UKV's van de week: Momentopname en Huis

Iedere week zetten wij vijf ultrakorte verhalen in de schijnwerpers. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.


Cora van B - Momentopname

25 augustus

Een vrouw wurmt zich door het volle gangpad, we dragen dezelfde blouse, ik vang haar blik, wijs naar onze blouses: ’Leuk spul heeft de Hema hè?’ Ze lacht.
Uit de kooi op de schoot van het meisje tegenover me klinkt gemiauw, ze maakt sussende geluiden maar het miauwen zwelt aan tot sirene-achtige decibellen. De vrouw naast haar kijkt afkeurend, niest en belandt in een luidruchtige blafbui die uit haar tenen komt.
De gerimpelde grijze hippie in het gangpad staart me aan, te lang. Ik wend me af, kijk naar buiten.
In mijn oor bast Leonard: ‘I’m your man.’ If only.

Lisette van Eerten - Snelwegvragen

25 augustus

Waar gaan al die mensen heen, dinsdagmiddag kwart voor twee
Is het hier altijd zo druk dan?
Wanneer is die woonwijk daar gebouwd
Waar zijn de schapen die er graasden?
Hoeveel vormen achterlicht kunnen mensen nog verzinnen en
Worden Tesla's echt nooit vies?
Waarom is er nog altijd geen oplossing voor de dode hoek gevonden?
Vooruitgang is een vraag op zich.
Hoe kan een mens vergeten richting aan te geven?
En waarom reed jij
Juist daar?

Elka Le Mair - Huis

25 augustus

Een verlies vindt ze het: afscheid nemen van het huis dat in hun gezin geboren was. Papa had het ontworpen en er met alle liefde die hij in zich had zijn natuurtuin omheen aangelegd.
Prachtige herinneringen poppen op: vriendjes die mee mochten in de weekenden, het brede strand aan het eind van het prachtige duinpad, de stilte, de melkboer met zijn paard en wagen.
Maar nu, nu er eindelijk een plekje is gevonden voor haar broer, de verhuizing geregeld wordt, komt luidkeels iets anders tevoorschijn. De pijn die zit in elke kast, achter ieder gordijn, in elke steen.

Janneke Offergelt - Anders

29 augustus

Terwijl ik op het punt sta om elke keuze in mijn leven te overdenken, veeg ik de tranen met de rug van mijn hand van mijn wangen.
Ik ben nu toch al aan het huilen.
Waarom? Waarom moest ik dit zo nodig doen?
Boos sla ik met mijn vuist, knijpend in het handvat van het vlijmscherpe mes, op het aanrecht.
Er moest toch een andere manier zijn om dit te doen?
Ik voel een hand op mijn schouder.
'Gaat het, schat?' hoor ik mijn vriend vragen.
Knikkend veeg ik de tranen nogmaals weg.
'Ik haat uien snijden,' lach ik.

Asko De Vries Robles - IK MIS JE

30 augustus

Klaas waggelt naar binnen.
‘Jij ook hier?’ kraakt zijn stem door de oefenzaal.
De airco draait op volle toeren.
De muziek staat uit, het licht is gedempt.
Het is maandagochtend tien uur.
De oefenzaal dient prikkelarm te zijn.
Vroeger stonden wij tot diep in de nacht te feesten,
zopen en smookten ons wezenloos.
Kroeg in kroeg uit. Baas boven baas, Klaas en ik…
Nu zijn wij niet meer dan vreemden, die hetzelfde noodlot delen. Zijn reflectie in de spiegel opent mij de ogen.
Ik mis niet zozeer hem, als wel mijzelf.