Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#382 Spijt

 

‘Geloof jij?’
Ze rijden in de spits over de A9. Het regent zacht, de ruitenwissers doen hun werk. Het is niet druk, het thuiswerken heeft voordelen. En haast hebben ze ook niet, de twee broers.
Deze vraag had Wim niet verwacht. Niet nu.
‘Waarom vraag je dat?’
‘Nou, we praten daar nooit over. Ik ben benieuwd hoe jij er tegenwoordig in staat.’ Karel kijkt kort naar zijn broer. ‘Of wil je er niet over praten?’
‘Ja, hoor,’ zegt Wim. ‘je weet toch dat ik nergens in geloof?’
Soepel haalt Karel zijn voorganger in.
‘Dus als je dood bent dan…?’
‘Is het gewoon klaar. Dood is dood. Over en uit.’
‘Heb je nooit gedacht dat God zou kunnen bestaan?’
‘Zeker wel. Toen ik een tiener was, heb ik me dat allemaal afgevraagd, maar ik heb er nooit een bewijs voor gevonden. Als Hij bestond, zou Hij de wereld vast haten. Kijk maar eens naar het nieuws. God is toch liefde? Laat me niet lachen.’
‘Tja, ik geloof in de God van de Bijbel. Daarin staat dat God het nu (nog) niet alleen voor het zeggen heeft.’
‘O, je bedoelt zeker de duivel, Satan, of zoiets.’
‘Inderdaad. Logisch, toch? Als je in de God van de Bijbel gelooft, moet je natuurlijk alles wat daarin staat serieus nemen. Anders fabriceer je een zelfverzonnen geloof.’
‘Hm, ja dat begrijp ik,’ Wim kucht. ‘Ben je van plan me even snel te bekeren?’
‘Nee, joh. Helemaal niet. Kijk nou eens nuchter naar de feiten: jij gelooft ‘niks’, maar ook daar is geen bewijs voor. Dus is jouw ‘niks-overtuiging’ ook een soort geloof slash aanname.’
‘Hm, OK.’
‘En we weten niet wie er later gelijk krijgt.’
‘OK, ga door, je maakt me nieuwsgierig. Mag de verwarming wat lager trouwens?’ Wim maakt met zijn hand de boord van zijn trui wat wijder.
‘Nou, stel dat jij gelijk hebt: er is na de dood helemaal niks. Daar hebben we dan allebei geen weet van. Maar stel nou dat ik gelijk heb. Voor mij hemelse heerlijkheid, voor eeuwig, maar voor jou, voor eeuwig eh…spijt.’
‘De hel?’
‘Wat denk je zelf?’

Ze zwijgen.

‘Dus puur logisch bekeken, ben ik dom bezig. Is dat, wat je wilt zeggen?’
‘Ik hou van je, broertje, en ik gun je alleen het allerbeste.’

Karel ziet de vrachtwagen te laat. Piepende banden. Een harde klap. Stilte.

 

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Maria, een mooie, warme conversatie tussen twee broers. Een onderwerp dat niet snel aangeroerd wordt en toch heel zinvol kan zijn. In ieder geval graag gelezen.
De laatste zin voelt voor mij een beetje als dwangmatig nog een dood in het verhaal persen. Waarom het niet bij de conversatie laten? Volgens mij hoeven ze niet per se dood te gaan, of wel? Met de laatste zin weet ik als lezer nog niet wie gelijk heeft, dus voor het verhaal voegt het naar mijn idee niets toe. 

Kijk eens naar het woord "maar" in je tekst. In een aantal gevallen kan het weg. Het woord voegt in veel gevallen weinig toe.

En haast hebben ze ook niet, de twee broers.  ---> ik zou "de twee broers" al in de eerste zinnen zetten. Twee broers rijden in de spits ... of meteen de namen introduceren in die eerste zin, dan past het verderop wel zoals je het nu geschreven hebt.

Maar deze vraag had Wim niet verwacht.  ---> de maar aan het begin van de zin hoort er niet. Bij een maar gaat er iets aan vooraf, dat is hier niet het geval. De ene broer stelt een vraag en Wim had die vraag die verwacht.

we praten daar nooit over, en ik ben benieuwd ---> de komma hoort hier niet

‘Ja, hoor,’ zegt Wim. ‘Maar --->  maar kan hier met een kleine letter geschreven worden. De zin wordt onderbroken. 

‘Hm, ok.’ ---> OK of oké

Maar als je nou eens nuchter kijkt naar de feiten: jij gelooft ‘niks’, maar ook daar is geen bewijs voor.  ---> De maar aan het begin van de zin zou ik weglaten. Achter de komma staat er ook al een en de eerste maar is niet nodig.

‘Dus puur logisch bekeken, ben ik dom bezig. Is dat, wat je wilt zeggen?’
‘Ik hou van je, broertje, en ik gun je alleen maar het allerbeste.’

Het antwoord op de vraag vind ik niet kloppen. Is dat een ja of een nee op de vraag? 

Lid sinds

3 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Maria, 

 Wat eerst lijkt op een prettig gesprek, krijgt wel een erg duistere wending. Die wending komt nu wel een beetje geforceerd over. Met een paar woorden aanpassing had je ''een verhaal met twee gezichten'' kunnen schrijven. 

Karel ziet de vrachtwagen te laat. Piepende banden. Een harde klap. Stilte.  --> Karel rijdt op volle snelheid richting de vrachtwagen. Een harde klap. Stilte.
Dan was het plot in eerste instantie prettig en daarna heel duister geweest: 
Karel heeft niet het doel om te bekeren, maar als dat een hopeloze zaak is, dan maar meteen (letterlijk en figuurlijk) naar de hel ermee. 

In die zin voelt het verhaal een beetje als gemiste kans. Maar eerlijk is eerlijk: je schrijft wel heel prettig en vlot  over een mooi gesprek tussen de broers. Een gesprek dat in deze tijd waarin politiek/ digitaal moddergooien vaak voorkomt als een hele verademing voelt. 

Een fijne jaarwisseling alvast. 

Groet, 

Nadine

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Fief, dankjewel voor je uitgebreide reactie. Fijn dat je het een goede dialoog vindt. Ik heb je tips verwerkt en de tekst aangepast. Eigenlijk zou alleen de dialoog voldoende zijn, ook voor mij. En de laatste zin is er idd een beetje aan zijn haren bijgesleept. Maar i.v.m. de opdracht probeerde ik de zaak nog wat meer op scherp te zetten. Maar wel met een open einde.
En de zin: ik hou van je, broertje, etc. is natuurlijk een 'ja'! Maar een ja met meeleven, niet een ja om zijn broer op zijn nummer te zetten.

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

@Tony, dank voor je compliment. Tja, deze dialoog na de dood is mosterd na de maaltijd. Ik weet dat ik wat los met de opdracht ben omgegaan. Maar ik had geen inspiratie en geen moed om over de dood een verhaal te schrijven. Daar waag ik me niet aan.

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ha Nadine, bedankt voor je compliment over de dialoog. Het leek me heel moeilijk om een goede dialoog te schrijven en tot mijn verrassing lukt het me al een paar keer. Ik kies er bewust voor, om me te oefenen. Wat grappig, dat jij in het verhaal al een thriller zag! Terwijl ik best een serieus gesprek probeer te beschrijven. Met een dilemma, wat heel actueel is, denk ik. De laatste zin is toegevoegd om de zaak op scherp te zetten, ook voor de lezer. Geen kwade opzet van Karel, lieve hemel, nee! ;-)
Misschien zijn ze zelfs niet eens dood... Een open einde.
Jij ook een fijne jaarwisseling!

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

@ musonius: dank voor je compliment over de dialoog. Ja, het slot kon beter, gezien de vele reacties. Leerzaam voor mij.

@ John: Dankjewel voor je reactie, fijn dat je het graag las.

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Fijne en realistische dialoog met een aantal argumenten die ik eerder heb gehoord en waar ik ook nu weer een beetje om moet gniffelen. Gelukkig hebben de broers het beste met elkaar voor en draait het niet op ruzie uit. Het open einde vind ik juist wel mooi. Met plezier gelezen.

Lid sinds

3 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Wat ik dus denk. Er zijn een aantal opmerkingen over het plot. En dat snap ik. Want het plot is een beetje afgeraffeld in een paar zinnen. Maar stel dat je het plot meer in het verhaal integreert? Dus dat je vanaf 'Nou stel dat jij gelijk hebt' ook begint met het ongeluk. Het ongeluk daar ergens invlechten? Dan is het verhaal meer rond. Misschien.

Enfin. Mooie dialoog. Graag gelezen.

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

@Mespunt: dankjewel voor het lezen en voor je reactie. Fijn dat je het met plezier las.
@Madrid: Dank voor je suggesties en je compliment. Jouw idee zou dan eindigen met wie er gelijk heeft, denk ik? Voor mij was het gesprek over die vraag eigenlijk het belangrijkst. Ook om de lezer tot nadenken te stemmen, eventueel.

Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hey MF, mooi verwoorde insteek over de gok van Pascal, gelukkig uit broerliefde verteld. Klopt het dat je de schrijfopdracht verwerkt als de vraag of Wim nu uiteindelijk wel of niet in God gelooft tijdens het dodelijk (?) ongeluk? Het is in elk geval mooi dat ze er open over praten. Wel zijn ze allebei een beetje oppervlakkig.

De praattoon van de broers vind ik daardoor wat onnatuurlijk. 'Geloof jij?' tussen twee broers, terloops, klinkt losser als je bv. zegt: 'Geloof jij nou eigenlijk nog in God?' Vooral omdat Wim verderop zegt: 'je weet toch dat ik nergens in geloof?' Die broerband kun je bv. ook laten zien in 'als tiener' door bv. een anekdote uit hun gezamenlijke tienertijd. Nu leest dit gesprek nog een beetje als een generieke geloofsdiscussie, ook doordat het argument zo voorbereid klinkt. Bovendien laat Wim zich wel erg makkelijk ompraten. Hij kan ook tegen zijn broer zeggen dat iedereen een zelfverzonnen geloof fabriceert (en dat onderbouwen). Dat maakt de verhouding iets symmetrischer, en geeft het gesprek iets meer energie.

Hopelijk kun je er iets mee. 

 

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ha Kruidnagel, dankjewel voor je uitgebreide reactie. Ik merk aan sommige reacties dat mijn plot niet heel duidelijk naar voren komt... Er is nog steeds niemand overtuigd na dit gesprek van de broers. Dat zou dan wel heel snel zijn. Het denkproces gaat door, daar ga ik tenminste van uit, bij zo'n belangrijk onderwerp. Het ongeluk was bedoeld om er wat meer spanning op te zetten: 'denk niet te lang, of stel het denken hierover niet te lang uit'. Er kan zomaar iets gebeuren.
Een anekdote uit hun jeugd is een leuk idee. Dat had best gekund, met een wat hogere woorden-limiet. 
Ik heb de schrijfopdracht verwerkt doordat zij beiden niet weten of het na de dood een verrassing is, of dat het precies is zoals gedacht/geloofd. In mijn verhaal wilde ik het einde open laten.