Lid sinds

3 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#432 Astrid en het gedwongen huwelijk

 

Lang, lang geleden, in een land hier ver vandaan, leefde Astrid op een boerderij. Ze werd uitgehuwelijkt aan Harald, een rijke boer uit het dorp. In dit land leefden speciale wezens, nissen, die onzichtbaar waren voor de meeste mensen. Maar soms was er iemand die ze wel zag…

De oude vrouw gaf hem een zachte tik tegen zijn slaap, waardoor zijn haar omhoog stoof en langzaam weer neerdaalde. Verlegen schoof hij met zijn voet over de grond, terwijl het schaamrood op zijn wangen stond. De vrouw zuchtte en keek naar Astrid. Ze stak haar hand uit en Astrid pakte het kleine, eelten handje vast. “Ik ben Gudrun”, vertelde de oude vrouw. “En dit hier is mijn zoon Knud. Vergeeft u ons alstublieft zijn streken.”
Astrid knikte langzaam. Ze zag inderdaad gelijkenis tussen de twee, de jongen kon niet veel ouder zijn dan zij, en toch had hij al een klein, wit baardje.
“Ik ben Astrid”, stelde ze zich voor, toen ze zich realiseerde dat het toch wel erg onbeleefd was om niks terug te zeggen.
“Dat weten we al lang”, lachte Gudrun. “Wij nissen weten alles”.
Astrid zette zich neer op een stapel lege kisten.
“We weten ook waarom je hier bent”, vertelde Knud, terwijl hij ronddanste, “en we gaan je helpen”. Hij stopte met dansen en begon te boxen met een onzichtbare tegenstander.
Gudrun schudde haar hoofd. “Dit bedoel ik nou, let niet op Knud”.
Knud liet zijn tegenstander los en rende naar Gudrun. “Wat zeg je nou? Mijn fantastico-meester-geniale ideeën moet ze juist horen!” riep hij.
Astrid lachte.
“Zie je”, riep hij en hij wees naar Astrid, “alleen al hierom ben ik belangrijk!”. Hij rende naar het midden van de schuur. “We zetten een val voor Harald, en dan”, hij klom op een stapel kisten, “dan laten we hem midden in het bos alleen achter”.Knud sprong naar beneden en zette zijn rode muts recht. “En, wat vind je van mijn gigantico-geniaal plan?”.
Astrid lachte en schudde haar hoofd. “Ik vrees dat het wat ingewikkelder ligt”. 

Op dat moment werd er op de schuurdeur geklopt, en klonk de stem van haar vader door het hout.
“Tegen wie praat je, Astrid? Harald kan je elk moment komen ophalen. Je moet je omkleden”.
Astrid zuchtte, stond op en klopte het stof van haar rok. Langzaam liep ze naar de deur.
Knud rende achter haar aan, “Wat ga je doen? Je gaat toch niet trouwen met die”, hij zocht naar het goede woord, “kwal”, hij trok een gezicht alsof hij verrotte spruitjespuree at.
Ze haalde haar schouders op, een andere keus had ze niet.

Treurig keek Astrid uit het raam. Haar vader zuchtte. “Astrid, Harald is een goede partij voor jou. Hij ziet jou staan en daar moet je blij mee zijn. Je hebt niet veel kansen”.
Astrid schudde haar hoofd. “Nee, hij trouwt alleen met mij voor zichzelf. Zodat zijn boerderij groter wordt en hij meer winst maakt. Hij zal mij laten wegkwijnen”. “Kom”, fluisterde Gudrun naar Knud. Ze stond klaar met zijn jas in haar hand. Haastig snelden ze met z’n tweeën even later door de sneeuw. Z

Buiten versleepten Gudrun en Knud de stenen uit de greppel en legden ze op de weg. Knud juichte bij iedere steen en floot er een liedje bij. In de verte kwam er een boerenkoets aanrijden.

Uren later werd er aan de deur geklopt. Astrid’s vader deed geërgerd open, in de veronderstelling dat het Harald was, die veel te laat zijn bruid kwam ophalen. Hij maakte dan ook grote ogen toen hij een vreemde jonge man voor de deur zag staan.
“Goedemiddag meneer”, begon hij beleefd, “verderop op de landweg hebben wij sporen van een koets gevonden. We denken dat hij in het fjord is gereden”.
Astrids vader sloeg zijn hand voor zijn mond, pakte zijn jas en rende voorbij de jongeman naar buiten.
Astrid was op het geluid afgekomen en keek vragend naar de heer.
Hij maakte een buiging voor haar. “Gefeliciteerd”, zei hij terwijl hij wees op haar bruidskleding. “Is de bruidegom al langsgekomen?”
Ze schudde haar hoofd.
Hij wees achter zich en verklaarde de haast van haar vader. 
Astrid lachte en wees hem de weg naar de keuken.
Achter haar lachte Knud tevreden.
 

 

Lid sinds

3 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hi,

Onwijs leuke opdracht, al kwam ik er tijdens het schrijven achter dat het veel lastiger is dan het lijkt. 
Ook omdat er meer een fantasy-element inzit, en dat schrijf ik niet zo vaak. 
Ik stoei vooral met het begin en de titel. Hoe kan ik nog meer uit het verhaal laten komen dat Astrid een bijzondere gave heeft, en daarom de nisse kan zien?

---Dit sprookje vereist wel enige voorkennis: in Scandinavië is kerst ('Jul') de tijd van de nisse. Dit zijn een soort kaboutertjes. Zij halen (vaak flauwe) streken uit en het is dus belangrijk om deze nisse tevreden te houden. Ieder huis (vroeger boerderij) heeft een paar nisse en zij doen ook allerlei klusjes rondom het huis. Mensen kunnen deze nisse niet zien.---

Groetjes,
Maartje

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Maartje, het idee voor je verhaal vind ik mooi. Ik kan ik het verhaal op sommige punten niet goed volgen, maar dat zal ongetwijfeld aan mij liggen. De ene keer staat ze in een schuur met Knud en ineens klopt haar vader op haar slaapkamerdeur en ziet Knud haar in een mooie jurk.

Je verhaal is langer dan 600 woorden. Kijk eens kritisch naar de tekst en kijk wel info je zou kunnen schrappen. Het stukje over het omschoppen van de zak met graankorrels, bijvoorbeeld, voegt naar mijn idee niet veel toe. Als je hier en daar de zinnen iets strakker schrijft, kun je ook woorden besparen. Het zal je verhaal ook sterker maken.

Vergeeft u ons alstublieft zijn streken”. ---> de punt hoort in een gesproken vóór het ah-teken te staan. 
https://onzetaal.nl/taalloket/aanhalingstekens-en-leestekens

“Tegen wie praat je Astrid?  ---> voor een aanspreking hoort een komma. 
“Tegen wie praat je, Astrid?

Tussen de alinea's staan brede witregels. Met alleen een enter heb je al een witregel. Volgens mij heb je nu steeds twee enters gedaan. Daardoor staat de tekst ver uit elkaar.

Lid sinds

3 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

@Fief, dank je wel! 

Ik kan ik het verhaal op sommige punten niet goed volgen, maar dat zal ongetwijfeld aan mij liggen.

Ik denk eerder dat het aan mij ligt, dank je wel, ik heb hier en daar wat aangepast. Ik hoop dat het nu duidelijker te volgen is.
Hier en daar heb ik wat weggehaald, zijn er nog andere stukken die geschrapt kunnen worden?
Interpunctie en opmaakfouten heb ik aangepast. 

Bedankt voor je feedback!

Lid sinds

2 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hallo Maartje, Ik snap je idee achter dit verhaal, maar het gaat hier en daar te veel van de hak op de tak. Zoals in de eerste alinea. Dat het meisje Astrid is, is voor mij een aanname. Wordt niet duidelijk gemaakt. 

Ik vind het wel een vermakelijk verhaal, maar je moet zelf even goed kijken naar de overgangen.

Grtz,
Taco

Lid sinds

9 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

 

Hoi Maartje

Leuk verhaaltje. Wie wil er geen Knud, die je helpt om aan iets vervelends te ontkomen en nog grappig is ook? 

Zoals Taco al zei, moest ik even uitvinden wie, wie is. Misschien kun je de naam van het meisje al benoemen in de eerste alinea en in de tweede alinea meteen aangeven dat de oude vrouw een Nisse is.

En misschien kun je de zinnen: "Astrid, Harald is een goede partij" voor jou en "Kom", fluisterde Gudrun naar Knud. op een nieuwe regel laten beginnen.

En ik zou de komma in "Kom", meteen na Kom plaatsen.

 

Lid sinds

3 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Maartje,

Ik meen dat nisse enkelvoud is. Meervoud: nissen. Vergelijkbaar met het Nederlandse alvermanneke.

Hoe kan ik nog meer uit het verhaal laten komen dat Astrid een bijzondere gave heeft, en daarom de nisse kan zien?

Laat ik daar nu ook over geschreven hebben. Zie: De leprechaun

Het is net of een relevant stuk tekst tussen de eerste twee alinea's is verdwenen. De overgang is veel te abrupt en dat verwart mij.
Leuk dat je over dit wezen schrijft, maar een echt winterverhaal is het niet. Het zou zich ook in de zomer af kunnen spelen.
 

Lid sinds

6 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

 

Hoi Maartje, je koos een mooie insteek voor dit verhaal, leuk die nissen! Fijn dat je het een leuke opdracht vond! Ik lees deze verhalen ook graag. De andere forumleden gaven al veel goede tips. Het belangrijkste is dat je verhaal nog niet helemaal loopt. Dat heeft vooral te maken met de opbouw van je sprookje. Je begint met een korte introductie, en daarna wordt de lezer teveel aan zijn/haar lot overgelaten. In verschillende alinea’s spring je van de hak op de tak. Je stelt een goede vraag in je eigen feedback die hierbij aansluit; het wordt inderdaad niet duidelijk dat Astrid de nissen ziet, en haar vader bijvoorbeeld niet. Probeer de scenes voor je te zien als je ze schrijft en vertel eens hardop wat er gebeurt, in chronologische volgorde. Waarschijnlijk hoor je dan zelf waar het verhaal stokt, en wat je nog moet toevoegen om het voor de lezer duidelijk te maken.

 

Lid sinds

3 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

 

Dag allemaal,

Bedankt voor jullie bijdragen!
Inderdaad, die tweede alinea is het meest abrupt. Ik merk dat ik teveel wil vertellen voor de 600 woorden die deze opdracht telt. Ik denk dat ik volgende opdracht ga werken aan het klein houden van mijn plot. Zo zullen de overgangen ook minder abrupt worden, hoop ik maar. 

@Musonius, bedankt, ik heb het meteen aangepast!

Hartelijk dank voor alle reacties en feedback!