Afbeelding

Zonsondergang

Foto: Pexels

UKV's van de week: Avondrood en Hubba Bubba

Iedere week zetten wij vijf ultrakorte verhalen in de schijnwerpers. Wil jij ook een ultrakort verhaal schrijven? Doe mee in onze Facebookgroep.  


Wendy Sempels - Ratio

9 oktober

‘Dat eet ik niet!’ Mijn tienerdochter duwt het bord weg.
‘Hoezo?’
‘Meat is murder!’ Ze duwt haar telefoon in mijn gezicht en op het scherm verschijnt een aandoenlijk intermezzo tussen een koebeest en een labrador.
‘Kijk die ogen dan, die wimpers, ik eet nooit nog koe!’
Ik zwijg wijselijk over het kalfsgehakt in de saus.
‘We kunnen misschien minderen,’ kom ik haar tegemoet.
‘Wauw, consequent hoor!’
Het kattenluik spuwt de kater uit. Hij dropt de dode muis en kijkt me verwachtingsvol aan.
‘Flink Lilo! Dat verdient een snoepje!’ kraait mijn dochter verrukt.
Ik eet oogrollend de spaghetti op.

Marike van der Raadt - Einder

12 oktober

‘Hoe lang is het nog lopen?’
‘Dat weet ik niet hoor. Het is voorbij die bomen, zei hij.’

‘En nu? Die bomen zijn we nu voorbij. Waar gaan we eigenlijk heen?’
‘Einder.’
‘Einder? Dat klinkt als iets kleins.’
‘Dat dacht ik ook. Toen die man wees zag ik helemaal niets aan de horizon.’

‘Ik wil weten waar we naar zoeken! Wacht. Ik vraag het aan die vrouw daar.’
‘En?’
‘Helemaal achter die bomen daar, zei ze.’
‘Wat! Dat is weer zo ver. Ik heb het idee dat mama ook niet helemaal wist waar ze ons heen stuurde.’

Nel Goudriaan - Avondrood

12 oktober

Je loopt naast me op het strand, voetje voor voetje. De lucht kleurt zachtrood.
We gaan zitten, ik houd je hand vast, broos en breekbaar.
‘Prachtig,’ zeg je. Daarna zwijg je. Alles is gezegd.
Een jaar geleden danste je door de golven. Je klaterende lach vol levenslust klonk boven alles uit. Je lach veranderde in een verstilde glimlach. En steeds vaker vertrekt je mond van pijn.
‘Lief, het is goed zo,’ zeg je.
De zee kleurt dieprood, de zon verdwijnt achter de horizon.
Ik neem je in mijn armen en draag je. Licht als een veertje ben je.

Laura van der Linde -Hubba Bubba

14 oktober

Plop! Ik draai me om en vraag mijn dochter hoe ze aan kauwgom komt.
‘Uit de winkel.’
‘En hebben wij daar centjes voor betaald?’
Ze stopt met kauwen en schudt zo zachtjes haar hoofd, dat ik het bijna niet zie.
Tijd voor een levenslesje. In de supermarkt meld ik de manager dat we alsnog de kauwgum willen betalen. Mijn dochter zegt sorry. De manager knipoogt.
Plop! Twee weken later hangt er opnieuw een roze klodder aan mijn dochters onderlip.
Ik trek mijn wenkbrauwen op.
‘Deze heb je betaald’, zegt ze triomfantelijk. ‘Ik had ‘m op de band gelegd.’

Luc vos - Tot snel

13 oktober

De einder lonkt. De plek waar je beloofde op mij te wachten. Ben jij daar?
Ik knijp mijn ogen bijna dicht, de ondergaande zon sist als ze de zee raakt. Is dat jouw stem?
'Kom je mee?’ klinkt een zachte stem achter mij. Ik wou dat ik kon antwoorden, kan niets anders dan het ondergaan als mijn rolstoel achteruit door het mulle zand wordt getrokken.
'We moeten dringend eentje met grote wielen kopen,’ zucht de verpleger die mij hotsend en botsend naar de dijk sleurt.
Net voor ik mijn ogen sluit zie ik jou wuiven aan de einder. Tot snel?