Lid sinds

10 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Wekelijkse schrijfopdracht #38 - Roodkapje 3

20 januari 2015 - 21:17
Het vorige verhaal: Roodkapje: Iedereen kent het verhaal van Roodkapje. Ze gaat op weg naar haar zieke grootmoeder in het bos. Aan haar arm een mandje met wat brood, een fles wijn. Onderweg ziet ze bloemen tussen de bomen. Wat zal haar grootmoeder daar blij mee zijn. Roodkapje besluit van het pad af te gaan en tussen de bomen de bloemen te plukken. Ongemerkt gaat ze steeds dieper het bos in. Dan hoort ze een geluid, vlak achter haar. Geschrokken draait ze zich om en ziet ze een enorme gedaante met grote oren en een harige vacht. Nieuwsgierig zet ze een paar stappen dichterbij. Zoiets heeft ze nog nooit gezien. Ze houdt haar hoofdje scheef en kijkt hoe het harige gedaante een stap dichterbij zet. Hij zet zijn poten op de grond, zodat hij op vier poten staat. Langzaam steekt ze haar hand uit. Hij loopt dichterbij en snuffelt even. Roodkapje trekt haar hand terug wanneer zijn neus haar vingers aanraakt. ‘Waarom ben je zo alleen, hier zo diep in het bos?’ Ze haalt haar schouders op, draait zich om en begint weer bloemen te plukken. Ze moet snel zijn. Oma zal vast op haar wachten. ‘Je bent verdwaald, of niet?’ Ze kijkt op naar het dier en tuurt in het rond. Pas nu ziet ze hoe ver ze van het pad is afgedwaald. Bomen torenen hoog boven haar uit. Het pad is nergens meer te bekennen. Langzaam doet ze een paar stappen terug. Zou hij een wolf zijn? Zo’n gemeen dier waar mama altijd voor waarschuwt? ‘Maak je maar geen zorgen, ik weet de weg. Kom maar op mijn rug zitten.’ Vertwijfeld kijkt ze naar zijn rug. Zou hij haar wel kunnen houden? En is hij wel te vertrouwen? Aan de andere kant ziet hij er wel sterk uit. Een wolf zal trouwens nooit zo aardig zijn. Nee, wolven zijn gemeen, dus dit is vast een ander dier. ‘Kom maar en houd je goed vast aan mijn haren,’ zegt de wolf wanneer hij op de grond kan liggen zodat Roodkapje er gemakkelijker op kan zitten. Voorzichtig gooit ze haar ene beentje over het enorme lijf heen. De haren kietelen tegen haar blote benen aan. Ze houdt in haar handen stevig de stugge haren vast en dan begint de wolf te rennen. Het verhaal van deze week: Voorzichtig zet ze haar voetjes weer op het gras neer. De wolf is gestopt met rennen en Roodkapje begrijpt niet waarom. Bij oma’s huis zijn ze nog lang niet. ‘Mijn naam is trouwens Hugo, ben jij niet Roodkapje?’ Roodkapje knikt en kijkt met een frons in haar voorhoofd toe hoe Hugo heen en weer begint te lopen. Zijn lange staart zwiept heen en weer. Plotseling staat Hugo stil. Hij gaat zitten, houdt zijn hoofd scheef en kijkt Roodkapje aan. ‘Waarom heb je een frons in je voorhoofd?’ Roodkapje haalt haar schouders op: ‘Waarom loop jij heen en weer?’ Hugo schudt zijn hoofd: ‘Dat kan ik je niet zeggen.’ Roodkapje loopt naar voren en aait Hugo tussen zijn oren. Hij laat zijn kop zakken en wiegt heen en weer. ‘Ken je dat verhaal?’ Opeens kijkt Hugo Roodkapje weer aan. Ze haalt haar schouders op. Ze kent wel een paar verhalen, haar moeder vertelt ze altijd. ‘Dat verhaal wat over een wolf gaat?’ Roodkapje kijkt in de verte en denkt diep na. Plotseling weet ze het weer. Het is nooit haar lievelingsverhaal geweest, ze vond het nooit leuk hoe de oma en het kleine meisje werden opgegeten door die gemene wolf. ‘Dat meisje, dat ben jij, Roodkapje en ik ben de wolf.’ Roodkapjes ogen worden groot. Ze kijkt gauw in het rond of ze niet gauw weg kan rennen. Had ze nou maar geluisterd naar mama! Ze weet heel goed hoe het verhaal met de wolf afloopt. ‘Wacht!’ Roept Hugo naar Roodkapje. ‘Ik zal je niet opeten, dat wil ik niet, ik wil een goede wolf zijn.’ Roodkapje blijft staan hoewel ze niet eens doorhad dat ze bewoog. ‘Toen ik je zag wist ik dat jij het kleine meisje uit het verhaal moest zijn. Mijn vader heeft me er altijd over verteld, maar ik wil je niet opeten. Je hebt me nog nooit wat aangedaan.’ Roodkapje houdt haar hoofd scheef en kijkt naar Hugo. Hij ziet er helemaal niet gevaarlijk uit. Zijn ogen staan heel vriendelijk. ‘Als ik je wilde opeten dan had ik dat allang gedaan.’ ‘Maar hoor je dan niet eerst mijn oma op te eten?’ ‘Alsof ik daar zin in heb. Ze zal vast een lieve vrouw zijn, maar ze lijkt me zo verschrikkelijk taai en dan al dat gedoe met die jager.’ Roodkapje grinnikt en knikt, dat snapt ze wel. ‘Zullen we dan gewoon vrienden zijn?’ Opgelucht haalt Roodkapje adem. Vrienden, dat is wel wat ze wil zijn. Zij en Hugo schrijven wel hun eigen sprookje.

Lid sinds

10 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
20 januari 2015 - 23:38
Halverwege dacht ik: nu gaat de wolf haar opeten. Gelukkig is het een goedhartig dier die geen Roodkapjes en taaie oma's eet. Een bemoedigende boodschap lijkt mij. Ik vind jouw goedaardige wolf wel een toffe gozer.

Lid sinds

10 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
21 januari 2015 - 18:33
Leuk, lief, maar toch mis ik iets van de sprankeling uit deel 2. Roodkapje en de Wolf passen te mooi bij elkaar, er is geen dilemma, geen conflict. Hoe leuk het gegeven ook is, het einde is voor mij teveel een anti climax.

Lid sinds

13 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
21 januari 2015 - 18:39
Heel lief Anne, het sprookje dat jouw Roodkapje en Hugo samen schrijven durf ik wel te lezen voor het slapen gaan :) Zo schattig dat die wolf ijsbeert omdat hij duidelijk ergens mee zit. Hij wil zich zo graag niet aan het sprookje houden. (Grappig trouwens dat jouw wolf ook Hugo heet, toen ik jouw versie las had ik die van mij al geschreven, echt waar...)

Lid sinds

10 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
21 januari 2015 - 20:04
@Anne, hoe ontzettend 'cute'. De laatste zin is het helemaal. :thumbsup:
Bedankt voor je reactie! :)
Jij weet de spanning weer op te bouwen en dan... Pff, gelukkig! :D :thumbsup:
Fijn dat je dat zegt. Ik vind spanning opbouwen altijd lastig om te doen.
Een bemoedigende boodschap lijkt mij. Ik vind jouw goedaardige wolf wel een toffe gozer.
Ik mag hem ook wel, haha. Ik wilde juist geen gewelddadig verhaal schrijven, omdat zovelen dit al hadden gedaan ;).
Leuk, lief, maar toch mis ik iets van de sprankeling uit deel 2. Roodkapje en de Wolf passen te mooi bij elkaar, er is geen dilemma, geen conflict. Hoe leuk het gegeven ook is, het einde is voor mij teveel een anti climax.
Ik snap je mening, maar zoals ik ook al tegen Johanna zei wilde ik graag geen gewelddadig sprookje schrijven. Misschien had ik de twijfel meer moeten uitdiepen. Komt er nog een vierde Roodkapje opdracht?
(Grappig trouwens dat jouw wolf ook Hugo heet, toen ik jouw versie las had ik die van mij al geschreven, echt waar...)
Dat is nog eens toevallig! Ik had 'jongensnaam' bij Google ingetypt en zag daar 'Hugo' staan, die naam sprak mij gelijk aan. Grappig dat jij precies dezelfde naam hebt uitgekozen ;). Dankjewel voor je reactie.

Lid sinds

10 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
21 januari 2015 - 21:05
Hallo Anna, Ik weet niet waarom, maar hier moest ik enorm om lachen: 'Plotseling staat Hugo stil. Hij gaat zitten, houdt zijn hoofd scheef en kijkt Roodkapje aan. ‘Waarom heb je een frons in je voorhoofd?’ Roodkapje haalt haar schouders op: ‘Waarom loop jij heen en weer?' Het heeft iets van een poppenkastverhaal vind ik. Het enige wat ik mij nog echt herinner van de poppenkast vroeger is dat de figuren vaak hun kop scheef hielden als de andere sprak. Ik kreeg bij je lieve verhaal dus een heel nostalgisch gevoel.

Lid sinds

11 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
22 januari 2015 - 16:07
Anne Borneman, Ik ben het wel met de schrijfcoach eens - hoewel goed geschreven, kabbelt de inhoud. Je geeft zelf in #6 al aan hoe je het spannender kan maken: de twijfel van Roodkapje benadrukken, dan wordt het een innerlijk conflict. Je laatst zin is een mooie vondst!

Lid sinds

10 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
22 januari 2015 - 16:30
@ anne borneman, Leuk gedaan! Ik vind het verhaal prima zoals die nu is! Vind dat er genoeg spanning in zit. Bij meer twijfel, meer conflict, krijg je een wolf die niet weet wat hij nou wilt zijn: Goed of slecht? Het lijkt er in jouw verhaal op dat Wolf al heeft gekozen, hij wil gewoon goed zijn! Dus voor mij is het verhaal geen anti-climax. Voor wat meer drama had je bijvoorbeeld wel kunnen kiezen dat wolf er moeite mee heeft om zich naar zijn gekozen levenspad te conformeren. Hij heeft dan wel het goede gekozen, maar dat hoeft niet altijd leuk te zijn. Hij kan bijvoorbeeld in een identiteitscrisis komen. Hij zou kunnen denken dat zijn enige rol in het leven was om dat sprookje te laten uitkomen, en dat doet hij nu niet.. . 'Als ik jou niet opeet, waar ben ik dan nog goed voor? Waar moet ik dan nog voor leven?' Een gedachtespinsel. groet!

Lid sinds

10 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
22 januari 2015 - 16:55
Hi Anne, nee er komt geen vierde Roodkapje opdracht. Al zou ik er bijna een jaarprogramma van maken, zo leuk zijn de verschillende uitwerkingen. Maar vanaf maandag ben ik te druk met mijn eigen cursussen. Ik ben van plan in mei weer terug te komen op het forum, met op verzoek een samenschrijfopdracht.

Lid sinds

10 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
23 januari 2015 - 14:13
W Rynlandt en maddburg, bedankt voor jullie reacties :).
Ik ben het wel met de schrijfcoach eens - hoewel goed geschreven, kabbelt de inhoud. Je laatst zin is een mooie vondst!
Jammer, maar ik snap je ook wel ergens. Bedankt voor je compliment.
'Als ik jou niet opeet, waar ben ik dan nog goed voor? Waar moet ik dan nog voor leven?'
Bedankt voor het meedenken! :)
Hi Anne, nee er komt geen vierde Roodkapje opdracht.
Jammer!
Ik ben van plan in mei weer terug te komen op het forum, met op verzoek een samenschrijfopdracht.
Ook leuk! Ik ben benieuwd ;).

Lid sinds

10 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
25 januari 2015 - 20:17
Het is een heel lief verhaaltje geworden, Anne, en dat mag ook best wel eens tussen al dat geweld. Ik heb er in ieder geval van genoten. De spanning zat hem vooral in het vorige deel van je verhaal. Heel mooi geschreven en het las prettig.

Lid sinds

12 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
25 januari 2015 - 23:39
"Zullen we vrienden zijn" Jaja, dat zegt elke wolf. En Roodkapje trapt er in. Het is het oude liedje, alleen de intro is langer :-) Erg leuk geschreven, Anne!