Afbeelding

Bijzonder

Foto: Pexels

UKV's van de week: Beetje cliché en Bijzonder

Iedere week zetten wij vijf ultrakorte verhalen in de schijnwerpers. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.  


Jup Goffin - Klinkt als

27 september

‘Auw, waar heb ik dat aan verdiend?’
‘Jullie mannen denken ook maar aan één ding!’
‘Maar je zei zelf dat het mocht.’
‘Hoe kom je daar nu bij?’
‘Zeker weten. Je kroop dicht tegen me aan en zei bijna letterlijk dat je er zin in had.’
‘Vuile leugenaar, dat heb ik nooit gezegd. Ik ben geen sletje, waar zie je mij voor aan?’
‘Maar potver, ik ben toch niet gek. Je friemelde aan mijn oorlel; je weet dat ik dat lekker vind, en fluisterde: wil je me voelen?’
‘Nee lulhannes, ik zei: wil je me kroelen.’

Jan Grosfeld - Beetje cliché

29 september

Zijn vrouw is met een vriendin de stad in. Uitverkoop! Op de uitspraak, "Ik heb niets meer om aan te doen", reageert hij allang niet meer. Ze zijn al meer dan dertig jaar getrouwd en hij weet gelukkig waar je je niet mee moet bemoeien. Daar is de kledingkast er een van. Kan er vanavond weer rustig voetbal gekeken worden. Dat is dan weer iets dat zij goed begrijpt. Maar straks wel eerst goedkeurend knikken bij het showen. Dan wel proberen om het gezicht in de plooi te houden.

Asko de Vries Robles - Bijzonder

29 september 

Elke dag loopt hij van de sociale werkplaats naar huis.
Mensen kijken hem na, ja wijzen hem zelfs na.
Het is eigenlijk nooit anders geweest.
Vroeger op school noemde de meester hem al bijzonder.
Thuis slaat hij de voordeur met een klap achter zich dicht.
Er zit een flinke barst in het glas van zijn bril.
Moeder houdt zich aan de trapleuning vast en kijkt naar haar uit de kluiten gewassen zoon. Haar gedachten gaan terug in de tijd:
‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg,’ zei haar vader bijna dagelijks tegen haar.
Bijzonder onderwijs bestond destijds nog niet.

Suzanna Esther - Kroelen

29 september 

Als ik mijn fiets op slot zet, parkeert een man de zijne in het rek ernaast. Te dichtbij. Met gierende zenuwen deins ik achteruit. ‘Koffie, brood, kaas,’ prevel ik mijn mantra. Voorbij de schuifdeuren ramt een kar mijn enkels.
‘Het mag weer, hè,’ roept de vrouw over haar schouder.
Het mandje glijdt bijna uit mijn vochtige palm. Ik ruk een willekeurig brood uit het vak. Met mijn blik op de grond gefixeerd, bots ik tegen iets aan. Ik kijk.
De vrouw houdt een reclamebord op. GRATIS KNUFFELS.
Haar ogen stralen en ze spreidt haar armen.
Ik omhels haar snikkend.

Luc Vos - Voorbij

29 september

‘Gelukkige verjaardag, schat. Wat denk je? Een etentje? Eerst een filmpje? ‘Notting Hill’ speelt.’
Je ooit zo lieve ogen schieten vuur. ‘Jan, je weet dat dit geen goed idee is.’
‘Oké, geen cinema. Zal ik een tafeltje reserveren? Om acht? Ik heb een cadeautje.’
‘Jan!’
‘Ik weet dat je dit niet nodig vindt, maar je kent mij.’
‘Het is voorbij, Jan!’ Hoofdschuddend keer je om, drukt een onnodig tedere kus op de mond van mijn vervanger en loopt hand in hand weg.
Huilend kijk ik je na, maar nee, het is niet voorbij. Ik probeer opnieuw, tot je weer ja zegt.