Opdracht #47 YA 'What a feeling"
Ik moet zeggen dat ik het altijd veroordeeld heb voordat het mij overkwam. Als je met zo'n piepklein rokje op de dansvloer staat te kronkelen en buiten wachten ze je op, ja duhhh, zei ik dan. Ik schaam mij dood dat ik dat toen heb gezegd.
Ik ben net vijftien geworden. Ik heb een vriendje sinds kort. Ik was een tijd geleden gevallen op het gravelveld en er zaten allemaal steentjes in de wond op mijn been en toen kreeg ik de rilleritus. Hij heeft zijn jas om mij heen geslagen en werd verliefd op mij. Op mij notabene! Hoe bestaat het! Terwijl alle meiden uit de klas voor hem vielen.
Zijn zwager wilde mij een dag na mijn verjaardag op een speciale manier feliciteren. Dus ben ik naar zijn huis in Amsterdam gegaan. Alleen. Het cadeautje lag in het souterrain, zei hij. Achteraf vind ik mijzelf enorm naïef maar daar heb ik nu niet veel meer aan. Ik ben met hem naar beneden gelopen. Daar is het gebeurd.
Mijn moeder vindt mij zo'n meisjesachtig meisje; zij was zelf een stoere meid vroeger, zo'n type uit die film Flashdance. Vroeger danste ze dat nummer” What a feeling” en mijn zusje en ik deden de pirouette altijd mee.
Maar goed, ik ben nu alles door elkaar aan het halen; die zwager, die smerige, gore gast greep mij. Met zijn vieze vette lijf zat hij aan mij, overal waar hij niet aan hoorde te zitten. Ik ben weggerend en jankte de hele terugweg in de bus.
Ik heb het mijn vriendje niet verteld en aan mijn moeder vertel ik het nooit. Ik had namelijk een kort rokje aan, dus je begrijpt wel wat ze zullen zeggen.
Gelukkig was er niemand thuis. Ik ben een uur onder de douche gaan staan, heb mij afgescrubd tot het pijn deed. Gatver de gatver, ik voel nog steeds zijn vieze vingers.
Maar ik houd mijn mond.
Ik vertel het echt niet.
Aan niemand.
Dank je wel, Blavatski!
Lid sinds
12 jaar 11 maandenRol