Lid sinds

6 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

wekenlijkse schrijfopdracht 155 : Onweer

Ik ben bang. De gordijnen heb ik dichtgetrokken en het licht aangestoken. Voor de zekerheid heb ik alle stekkers van de computer uit het stopcontact getrokken. Je weet maar nooit. Een fel licht komt door de gordijnen heen en meteen daarna een knal, niet zo maar een knal maar een kletterende explosie vlakbij, alsof je een dreun op je kop krijgt. Steeds maar dreunen op je kop. Ik ben altijd bang geweest voor onweer. Mijn moeder ging onder de trap zitten als er vliegtuigen over kwamen vliegen, dat had ze van de oorlog overgehouden. Ik lachte er om en maakte flauwe grapjes zoals ‘mam, bukken er komt een vliegtuig’ als er niks aan de hand was, maar nu ben ik zelf bang voor onweer en lachen mijn kinderen me uit. Mijn vriendin vertelde me dat zij iemand kende die door de bliksem was getroffen, in rook was opgegaan. Ik maakte er een grapje van, ‘wat zal dat een vieze stank hebben gegeven, met een verbrande mug in een lamp is het al niet uit te houden’ en toen werd ze kwaad. Het was een goede vriendin van haar. Die grapjes maak ik om mijn angst te bezweren, dat is niet onaardig bedoeld maar komt wel rottig over. De donderslagen worden zachter, ze zijn gelukkig maar even op bezoek geweest. De gordijnen doe ik open, het licht blijft nog aan.

Lid sinds

11 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
Schrijfgraag72, ... met plezier gelezen. Een beetje feest der herkenning wat betreft: stekkers eruit trekken. Gelukkig is het onweer nu voorbij. Fijn dat je meeschrijft.