#440 Wil je met me trouwen?
'Ik heb een stuk papier nodig', zeg ik.
'Ik heb een briefje van tien', zegt hij.
'Vind je dat niet zonde, daarna kun je het weggooien', vraag ik.
Hij schudt zijn hoofd: 'Ik wil dat verhaal horen.'
'Okay.'
Ik maak een hoedje van papier, duw, trek en laat hem dan zien: 'Dit is een schip.'
Hij knikt.
'Het schip gaat varen,' ik beweeg het bootje door de lucht. 'Het vaart onder een brug door, maar de schipper vergeet de mast naar beneden te halen en dan: krak.'
Ik scheur de bovenkant van de boot. Op deze manier sneuvelt ook het achtersteven.
‘Krakkrakkrak, nu breekt zelfs het voorsteven af.'
Ik scheur het laatste puntje van het geldbiljet, het hele bootje is weg. Ik vouw het briefje zo vér open dat het nog maar één keer dubbel is. Mijn gesprekspartner wacht.
'Kijk, twee armen en een halsgat, het is een trui!'
Dan ziet hij het. We lachen samen.
Stoer doen in jongerencentrum Simplon tegen een vriendelijke punker die je voor het eerst spreekt.
'Ik ga naar huis', zeg ik, verlegen nu. Ik heb nog nooit zomaar een briefje van tien verprutst.
Een paar dagen later vraagt mijn broer: 'Wil je deze poster afgeven bij dat huis op de hoek, naast het voetbalveld. Zij zouden er één ophangen.'
Als de deur open gaat, staat daar de jongen. We zijn allebei verbaasd.
‘Ik moest dit afgeven,’ zeg ik. Hij rolt de poster uit, het is het maandprogramma van Simplon.
'Woon je hier?', vraag ik.
'Tijdelijk, het is gekraakt. Kom je binnen?'
Ik kijk de gang in. Hij is aardig.
‘Nee,’ zeg ik, ‘ik ga verder, ik ben onderweg naar mijn vader, ik verhuis binnenkort naar Rotterdam.'
Inpakken, dozen sjouwen, schilderen, nieuwe studie, vrienden maken, wonen. Dan, na twee maanden, ligt er een blanco postkaart op de mat. De voorkant is leeg, op de achterkant staat rechts mijn adres, in een net, onbekend handschrift. Links staat:
Wil je met me trouwen? T.
_____________________________________________________________________________________
***** eerste versie
'Ik heb een stukje papier nodig', zeg ik.
'Ik heb een briefje van tien', zegt hij.
'Vind je dat niet zonde, daarna kun je het weggooien', vraag ik.
Hij schudt zijn hoofd: 'Ik wil dat verhaal horen.'
'Okay.'
Ik maak een hoedje van papier, duw, trek en laat hem dan zien: 'Dit is een schip.'
Hij knikt.
'Het schip gaat varen,' ik beweeg het bootje door de lucht. 'Nu moet het onder een brug door, maar de schipper vergeet de mast naar beneden te halen en dan: krak.'
Ik scheur de bovenkant van de boot.
'Balen, zegt de schipper, maar ik laat mij niet kisten, ik vaar gewoon door,' vertel ik.
Ik beweeg het bootje verder, golvend slaat het tegen zijn arm.
'Oh, botsing, het voorsteven breekt af.'
Ik scheur de voorste punt van de boot.
'Maar de schipper geeft niet op, hij heeft ook geen plek om heen te gaan, het schip is zijn thuis. Hij draait zijn schip om, de achtersteven is nu voorsteven. Het bootje zwalkt, zonder mast, beschadigd, door het water. Dan komt er een windvlaag, de boot slaat tegen de kade. Krakkrakkrak, nu breekt zelfs het voorsteven af.'
Ik scheur het laatste puntje van het geldbiljet.
'De schipper gaat van zijn schip en zegt: Wat heb ik nu nog over?'
Ik vouw het briefje zo vér open dat het nog maar één keer dubbel is. T. kijkt.
'Twee armen, een halsgat, het is een trui! zegt de schipper.'
Dan ziet T. het ook. We lachen samen.
Opscheppen in de kroeg tegen een jongen die je voor het eerst spreekt.
'Ik ga naar huis', zeg ik.
Een paar dagen later vraagt mijn broer: 'Wil je een pakje afgeven bij dat huis op de hoek, naast het voetbalveld.'
Als de deur open gaat, zie ik T. Ik geef het pakje maar ben verlegen. Ik heb nog nooit zomaar een briefje van tien verprutst.
'Woon je hier?'
'Tijdelijk, het is gekraakt.'
'Dit komt van mijn broer, hij vroeg me het te brengen. Ik wist niet dat het voor jou was.'
'Kom je binnen?', vraagt hij.
'Ik ga verder, ik ben onderweg naar mijn vader, ik verhuis volgende week naar Rotterdam.'
Twee maanden later ligt er een blanco postkaart op de mat. De voorkant is leeg, op de achterkant staat rechts mijn adres, in een net handschrift. Links staat:
Wil je met me trouwen? T.
Hoi EstherS, leuk dat je…
Lid sinds
8 jaar 1 maandRol
Hoi EstherS, leuk dat je meeschrijft! Het verhaal heeft wat stoers door de scene en tegelijk wat zachts door het spelletje, dat is een mooi contrast. Het stoere zit hem ook wel in het ritme van die openingszinnen: kort en hoekig.
Dit verhaal lijkt een fragment uit een langer verhaal. Dat komt doordat verschillende elementen niet worden 'opgelost': het pakje, de vader, de broer. Ook het aanzoek kwam voor mij onverwacht (afgezien van het feit dat het de opdracht is). Het verhaal bestaat inhoudelijk namelijk vooral uit de beschrijving van het spelletje en zegt weinig over de relatie tussen ik en T. Een dialoog is misschien te 'langzaam' om in 400 woorden van een eerste kennismaking tot een aanzoek te komen. Het lijkt me interessant om een kijkje in die krakerswereld te krijgen.
Dag EstherS, Dank voor je…
Lid sinds
4 jaar 8 maandenRol
Dag EstherS,
Dank voor je inzending. Ik vind dit een heel origineel beeld, een heel erg leuk verhaal. Hier zijn mijn tips.
Ik vind dat de tweede ontmoeting wel érg toevallig is. Misschien zou je dat beter aan kunnen kleden, zodat het iets aannemelijker wordt. Je hebt natuurlijk maar een beperkt aantal woorden, maar je zou een beetje van de vorige scène kunnen schrappen. Ondanks dat dit een erg leuke scène is, zou hij sowieso wel iets korter kunnen om meer balans in het verhaal te krijgen.
Het slot van het verhaal vind ik erg leuk en goed gevonden.
Ik hoop dat je iets aan mijn commentaar hebt!
Beste Esther, je verhaal…
Lid sinds
2 jaar 8 maandenRol
Beste Esther, je verhaal intrigeert me. Ondanks dat ik het eigenlijk niet echt kan volgen. Waar komt het aanzoek vandaan?
Hoi Esther, mooi verhaal en…
Lid sinds
5 jaar 7 maandenRol
Hoi Esther, mooi verhaal en in die zin graag gelezen, maar het aanzoek lijkt er nog even aangeplakt om aan de opdracht te voldoen.
Verder viel het me op dat je veel zinnen begint met ik + werkwoord (ik maak, ik beweeg, ik scheur, ik vouw). Daarin zou je voor mij wat meer mogen variëren.
Ik mis nog een eigen titel boven je verhaal.
Hi Kruidnagel, Anna, Elf en…
Lid sinds
6 jaar 7 maandenRol
Hi Kruidnagel, Anna, Elf en Fief, dank jullie wel voor de reacties, het is super dat jullie meelezen, en zo gevarieerd reageren.
400 woorden is weinig, maar jullie geven ook veel tips voor schrappen, en dan is er weer ruimte voor nieuwe tekst. Ik ga er even op broeden, wordt vervolgd.
Hoi Esther, Het…
Lid sinds
6 jaar 4 maandenRol
Hoi Esther,
Het afscheurspelletje is bekend. Ik zag eerder een huwelijksboot op de klippen lopen ;) Misschien als dat het geval was en hij troostte je, dan was het bruggetje naar het huwelijksaanzoek begrijpelijker. In het vervolg komt de relatie die ze krijgen niet goed uit de verf. Het huwelijksaanzoek is dan wel weer origineel.
Nou, het is voor mij vis…
Lid sinds
2 jaar 1 maandRol
Nou, het is voor mij vis noch vlees. Waar het huwelijksaanzoek vandaan komt ? Wie zal het zeggen. Wel grappig geschreven.
Ik sluit me aan bij…
Lid sinds
12 jaar 1 maandRol
Ik sluit me aan bij bovenstaande commentaren. Voor mij is het verhaal nog teveel in twee delen opgeknipt, die te weinig samenhang met elkaar lijken te hebben. Dat is wel jammer, omdat je wel een schrijfstijl hebt die tot een mooi n eenduidig verhaal kan leiden.
Hi Marion, o, grappig, dat…
Lid sinds
6 jaar 7 maandenRol
Hi Marion, o, grappig, dat je het hebt gezien in deze setting. Ik ken het niet. Ik ga nog wel even sleutelen aan de tekst.
Beste Schrijvenisfijn en…
Lid sinds
6 jaar 7 maandenRol
Beste Schrijvenisfijn en Hadeke, dank voor het lezen, ik ga aan de slag