Afbeelding
Foto door Raphael Brasileiro
Foto door Raphael Brasileiro
Iedere week zetten wij vijf ultrakorte verhalen in de schijnwerpers. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.
29 juni
Een vertrouwde geur uit de kleine restaurantkeuken neemt me mee in serene sferen. Pasteltinten op de luiken, gefilterd zonlicht onder oude olijfbomen. Er liggen citroenen op tafel naast het verse brood dat nonna Leone vanochtend bakte. Ik zie haar voor me, met een dampende schaal, terwijl ze een dunne haarlok speels opzij blaast. ‘Tutti a tavola!’
Mijn ogen worden vochtig en ik ervaar de behaaglijke ontroering, waarvoor ik me al lang niet meer schaam.
Mijn man glimlacht, begrijpt zwijgend waar ik ben en pakt mijn hand. ‘Ze blijft bij ons, sempre.’
‘Sempre,’ zeg ik en hef mijn glas.
28 juni
‘Ik zie je’, lees ik in de app.
Omhoogkijkend zie ik de lachende profielfoto, nu levend en met een heel lijf, tegen een pilaar staan.
Ze zet zich af en loopt naar mij toe. Haar nadering houdt het midden tussen een soepel en een golvend loopje.
Zelf vergeet ik te lopen en sta nog met de telefoon in de handen als ze voor me staat.
Zwijgend begroeten we elkaar met een knikje. Met een vragende blik nodig ik haar uit om mee te gaan. Terwijl we samen het station uit lopen, raken onze bovenarmen elkaar. De dans is begonnen.
28 juni
‘Hé lieverd, hoe was het op school?’
‘Goed mama, heel goed.’
De grijns om zijn mond brengt me tot rust. Ik streel over zijn hoofd, het went echt niet.
‘De juf was heel boos en heel grappig vandaag.’
Er kriebelt iets in mijn buik. ‘Vertel.’
‘Een paar kindjes riepen naar me dat mijn gezicht op een bloot achterwerk lijkt.’
Mijn hart staat stil. Dit is waar ik sinds het begin van de chemo bang voor ben.
‘Wat zei de juf?’ vraag ik zo kalm mogelijk.
‘Dat je beter een blotebillengezicht hebt dan dat er kaka uit je mond komt.’
27 juni
Natuurlijk zit ik weer te lang aan tafel te kletsen. Haastig drink ik mijn koffie op en dump mijn lege bord en mok op het aanrecht. Snel boven mijn tanden poetsen. In de spiegel zie ik mijn blotebillengezicht. Zal ik nog even make-up op doen? Dan kom ik zeker te laat bij de tandarts. Ik besluit dat hij mij maar nemen moet zoals ik ben. Met mijn mond open is er toch niks moois van te maken. Als ik even later in de wachtkamer zit, weet ik het weer. Haasten heeft geen zin. Het heet niet voor niets wachtkamer.
24 juni
Mijn dochter komt binnen. ‘Ludo heeft een nieuwe rugzak! Helemaal blauw.’
Ik glimlach. Toen ze een paar weken geleden over hem begon, was ik dolblij. Voor het eerst sinds de verhuizing legde ze contact. Ik vroeg door, maar hij was geen klasgenootje en ook geen buurjongen. Hij kon niet langskomen omdat hij bang was voor grote mensen.
Fantasievriendjes zijn heel normaal op deze leeftijd, verzekerde de spelpsychologe me. Vooral na een ingrijpende levensgebeurtenis. Het kan zelfs helpen bij de verwerking.
Ik sluit de deur. Verderop in de straat schiet een lange figuur de hoek om. Zijn rugzak is felblauw.
Ervaren redacteur Maria Genova deed voor Schrijven Online meer dan dertig manuscriptbeoordelingen. Lees haar tips in het komende nummer!
Mariken Heitman geeft tips! Meld je aan en ontvang dit nummer.
Dit nummer niet missen? Neem vóór 24 januari 23:59 u. een abonnement dan ontvang je dit nummer!
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.
Topauteur Herman Koch geeft naar aanleiding van het verschijnen van zijn nieuwe boek advies aan jonge schrijvers. Meld je aan!