Afbeelding
Foto door Bartosz Bartkowiak via Pexels
Foto door Bartosz Bartkowiak via Pexels
Iedere week zetten wij vijf ultrakorte verhalen in de schijnwerpers. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.
18 februari
‘Wil jij dit boek beleven?’ Een oud vrouwtje gaf mij een boek met ezelsoren.
‘Bedoelt u lezen?’
‘Ik belees de personages,’ beweerde ze. ‘ik kruip door hun letters tot ik hun ziel vind, wentel mij in de stiltes achter de inkt. Ik leef ze.’ Ze kronkelde met haar lichaam als een worm. ‘Probeer maar.’
Voorzichtig legde ik mijn vinger op een woord. Woorden werden straten, in de etalageruit zag ik mijzelf alsof ik de hoofdpersonage in een film was. De bladzijde vormde een wereld. Het vrouwtje stond naast me. We hapten ons door het verhaal als een boekenwurm.
20 februari
De wachtkamer bij de huisarts is leeg. Een jonge dame strompelt met twee krukken naar binnen en gaat tegenover mij zitten. ‘Goedemorgen,’ zeg ik haar vriendelijk gedag. Ze knikt. Ik staar met bestudeerde nonchalance naar de afgekloven stompjes van mijn spastische hand.
Zo onopvallend mogelijk kijk ik naar haar linker broekspijp...
Het zweet breekt mij uit.
Zo jong nog, de tranen schieten in mijn ogen.
Plots kijkt ze mij recht in mijn ogen aan en vernauwen haar ogen zich tot spleetjes.
Beschaamd sla ik mijn ogen neer.
21 februari
Noodgedwongen verloochen ik mijn geliefde ambacht. Ik fluister: ‘Sensationeel sappig’. Mijn zwoele woorden bereiken de microfoon en morgen de natie. Het slijk der aarde noopt mij tot het aanprijzen van een kartonnen vleesvervanger.
Geen award voor deze schijnvertoning.
Opname na opname verander ik mijn intonatie, probeer ik Jan met de pet te prikkelen tot aankoop. Prostitueer mijn stem om de consument over de streep trekken.
King Lear, Hamlet, … vier jaar dramaopleiding in de plee door een pandemische theaterstop. Verlaten door God en klein Pierke.
Ik wil schoonheid creëren, voel levensnoodzakelijke scheppingsdrang.
Het enige wat ik schep is schaamtepoen.
21 februari
Zijn laarzen dreunen met vele andere door de straten. Over zijn gezicht parelen zweetdruppels. Het uniform voelt als een harnas en beneemt hem bijna de adem. Hartkloppingen doen hem hijgen.
Schoten klinken van alle kanten. Uit de huizen stijgt gekerm op van vrouwen en kinderen. Geuren van lijken en vuur doordrenken zijn neusgaten. Met moeite houdt hij zijn ontbijt binnen.
Op straat ligt een man in een plas bloed.
Hij houdt stil, knoopt zijn soldatenjas los en legt deze over hem heen. Zijn kameraden stampen verder zonder om te kijken.
Staande In zijn hemd vindt hij zichzelf terug.
23 februari
Haar oude hand glijdt liefkozend over een sleetse plek in het tafelkleed. Ze pakt de zoom op en laat de franjes op haar uitgestrekte vingers rusten. ‘Mooi, hè? Dat hebben we nog gekocht op onze huwelijksreis.’
Ik glimlach zwijgend en zie hoe ze haar gedachten ordent. Ademloos laat ik me raken door haar ervaringen van aanvankelijke vreugde, de wanhoop en ontbering, het verlies en verdriet. Ik haat mijn tranen; ik vervloek mijn vak als ik later mijn apparatuur inpak.
‘Ach,’ besluit ze, ‘we leefden in een verkeerde tijd, maar ik zou het zo weer doen. Hij was het waard.’
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.
Abonnees profiteren van extra voordelen.
Elk nummer een nieuw schrijfthema.
55% korting voor abonnees van Schrijven Magazine!