# 61 Klunzig moordenaar - Een moordplan
‘Zou je niet eens naar huis gaan, Joop? Je hebt al veel te veel gedronken.’
‘Nog eentje, Theo, dan ga ik.’
‘Nee, je krijgt niets meer. Ik bel een taxi.’
‘Eentje maar. Ik moet me nog op iets voorbereiden.’
De barman kijkt de ander verbaasd aan en vraagt: ‘Waar moet jij je zo laat op de avond in jouw toestand nog op voorbereiden, Joop?’
‘Kan je een geheim bewaren?’
‘Natuurlijk, je kent me toch?’
‘Mijn vrouw is vreemd gegaan. Ik ga d’r straks vermoorden.’
‘Meen je dat nou?’
‘Jazeker, ik heb een condoom in de afvalbak gevonden.’
‘Dat bedoel ik niet. Meen je het dat jij je vrouw wilt gaan vermoorden?’
‘Natuurlijk. Ik pik dit niet.’
‘Je gaat toch niet zo’n prachtvrouw als Suzanne vermoorden alleen maar omdat ze een avontuurtje heeft gehad.’
‘Oh nee? Wat zou jij dan doen?
‘Gewoon, ik zou het toelaten. Laat haar lekker vreemd gaan, dan kan je zelf ook eens buiten de pot piesen. Dat noemen ze tegenwoordig een open relatie.’
‘Belachelijk. Met jou kan ik niet praten. Als ik toch niks meer krijg, ga ik maar, ajuus. Hier, hou de rest maar.’
Boos probeert Joop van zijn barkruk te glijden, maar zijn evenwichtsorgaan is niet meer 100%. Gevolg is dat hij als een tol over de grond rolt. Na enkele pogingen lukt het om weer rechtop te komen. Hij waggelt naar de uitgang, maar ook dat gaat niet goed, omdat de man over de drempel struikelt.
‘Joop, wacht!’
‘Nee, doei.’
Theo rent achter de drinkebroer aan. Maar als hij buiten komt, ziet de barman dat de ander al probeert weg te rijden. In plaats van vooruit, gaat de auto echter achteruit tegen een lantaarnpaal. Krakend trekt hij de auto in zijn eerste versnelling, maar dan schiet hij tegen de bumper van de voor hem staande auto. Theo rent naar zijn klant en roept: ‘Kom eruit stommeling. Dit kan zo niet.’
Helaas heeft ook dit geen invloed op Joop. Snel trekt hij nu op en rijdt zigzaggend weg, op weg naar zijn huis, naar zijn doel.
Snel haast Theo zich naar binnen en pakt zijn mobiel.
‘Hallo liefje. Hij heeft het ontdekt van ons. Hij wil je vermoorden. Hij is nu op weg naar je toe. Kom vannacht maar gauw hierheen.'