de verhalen van deze week. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.


Froukje Postma – Concert

2 april

Ik zit op het harde houten bankje in de voortuin en wuif naar vrouwlief die komt aanlopen.
Ze kijkt naar de volle boodschappentas naast mij. 'Waarom ben je nog niet met het eten begonnen?'
'Sst!' Ik leg een vinger op mijn lippen, gebaar haar dichterbij te kopen en doe de voordeur heel zachtjes open.
Over de trap komen flarden gezang naar beneden gerold. Zoveel vrolijkheid, zoveel uitbundigheid hebben we de laatste tijd niet van onze puberdochter gehoord. 
Samen rillen we in de lentezon en delen een overgebleven boterham uit mijn lunchbakje, de voordeur op een kiertje.

Asko De Vries Robles – Herseninfarct

4 april

Het schemert...
Een mengelmoes van licht en donker.
De schellen vallen van mijn ogen af.
Zinnen vallen uiteen; in woorden, letters... 
Eindelijk, eindelijk ben ik vrij.
Om te ademen, te stralen... Ik word niet langer gehinderd door enige vorm van kennis.
Ik open mijn ogen en lig in een hoog-laag bed. Alles om mij heen is steriel wit. 
Volgens de dienstdoende neuroloog heb ik een infarct gehad.
Mijn lijf gedraagt zich als een onwillig stuk vlees. Al is mijn wil klaarblijkelijk onaangetast.
Ik sluit mijn ogen weer en de schemering gaat over in een fel licht...


Elka Le Mair – Joepie

6 april

Ansje werd Ans, Freekie werd Freek, Joepie bleef Joepie. Nooit zou hij leren lezen, schrijven of praten. Voetballen zou niet lukken. Maar stralen kon Joepie als de beste. Je hoefde maar voor hem te zingen of een brede lach sierde zijn gezichtje. Zijn lijfje in het karretje deinde mee. Van handjeklap kreeg hij sterren in zijn ogen. Zijn kussen waren nat, maar vol overgave. Hij tekende bloemen in je hart. Ouder dan negen mocht 'ie niet worden. 
Ans en Freek zijn uit mijn leven verdwenen, maar vijftig jaar later is Joepie nog altijd bij me.

Cora van B – Weer

7 april

sneeuw blaast tijd op hol 
rouwkaart valt nat op de mat 
weer waait een naam weg

Willy Huisman – In de aap gelogeerd

7 april

De auto hobbelde over de klinkers, we waren er bijna. Ik hield mijn koffertje met ondergoed en pyjama stevig vast.
Het zusje van mijn schoolvriendinnetje trok haar autogordel losser en leunde voor haar zus langs. Met het hoofd schuin bestudeerde ze mijn gezicht. Ik lachte haar verlegen toe, ze leek me aardig.
'Jouw tanden lijken op die van een paard,' zei ze.
Hun moeder draaide zich bliksemsnel om. Vanaf de passagiersplaats zei ze tegen mij: 'Het is bedoeld als een compliment, hoor. Nienke is dol op paarden.' Ze keek opzij naar haar man. Hij zweeg.
Nou, joepie, dacht ik.