Afbeelding

Hond met gele muts

Foto: Pexels

UKV's van de week: Van de kaart zijn en Goedgemutst

Iedere week zetten wij vijf ultrakorte verhalen in de schijnwerpers. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.  


Erik Uniken - Van de kaart zijn

8 januari

Ik sta op het punt buurman Bolhoed te passeren. Weet niets van hem dan dat hij een krullend hondje bezit. En een oubollig hoofddeksel, vandaar.

Blikschuw, om het even in wiens ogen trouwens, kijk ik strak naar de bevroren winterresten op het trottoir, zolang, tot het ongeloofwaardig wordt dat ik zijn aanwezigheid niet opmerk: ‘Ach, buurman.’

Hij, even verbaasd als ik, dankt me in ‘t voorbijgaan voor de prachtige kerstkaart en ik, verlegen, dank hem terug voor de zijne.

Mens, wat onteert dit gekleuter mijn zelfachting. Bovendien, ik heb nooit een kerstkaart gestuurd. Hij mij ook niet.

Cora van B - Makkelijk

9 januari 

Ze zitten gemondkapt tegenover me, handtasjes op schoot, en praten bij. Ik ben te nieuwsgierig om ze op het bordje stiltecoupé te wijzen.

‘Zij ging vorig jaar, net voor mijn Wim. Ook Ka. Maar hij redt zich prima.’

‘O, mannen vinden het vaak moeilijker, zo’n leeg huis.’

‘Hij niet hoor’, haar stem schiet omhoog, ‘zij geloven hè, da’s makkelijk, die denken dat ze mekaar in de hemel weer zien.’

Haar handen wurgen het handtasje, haar ogen flitsen door de coupé, dan naar haar vriendin: ‘Ja toch?’

Vriendin zwijgt.

Ik wend mijn blik af. De wereld buiten is grijs en nat

Luc Vos - Goedgemutst

10 januari

‘Je bent een gekke muts,’ zei papa als ik mijn rode sokken aantrok en op mijn handen door het huis liep.

‘Dank je papa!’ riep ik en liep weer iets omver.

Hij lachte, mama werd boos en riep dat ik het van mijn eigen centen kon betalen. Papa knipoogde en stak me stiekem wat geld toe als mama het niet zag.

Papa is er niet meer, mama is altijd boos. Rode sokken draag ik niet meer, maar wel de groene muts die ik net voor het einde van hem kreeg.

‘Dan ben je altijd goedgemutst,’ lachte hij.

Ik probeer.

Marion Reeuwijk-Remmerswaal - Goedgemutst

11 januari

Iedere dag stapt ze in dezelfde coupé, als ik de trein naar Utrecht neem. Ze heeft een saai kapsel, degelijke schoenen en draagt een rok tot over haar knie. Ze stapt uit in Gouda en vanwege haar kledingstijl weet ik bijna zeker op welke school ze zit. We hebben nooit met elkaar gesproken, ik heb er geen behoefte aan, want ze lijkt me maar een dooie muts. Tot vandaag. Ze haalt een zakje drop uit haar tas.

'Weet je dat we vandaag precies honderd keer met elkaar in dezelfde coupé zitten?'

Goedgemutst biedt ze mij een dropje aan.

Ypie Bakker - Goedgemutst

13 januari

Het uitlaten van de hond, werd een beproeving voor me. De hondeneigenaren die ik iedere ochtend tegenkwam, die gewoonlijk groetend hun pas vertraagden zodat de viervoeters elkaar kwispelend konden besnuffelen, waren vreemden geworden. Ze hielden de lijn strak en keken weg. Sommigen weken van de route af zodra ze me in het vizier kregen, maar waar ik die eerste weken de allergrootste moeite mee had was het dappere passeren gevolgd door de quasi goedgemutste goedemorgengroet, omdat ik het woord de strot niet uit kon krijgen, murmelde ik wat onverstaanbaars terug. Alsof het ooit nog een goede morgen zou worden