Afbeelding

Bron: Pexels

De gereedschapskist van de schrijver: flashbacks

De gereedschapskist van de schrijver: flashbacks Om een gelaagd verhaal met geloofwaardige personages te schrijven, maak je als schrijver vaak gebruik van flashbacks. Er zijn echter verschillende soorten flashbacks, met verschillende functies en conventies. Waar moet je opletten bij het schrijven van een flashback?

Intern of extern? Roddelend of verklarend?

Een flashback kan intern of extern zijn. Een interne flashback is een flashback die verwijst naar een gebeurtenis die zich qua tijd afspeelt ‘binnen’ het verhaal. Een verhaal beslaat een bepaalde tijdsspanne, van T1 naar T2. Wanneer de flashback ergens tussen T1 en T2 ligt, betreft het een interne flashback.
Sommige schrijvers gebruiken interne flashbacks om kleine spanningsbogen in de plot aan te brengen. Flashbacks die tot dan toe onbegrepen handelingen verklaren, worden ook wel ‘verklarende flashbacks’ genoemd.
Ligt de flashback vóór T1 en dus buiten het verhaal, dan spreken we van een externe flashback.
Externe flashbacks zijn bijvoorbeeld handig om een personage te verdiepen door hem of haar een verleden te geven. Flashbacks die ingezet worden om achtergrondinformatie over een personage te geven worden ook wel ‘roddelende flashbacks’ genoemd.

Hoe pas je een flashback toe in je verhaal?

Een flashback onderbreekt het verhaal en deze onderbreking moet voor de lezer gemotiveerd worden. Vaak zul je één of meerdere van deze aankondigingen gebruiken. De drie voorbeelden zijn afkomstig uit Oorlog en Terpentijn van Stefan Hertmans.

1. Uitspraken als ‘Ik herinner me’ of ‘Ik dacht terug aan’ laten de lezer weten dat er een flashback aankomt, zoals de openingszin van Oorlog en Terpentijn:

‘De verste herinnering die ik aan mijn grootvader heb, is die aan het strand van Oostende - een man van zesenzestig, keurig in het nachtblauwe pak, heeft met de blauwe strandschep van zijn kleinzoon een ondiepe put gegraven waarvan hij de opgeworpen rand heeft afgeplat, zodat hij en zijn vrouw daar enigszins gerieflijk kunnen gaan zitten.’

2. Een flashback kan ook geïntroduceerd worden door tijdsaanduiding, zoals het volgende voorbeeld:

‘Scènes uit zijn kindertijd, 1900.’

3. Een derde, mooie manier om een flashback te schrijven is doormiddel van stimuli. Wanneer een personage bijvoorbeeld over de markt loopt en gefrituurde vis ruikt, kan zijn herinnering hem meenemen naar een moment in zijn jeugd waarop hij met zijn moeder kibbeling kocht bij de viskraam. De stimulans is hier een bepaalde geur, maar het kan ook bijvoorbeeld een lied, voorwerp of plaats zijn. In het onderstaande voorbeeld betreft het een kaptafel, die de protagonist zijn grootvader laat herinneren:

‘Wanneer ik naar het oude kaptafeltje kijk dat hier achter me staat, zie ik een kleine, gedrongen gestalte waarvan een ongehoorde intensiteit uitgaat. Zijn helderblauwe ogen, nu meer dan dertig jaar na zijn dood, glinsteren in zijn met schaarse witte haren omkranste hoofd.’


Bronnen:
Schrijven Magazine
dbnl.org

Techniek