Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#430 - Het licht springt op groen.

 

Aan het einde van deze tramrit moet mijn echte ik sterven om met tegenzin te kunnen herrijzen als de kantoorversie van mezelf. Ik wenste dat de tram voor altijd kon blijven doorrijden.
Het is woensdagochtend 08:12 uur en ik sleep me door de werkweek. 

Twee rijen voor mij herken ik het stenenmeisje. 
Al een paar keer heb ik haar een steen zien oprapen bij het verkeerslicht voor het spoor.
Met haar linkerhand onder haar kin ondersteunt ze haar hoofd. Ze kijkt naar buiten, naar de wereld die langs de tram glijdt. Ze heeft iets bijzonders. Iets kwetsbaars. Althans, dat zegt mijn moedergevoel.
Ik schat dat ze net zo oud is als mijn dochter. Aan wie ik vertelde over het stenenmeisje maar mijn verhaal boeide haar niks. Op deze leeftijd denken ze echt dat de hele wereld om hen draait.

Het stenenmeisje en ik stappen uit en bij het verkeerslicht staan we weer samen stil.
Ik wil goedemorgen zeggen maar haar lichaamshouding zegt nee. Weer pakt ze een kei.
Ze staat 'm in haar broekzak te wurmen terwijl ze de steen ook gewoon in haar rugtas zou kunnen doen. Haar hoge, zwarte golvende paardenstaart schudt heen en weer door de moeite die het haar kost de steen in haar broek te krijgen. Dan kijkt ze voor haar uit. 
Het licht springt op groen. Aan de overkant moet ik naar links, zij slaat rechtsaf.
Ik zie op tegen de werkdag die voor me ligt en in gedachten zeg ik ‘tot morgen’ tegen haar. 

Iedereen van haar leeftijd zou tijdens een tramrit op een mobieltje kijken. Maar zij kijkt naar buiten.
Haar prachtige donkere lokken weer samengebonden in een staart.
Een knap elastiek dat zo een wilde bos onder controle kan houden. 
Onze halte nadert en ze staat op. Bij het verkeerslicht voor het spoor pakt ze wederom een steen. 
Ze voelt met haar vingers over het oppervlak. Een zachte bries doet haar zwarte golvende staart wapperen in slow-motion. Ze houdt de kei met beide handen bij haar borst en sluit haar ogen. 

Ik betrap me erop dat ik al zo lang naar haar sta te kijken.
Is het verkeerslicht inmiddels niet al op groen gesprongen? Dan staat ze weer naast me.
Ik schaam me voor m'n gestaar maar ik wil toch oogcontact maken.
Haar zwarte paardenstaart, die nu om haar gezicht valt, houdt de wereld buiten.
Plots draait ze zich naar mij, haar donkere ogen kijken dwars door me heen. 
Ze laat me de steen zien en zegt ‘verdrietig'. 
Het licht springt op groen. Ze sprak tegen me. Aan de overkant slaat ze rechtsaf.
Ik haast me voordat het licht op rood springt en sla linksaf. 

Nog één dag te gaan voor het weekend. Ik sleep me naar het verkeerslicht. 
En dan ineens besluit ik te doen wat zij doet. Ik pak een steen. 
Vol verbazing kijkt ze me aan en haar hele gezicht begint te stralen. 
Op een bepaalde manier heb ik contact met haar gemaakt. 
Het licht springt op groen. We steken over en aan de overkant pakt ze me vast aan mijn mouw. 
Ik moet mee naar rechts. Ik zal te laat komen op mijn betekenisloze werk. 

Na lang zwijgzaam lopen met de steen in m'n hand komen we uit bij een bosvijver. 
Langs de waterkant zie ik in de verte een groepje jongeren onder begeleiding van volwassenen. 
Eén van hen roept naar ons ‘Jodie, hey Jodie!’ 
Jodie heeft er geen boodschap aan, ze knielt om haar steen in de vijver te laten glijden. 
Door het heldere water zijn op de bodem een heleboel stenen zichtbaar. 
Jodie kijkt naar de steen in mijn hand en gebaart dan naar de vijver. 

Gehurkt langs de waterkant laat ik de kei los in het koude water. 
Een zware last waarvan ik bestaan niet afwist valt van mijn schouders.
Jodie kijkt me aan. ‘Steen blij'. 
Ze loopt van me weg richting het groepje, een tegemoetkomende begeleider straal negerend. 
‘Zo te zien kun je goed omgaan met Jodie, we zouden iemand als jij kunnen gebruiken in ons team, misschien tot ziens?’ Hij trekt een sprintje terug naar de groep. 

Te laat aangekomen op mijn werk wens ik mijn collega's voor altijd een goed weekend.
En trek ik de kantoordeur voorgoed achter me dicht. 

Bij het verkeerslicht zal ik expres een te grote steen kiezen die ik niet in mijn broekzak gepropt krijg.
Ik hoop dat ze daar om moet lachen. 
Het licht springt op groen.

 

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Mercedes, er zal wat betreft schrijfstijl wel wat op te merken vallen, maar dat laat ik liever aan de coach over. De inhoud  is zonder meer prachtig. Dank je voor dit  gevoelig en ontroerend verhaal.

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Mooi hoor! Ik voel met je HP mee en vind het geloofwaardig dat het 'stenenmeisje' hem/haar aanzet tot het kiezen van een ander levenspad. Je openingszin vind ik ijzersterk, het zet gelijk de toon voor het verhaal.

Wat Gi ook al zegt: qua schrijftechniek valt er het nodige te verbeteren. Klein missertje: 'wenste' in de tweede zin moet 'wens' zijn. Ook valt mij op dat het haar van het meisje een paar keer terug komt, en dat haar paardenstaart blijkbaar haar gezicht kan verbergen. Je tekst kan aan kracht winnen als je erin durft te wieden, denk ik.

Graag gelezen!

Cheers,
Martin

 

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Wat een mooi verhaal Mercedes. Ik struikelde een beetje overhet zo vaak beschrijven van haar haar. Dat vond ik jammer.

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Zo blij met jullie reacties! Ik zal mijn verhaal naar de kapper sturen.

Jullie kunnen mij helpen met het verbeteren van mijn schrijfstijl. Waar moet ik dan op letten? 

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ik ben geen schrijfcoach maar kan je wel iets vertellen wat voor mij werkt: wieden, schrappen wat niet bijdraagt aan het verhaal wat ik wil vertellen. Denk aan overbodige woorden, herhalingen, uitweidingen en zijpaadjes. Soms weet ik pas hoe het verhaal afloopt, als ik al schrijvende aan het einde ben gekomen. Ik leg het dan weg. Na een uur of zo ga ik het herlezen, met de denkbeeldige heggenschaar en schoffel in mijn handen. Het wordt dan compacter, meer doelgericht, beter leesbaar.

Een paar voorbeelden:

Het is woensdagochtend 08:12 uur en ik sleep me door de werkweek. 

Dit is niet fout, maar wel overbodig: dat je hp baalt van haar werk is al duidelijk. Ik zou die zin daarom schrappen.

Althans, dat zegt mijn moedergevoel.

Idem, het is niet verkeerd maar het voegt niet echt wat toe.

Ik schat dat ze net zo oud is als mijn dochter. Aan wie ik vertelde over het stenenmeisje maar mijn verhaal boeide haar niks. Op deze leeftijd denken ze echt dat de hele wereld om hen draait.

Tjechov zei het ruim een eeuw geleden al, in mijn vrije vertaling: als in hoofdstuk twee een geweer aan de muur hangt, dan wordt daar in hoofdstuk vijf iemand mee neergeschoten. Zo niet, dan hangt er ook geen geweer.
Dit stukje is wederom niet verkeerd, maar wel een uitweiding die, voorzover ik zie, geen functie heeft in het verdere verhaal. En dus mag het weg.

Je zou die twee passages kunnen weghalen en bijvoorbeeld zeggen: Ze intrigeert me.

Ik zal te laat komen op mijn betekenisloze werk.

Dat haar werk geen betekenis voor haar heeft, weten we aan het begin al. Daarom mag dit woord eruit. Nogmaals, niet omdat het verkeerd is, maar het voegt niets (meer) toe.

Nou, zoiets.

Groet!
Martin

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Mercedes, de nodige opmerkingen zijn al gegeven. Het idee voor het verhaal vind ik goed bedacht. In die zin graag gelezen. 
Ik ben een voorstander van een woordrestrictie bij een opdracht. Jouw verhaal telt 740 woorden. Als je een probeert er niet meer dan 500 van te maken, is het nog veel, maar je wordt dan gedwongen over elke zin kritisch na te denken. Dan moet je schrappen en herschrijven. Naar mijn idee wordt ieder verhaal daar beter van, maar dat is mijn persoonlijke opvatting. Geef in ieder geval de moed niet op. Vooral vaak meedoen.

Aan het einde van deze tramrit moet mijn echte ik sterven om met tegenzin te kunnen herrijzen als de kantoorversie van mezelf. Ik wenste dat de tram voor altijd kon blijven doorrijden.
Het is woensdagochtend 08:12 uur en ik sleep me door de werkweek. 

Je zegt in dit stukje op drie verschillende manieren dat je een hekel hebt aan je werk. Dat kan ook in één zin. Bijvoorbeeld: Het is woensdagochtend en ik sleep me naar mijn werk.

Ze staat 'm in haar broekzak te wurmen  ---> staat 'm te wurmen leest stroperig. Actiever is: Ze wurmt het in haar broekzak

Een zware last waarvan ik bestaan niet afwist valt van mijn schouders. ---> voor bestaan hoort nog "het". Tussen afwist en valt hoort een komma

Eén van hen roept naar ons ‘Jodie, hey Jodie!’  ---> achter ons hoort nog een dubbele punt. Een punt kan ook. 

‘Steen blij'.  ---> de punt hoort voor het aanhalingsteken.

 

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ik ben ook zeker een voorstander van een maximaal aantal woorden, het dwingt mij te kiezen/schrappen waardoor alleen de boodschap overblijft. Ik had ook moeite met de opdracht in deze vorm. 
Hieronder ga ik nog in op jullie punten, excuus als ik het taaltechnisch wat slordig toelicht;

Fief, het klopt dat ik in die zin 3x aangeef hoe erg de hoofdpersoon opziet tegen haar werk. Het leek mij nodig maar ik kan me voorstellen dat als je dat 1x leest dat je het ook wel snapt maar ik denk niet dat dan intens genoeg overkomt, hoe erg de hoofdpersoon haar werk haat. Manmetpen vind de eerste zin juist weer ijzersterk. Grappig!
Ik herken wat je schrijft, manmetpen, het is ook beter om het weg te leggen, te herlezen en dan verder te gaan.
Helaas ben ik vreselijk ongeduldig. 
Met de zin woensdag 08:12 uur wilde ik duidelijk maken dat de hoofdpersoon overgeleverd is aan de tijden waarmee je moet dealen als je je in het openbaar vervoer bevind. Ik wilde daarmee het herhalende/geroutineerde van een werkweek benadrukken en dat ze het stenenmeisje dus al herhaaldelijk is tegengekomen.

Met moedergevoel wilde ik 'het zorgen voor' benadrukken, en het stukje over haar dochter wilde ik aangeven dat de hoofdpersoon zich op een punt in haar leven bevindt dat en haar werk haar niet meer boeit en dat haar dochter een eigen leven aan het krijgen is.
Waardoor er ruimte bestaat voor de hoofdpersoon om 'van het zorgen voor een gezin' over te gaan naar een switch in carriere. De zin dat pubers denken dat de wereld om hun draait is een contrast/verwijzing naar het autisme van het stenenmeisje dat de wereld op een andere manier waarneemt.

Ik stel jullie kritiek enorm op prijs! Ik hoop ooit een goede schrijfster te worden dus kom maar op :-)
Ga ik nu het verhaal herschrijven....

Lid sinds

2 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Mercedes, ik heb al gereageerd, maar ik vergeet te zeggen dat ik vooral de manier waarop je dat meisje neerzet fenomenaal is. Met maar een paar zinnen en drie woorden tekst, zet je haar integer en ontroerend neer.

Chapeau

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Erg goede ideeën! Mooi en lief geschreven. Misschien kan je proberen meer show en minder tell toe te passen, maar dan terug, ik ben geen coach. Zoals eerder aangegeven, voelt het aan dat je dit compacter kan neerpennen. Toch genoten. Goed verhaal.

GG!

 

Lid sinds

5 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dag Mercedes

Wat een fijn verhaal. Ik vind het erg goed, je moet het maar bedenken.

Je zou je tekst hier en daar strakker kunnen maken, zoals deze passage: Althans, dat zegt mijn moedergevoel.
Ik schat dat ze net zo oud is als mijn dochter. Aan wie ik vertelde over het stenenmeisje maar mijn verhaal boeide haar niks. Op deze leeftijd denken ze echt dat de hele wereld om hen draait.

In feite remt dat je tekst, want het is en zijspoor waar je niets meer zal doen in het verhaal. Dat mag dus weg naar mijn smaak.

Ook hier ze ik een inconsequentie: Te laat aangekomen op mijn werk wens ik mijn collega's voor altijd een goed weekend. Het verhaal speelt zich af op woensdag? (woensdagochtend 08:12, en wat verder nog een dag voor het weekend... ) Maar ook hier mis ik enigszins de passie, het moment waarop die beslissing door het personage wordt gemaakt.

Als je volgende keer een vershaal schrijft: gooi de passiefzinnen gerust op de afvalstapel. Voorbeeld: Aan het einde van deze tramrit moet mijn echte ik sterven om met tegenzin te kunnen herrijzen als de kantoorversie van mezelf.zou kunnen worden: Aan het einde van deze tramrit sterft.... of deze: Al een paar keer heb ik haar een steen zien oprapen bij het verkeerslicht voor het spoor. Kan je verkorten in : Het is niet de eerste keer dat ze ... of ook vandaag raapt ze weer...

Er zijn erg mooie zinnen in je verhaal, de actieve zoals deze: Met haar linkerhand onder haar kin ondersteunt ze haar hoofd. Ze kijkt naar buiten, naar de wereld die langs de tram glijdt. Of deze: Plots draait ze zich naar mij, haar donkere ogen kijken dwars door me heen. Ze laat me de steen zien en zegt ‘verdrietig'. 

Weet je, je hebt er een bijzonder verhaal van gemaakt, het lijkt ook geloofwaardig. Hier en daar je potlood scherpen en het wordt nog beter!

Johanna

 

 

   

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Beste Johanna,

hartelijk dank voor je opmerkingen. Door vooral de passiefzinnen aan te passen wordt het veel beter.
Het beslismoment ontbeert inderdaad de passie.
N.a.v. al jullie opmerkingen heb ik de tekst herschreven.

M