Afbeelding
Foto: Pexels
Foto: Pexels
Iedere week lichten wij vijf ultrakorte verhalen uit die ons deze week zijn opgevallen. Dit zijn de verhalen van deze week. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.
10 april
Kijk je mee van boven
Kijk je mee van boven,
daar hoog in de lucht
Kijk je mee van boven,
in een vlinderlijke vlucht
Kijk je mee van boven,
hoe het met iedereen gaat
Kijk je mee van boven,
wanneer er over je wordt gepraat
Misschien kijk je mee van boven,
maar zeker weten doe ik het niet
Wordt het verdriet wat milder,
maar vergeten doen we je niet
10 april
Gisteren zag ik jou, je blauwe ogen lachten, zoals de eerste keer, ik werd verliefd als de eerste dag.
Gisteren hoorde ik jou, je lieve stem, je aanstekelijke lach. We praatten, urenlang. Over alles, over niets, over jou en over mij.
Gisteren kuste ik jou, je zachte mond, je ranke hals. We vreeën, urenlang, en dachten nergens aan.
Gisteren voelde ik jou, je zachte hand, je gladde benen. Je danste door de tuin, bezong het leven in al haar pracht.
Vandaag vergat mijn hoofd wat vroeger was, maar hopelijk zie ik je morgen weer, alsof het gisteren was.
12 april
Bij het krieken van de dag zat de cafébaas angstig het nieuws te volgen.
Helaas was er nog geen zicht op heropening van de horeca.
Zuchtend wandelde hij de trap af, de kelder in.
“Schol,” wenste hij zichzelf toe terwijl hij zijn voorraad Kriek naar binnen goot. Rustig drinken zat er niet meer in. De vervaldatum was aangebroken. De vijf resterende kratten moesten op. Hij hield niet van die zoetigheid.
“Morgen een nieuwe en betere dag,” dacht hij, terwijl hij naar acht volle kratten Hoegaerden keek.
14 april
Wat is jouw grootste gave?’ vraagt mijn zus. Ze pakt de kranten van de stoel, gooit ze op de grond en gaat zitten. ‘In ieder geval de huishouding niet.’
‘Zeg niet dat het hier een grote bende is.’
‘Nee, een kleine bende. Waar ben jij goed in?’
‘Fantaseren en jij?’
‘Ik ruim elke dag mijn huis op.’
‘Dat is geen gave, maar een obsessie. Zeg eens wat jij beter kunt dan ik.’
‘Ik heb vier kinderen en jij maar twee.’
‘Wat een geweldige prestatie. Daar hoefde je alleen maar voor te liggen.’
‘Dat denk jij.’
13 april
De geur in het bos was heerlijk, het kruidige houtachtige deed me terugdenken aan de wandelingen met oma en opa als mijn vader mij weer eens bij hen had gedumpt. Althans, zo voelde het toen.
Mijn meisje rende met wijd gespreide armen als een vogel tussen de bomen door. Ze zong een liedje waarvan ik de woorden niet verstond. Ze had mij bij vertrek het picknickmandje in handen geduwd, waarin ze de resterende broodjes van de ontbijttafel, drie bananen en een fles met limonade had gemikt.
Op de korst van de pistolets vormden zich parels.
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.
Elk nummer een nieuw schrijfthema.
55% korting voor abonnees van Schrijven Magazine!
Abonnees profiteren van extra voordelen.