Lid sinds

7 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

# 378 – Naïef blijven is de kunst 2

Stoeptegels kunnen hun bek niet houden, al versta ik er geen woord van, maar ik heb wel van ze leren schelden. Straattaal. Lekker plat. Niet iedereen verstaat Steens dus ik hou me niet in. 'Âchterlijke dâkhoas!' is mijn lievelings, tegen de alomtegenwoordige straatkatten zelf en tegen honden en mensen ook gewoon, omdat het zo lekker in de mond ligt. Nee, ik heb geen mond, maar zo voelt het. Je ziet toch dat ik ook kan schrijven zonder handen? Âchterlijke glâddioal. Een gevoelige ziel moet van zich afbijten.

Het zal nu maart zijn, ik voel dat aan de zon. Dat leer je als je zo veel tijd van leven hebt als ik. Ik lag niet altijd op de stoep met banale tegels te ouwehoeren, denk ik. Nee, voel ik. Het kan niet anders.
'Als een witte azeztuliet op het derde oog geplaatst wordt kan het krachtige spirituele visioenen en inzichten geven,’ hoor ik ineens. Zie je? Dit spirituele hoogstandje tekst komt me heel bekend voor.
‘Het is ook een goede steen om mee te mediteren en kan gebruikt worden bij healings en energetisch werk,' declameren we daarna tegelijk. Ik wist het. Mijn oorsprong. Mijn oorzaak. Mijn bestemming. Mijn lot.

Maar ze verkoopt me een doodschop en ziet me dan pas liggen. 'Hé, een wit steentje!' roept ze. 
'Hé!' roep ik, 'sodemieter even op!' Niet dat het helpt
. Ze pakt me, bekijkt me en stopt me in haar jaszak. Het zweet breekt me uit. 
'Ik snap er geen bal van,' verzucht ze tegen niemand in het bijzonder.
‘Inzicht begint altijd met zelfinzicht, mens,’ riposteer ik troostend maar machteloos en vooral tevergeefs.

Na een paar dagen haalt ze me pas uit haar zak en legt ze me op haar bureau. Ze trekt een la open en komt tevoorschijn met het boekje dat ik dus echt al eerder heb gezien. Ze typt 'witte azestuliet,' en het is alsof ik in de spiegel kijk. Het daagt mevrouw geloof ik ook.
'Hellepie!' gooi ik er spontaan uit. Maar ze lacht, 
gaat op haar bed liggen en zet me op haar voorhoofd. Het derde oog. So far, so good. Lekker zelfs. Ik ben weer de aarde, de derde rots vanaf de zon, het gestolde magma en de Kilimanjaro, de sterren, gebundeld in een kiezelsteen, op de huid van een mens die me koestert. Dit is eigenlijk heel opwindend.

‘Shit!' zegt ze. 'Ik voel niks.'
Heb ik alweer aan mezelf liggen denken, verwijt ik mezelf. Maar ik zeg: 'Heb wat geloof, meid.'
Ze is blijkbaar meer een doener dan een prater. 
Ze stampt de trap af en even later vlieg ik door de lucht.
Een vrouw roept: ‘Johanna, als je zo chagrijnig wordt van die stenen breng je dat boek morgen terug naar de Blokker.’
'Het was een actie,' zegt ze. 'Die kun je niet ruilen.'

'Hoi,' zeg ik tegen een baksteen, maar hij zwijgt veelbetekenend, ongetwijfeld jaloers dat er agressief met me gegooid wordt.

 

---

Naïef blijven is de kunst 1

Niet iedereen verstaat steen maar ik hou me niet in. 'Âchterlijke dâkhoas!' is mijn lievelings, tegen katten zelf en tegen honden en mensen ook gewoon, omdat het zo lekker in de mond ligt. Nee, ik heb geen mond, maar zo voelt het. Je ziet toch dat ik ook kan schrijven zonder handen? Âchterlijke glâddioal.

Gebouwen zijn intussen van glas en allang niet meer van hout, in elk geval de gebouwen langs de stoep. Stoeptegels kunnen trouwens ook hun bek niet houden, al versta ik er geen woord van, maar ik heb wel van ze leren schelden. Straattaal. Lekker plat.

'Als een witte azeztuliet op het derde oog geplaatst wordt kan het krachtige spirituele visioenen en inzichten geven,’ hoor ik ineens.
‘Het is ook een goede steen om mee te mediteren en kan gebruikt worden bij healings en energetisch werk,' declameren we daarna tegelijk. Dit spirituele hoogstandje tekst komt me meer dan bekend voor.

Het zal nu maart zijn, ik voel het aan de zon. Ik glim. Mijn huid is warm. Ik val op. Ik vlieg. Vlieg ik? 'Hé!' roep ik, 'sodemieter even op!' Het voelt goed. Maar het helpt niet. Het mens hoort het niet of houdt zich doof. Ze raapt me op, bekijkt me aandachtig en stopt me in haar jaszak. Het zweet breekt me uit.
'Ik snap er geen bal van,' vertrouwt ze me toe.
‘Inzicht begint altijd met zelfinzicht, mens,’ riposteer ik troostend maar machteloos en vooral tevergeefs.

Na een paar dagen haalt ze me uit haar zak en legt ze me op haar bureau. Ze trekt een la open en komt tevoorschijn met een pincet en het boekje. Ik heb dat boekje dus echt al eerder gezien. Mijn geheugen speelt me soms parten. Ze pakt me met het pincet. 'Hellepie!' gooi ik er spontaan uit. Maar ze lacht.

Ze typt iets, gaat op bed liggen en zet me op haar voorhoofd. Het derde oog. De jonge huid, de warmte van een mens, het voelt vertrouwd. Ik ben weer de aarde, de derde rots vanaf de zon, het gestolde magma en de Kilimanjaro, de sterren, gebundeld in een kiezelsteen, op de huid van een mens die me koestert. Dit is heel opwindend.

‘Shit,’ zeggen we tegelijk. Heb ik alweer teveel aan mezelf liggen denken, verwijt ik mezelf. Het meisje is blijkbaar meer een doener dan een prater. Ze stampt de trap af en even later vlieg ik door de lucht.
Een vrouw roept: ‘Johanna, als je zo chagrijnig wordt van die stenen breng je dat boek morgen terug naar de Blokker.’
'Het was een actie,' zegt ze. 'Die kun je niet ruilen.'

'Hoi,' zeg ik tegen een baksteen, maar hij zwijgt veelbetekenend, ongetwijfeld jaloers dat er agressief met me gegooid wordt.

Lid sinds

5 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dag Kruidnagel

Ik vind je tekst (versie 2) heel leuk om te lezen, je doet dat op een goede manier, mooie zinnen, invlechten van begrippen die het extra literair maken.

Ik vraag me af hoe je schrijft? Ik lees het met een bepaalde cadans, als je begrijpt wat  ik bedoel: je neemt de lezer mee in een verhaal dat wat vreemd is, goed geschreven, hier en daar hilarisch ook.

Van dit soort tekst word ik zeker blij.

Knap gedaan.

Johanna

   

Lid sinds

7 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ha Johanna, bedankt! Meestal google ik een beetje rond, zo kwam ik nu op die aanbeden stenen, en ga ik daarna gewoon wat zitten schrijven, waarna ik vaak in eerste of tweede instantie driekwart weer wegflikker omdat het te veel is of niet past, waarbij ook dank aan mijn medelezers alhier. Ik heb dan denk ik gewoon een bepaalde trant van schrijven die me als spreker half begrijpelijk maakt, maar op tekst meer tot zijn recht komt. En af en toe valt me iets in wat het origineel maakt. Maar ik kan hier nog veel leren.

Lid sinds

16 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dag Kruidnagel.
Verrassend dat ook jij steen een stem hebt gegeven (zoals ik mijn zandkorrel liet praten).

Als kind fantaseerde ik precies daarover, dat een weggeschopt steentje op zijn landingsplaats in gesprek zou raken met collega-stenen.

Je verhaaltje is kort maar er gebeurt een hoop, met veel grappige wendingen, zodat ik geboeid bleef lezen.
Mooi gedaan!