#238 Schrijven is leuk

'Ben je belaaitafeld. Geen haar op mijn hoofd die er aan denkt.’ ‘Maar pa, je hebt geen haar. Je bent hartstikke kaal.' ‘Al had ik 100.000 haren op mijn kop, ik heb er geen zin in.' Ik probeerde mijn vader over te halen om over zijn bewogen leven te gaan schrijven. Hij had immers zoveel meegemaakt. Zo had hij tijdens zijn lange leven verschillende keren de dood in de ogen gezien. En omdat ik schrijven een geweldige hobby en een positieve tijdsbesteding vind, meende ik dat het voor hem ook best wel interessant zou zijn. ‘Je zou een bundel vol spannende verhalen kunnen schrijven met al je avonturen. Zoals die treinbeschieting tijdens de oorlog, de redding toen je onder het ijs schoof, die val uit de dakgoot en als drenkeling midden op zee, noem maar op. ‘Kan wel zijn, jongen, maar ik kan geen verhalen schrijven. Jij bent taalkundig aardig onderlegd omdat je moeder en ik krom hebben gelegen om je een goede opleiding te geven. Maar ik heb vroeger alleen maar lagere school gehad. Dus vergeet het nou maar.’ ‘Iedereen kan schrijven, pa. Jij ook. Probeer het gewoon. Sinds het overlijden van moeder zit je alleen maar thuis te kniezen. Je doet niets meer.’ ’Valt best mee. Ik kijk televisie, lees de krant, los allerlei puzzeltjes op. Genoeg om de dag door te komen.’ ’Nou, nou. Geweldig, hoor. Zo wil je toch niet verder leven. Word eens wat actiever, zoals vroeger. Probeer in ieder geval wat te schrijven. Als je niet weet hoe, kun je ook allerlei notities maken. Dan wil ik er wel mooie verhalen van maken. Dat is leuk voor je nageslacht. Kunnen ze later lezen wat hun oervader allemaal heeft meegemaakt.’ ‘Oké, jij je zin, maar ik ga er niet te veel tijd aan besteden. Als je dat maar weet.’ En zo kwamen we tot een compromis. Alleen pakte het toch heel anders uit. Toen ik een week later informeerde naar de vorderingen op schrijfgebied, zei hij: ‘Ik heb zelf al een paar verhalen opgeschreven. Was niet zo moeilijk, eigenlijk. En ik moet je zeggen, je had gelijk. Schrijven is ontzettend leuk. Ga ik meer doen. Jij mag de fouten eruit halen.’ ’Zei ik het niet? Schrijven is een fijne hobby.’