Lid sinds

8 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#83 De arme ziel

‘Wie bben jje?’ Stilte. ‘Hallo, zeg dan wat, ik heb het tegen jou!’ Het draaide zich bliksemsnel om: ‘Hoe durf je tegen mij te praten!’ ‘Ik vvraag mme alleen mmaar af wwie jje bent.’ ‘Ik? Ik ben jou.’ ‘Mmaar, hoe kan ik uit meerdere delen bestaan? Zelfs mijn moeder kan het niet, zij maakt altijd grapjes dat ze met haar armen met mij mee gaat, met haar benen met mijn zusje en haar hoofd is dan bij…’ ‘Ho, stop met dat onnodige geratel. Daar gaat het nu niet om, waar…’ ‘Waar gaat het dan wel om?’ ‘Laat me even uitpraten. Ik ben jou verleden en jou toekomst, jij bent het heden.’ ‘Hè?’ ‘Jij bent niet bang meer voor me, hèè?’ Zijn dreigende houding deed mij terugdeinzen: ‘Ik bben wwel…’ ‘Mooi zo, nou kan ik weer door vertellen. Jij bent dus het heden, ik het verleden en de toekomst. Ik ben dus een langere tijd en sta daarom hoger in rang. Je mag daarom alleen tegen mij spreken als ik dat zeg. Begrepen?’ ‘JJa.’ ‘Ik zei niet dat je iets mocht zeggen! Goed, je krijgt nog één kans. Waar was ik ook al weer gebleven. O ja, de tijd. Al heel veel lichamen voor jou hebben mij verdragen en uitgespuugd, zoals jij net.’ ‘Betekent ddat dat iik dood bben?’ Ik kreeg een boze blik. ‘Blijkbaar heeft de dood jouw oren al afgenomen. Eigenlijk ben je de waarheid niet waard, maar ach, ik ga wel verder. Ik heb dus al in heel veel lichamen huis gehouden en de toekomst zal mij nog vele lichamen brengen.’ ‘Wat zielig,’ ik had plots medelijden met de arme ziel. ‘Verhuizen is echt verschrikkelijk.’ Het verbaasde me dat ik geen boze blik kreeg. ‘Ja, dat klopt, maar ik ben het ondertussen wel gewend. Dit keer is het in ieder geval niet stom, ik weet namelijk zeker dat mijn volgende huis beter is.’ Zijn luide lach deed mij rillen. ‘Hahaha, je trekt helemaal wit weg, dat je al zo bang bent voor mij! Ik ben benieuwd of je de dood gaat overleven. O, nee, natuurlijk niet!’ Hij sloeg dubbel van het lachen om zijn eigen grap. Ik keek naar beneden, mijn benen waren al niet meer zichtbaar. De dood? Binnen de kortste keren zag ik niks meer. Het laatste wat mijn verleden van mij hoorde was een luide gil. De toekomst glimlachte.

Lid sinds

14 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Haha. Prettig verhaal. Nou ja, prettig? Prettig om te lezen. jouw verleden jouw toekomst ik ben dus (Ik besta )(?) doorvertellen

Lid sinds

8 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Tja, er zijn heel veel verschillende opvattingen over de dood. Er is natuurlijk ook een mogelijkheid dat we allemaal bestuurd worden door een professor. @tja: Bedankt voor je reactie!

Lid sinds

18 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Hallo XvR, Een geprek tussen een personage en zijn 'tijdloze' ziel. De reïncarnatiegedachte is hier in praktijk gebracht. Aardig experiment, maar niet overal even geloofwaardig. Als je ervan uitgaat dat zoiets mogelijk is, maar dat mag in fictie. Ik heb wat moeite met het feit dat de ziel verleden en toekomst is, maar in het heden buiten het personage staat. Grappig vind ik wel het neerbuigende, de ziel kijkt er al naar uit naar een ander, beter lichaam te verhuizen. Maar wat drijft de ziel om dit personage (lichaam) bang te willen maken, en zo neerbuigend te doen? 'Ik keek naar beneden, mijn benen waren al niet meer zichtbaar. De dood? Binnen de kortste keren zag ik niks meer. Het laatste wat mijn verleden van mij hoorde was een luide gil. De toekomst glimlachte.' Grappige ontknoping, maar het perspectief rammelt hier wat, met name in de zin 'Het laatste wat mijn verleden van mij hoorde was een luide gil.' Dit hoort de dode 'ik' zelf niet meer, maar hoe weet die wat 'verleden' (de ziel) hoort? Verwarrend... Kijk er nog eens naar en probeer de innerlijke logica op orde te brengen. Het gaat dus niet om dingen 'die niet kunnen', zoals een pratende ziel, maar om inconsequenties binnen de tekst. Succes, Wilma (Mevrouw SchrijfTaal)