Afbeelding
Sumit Mathur via Pexels
Sumit Mathur via Pexels
Nog voordat mijn debuutroman verscheen, dreigde een familielid een advocaat op me af te sturen. Ik was in eerste instantie vooral verbaasd. Het ging om een in mijn ogen weinig relevante passage die in mijn ogen juist was bedoeld de familie in kwestie neer te zetten als warm en gezellig. Ik had honderd passages aan kunnen wijzen waar iemand over kon vallen, maar niet deze. Mijn eigenzinnige grootvader, waarop het boek is gebaseerd, was bepaald geen lieverdje. Toch waren mijn moeder, ooms en tantes juist enthousiast over het concept dat ik hen had toegestuurd. Het gekwetste familielid kwam zelf niet eens in het boek voor, maar viel over een passage helemaal achter in het boek en trok daar conclusies uit waar ik nooit opgekomen zou zijn. Ze dreigde met een rechtszaak als ik het waagde dit manuscript te publiceren.
Na de verbazing kwamen de zorgen. Liep ik het risico op een rechtszaak? Ik speurde internet af en ontdekte ik dat er inderdaad wel eens auteurs voor de rechter zijn gesleept vanwege hun boek. In de meeste gevallen gaat het om beschuldigingen over het plegen van plagiaat, maar een enkele auteur moest voor de rechter verschijnen vanwege familieleden die zich herkenden in personages en of zich gekwetst voelden door wat een de auteur over hen schreef. Zo spande de moeder van Nicolien Mizee een kort geding aan tegen haar dochter vanwege Mizee’s boek De Porseleinkast.
De berichten op internet brachten enige geruststelling. Zo lang de auteur aannemelijk kon maken dat het om een fictief verhaal ging, hadden de klagers weinig kans, was mijn conclusie. Als de auteur beweerde de geschiedenis woord voor woord op waarheid te baseren, dan lag het anders. Ik moest dus zorgen voor een goede verantwoording in het boek waarin ik duidelijk maakte wat wel en niet verzonnen was. Ik onderzocht hoe andere auteurs dat aanpakken.
Eva Vriend schrijft over haar boek Het nieuwe land dat ze ‘dienstbaar wil zijn’ aan haar onderwerp, de ontstaansgeschiedenis van de Noordoostpolder. Zij begint haar verantwoording in het boek dan ook met: ‘Dit boek is gebaseerd op archiefonderzoek, literatuurstudie en interviews. Niets is verzonnen, al heb ik veelal mijn eigen woorden verkozen. Omdat ik alle getuigenissen zo veel mogelijk recht heb willen doen, is waarachtigheid daarbij telkens mijn streven geweest.’ Dat doet ze inderdaad voortreffelijk, maar voor de meeste andere boeken geldt dat de schrijver fictie heeft gebruikt om de personages echt tot leven te laten komen.
Dat doet bijvoorbeeld Arthur Japin in zijn historische roman Kolja. Het verhaal is gebaseerd op het leven en de dood van Pjotr Iljitsj Tsjaikovski. Vooral over de omstandigheden rond de dood van Tsjaikovski spreken de verschillende biografieën elkaar tegen. In zijn verantwoording bij dit boek schrijft Japin: ‘In deze roman heb ik geprobeerd, uitgaande van de nu bekende voorvallen en gegevens, de aanloop naar Tsjaikovski’s dood te reconstrueren zoals die mij het meest waarschijnlijk lijkt.’ Vervolgens schetst hij hoe anderen erover denken, gevolgd door de geraadpleegde bronnen.
Veel schrijvers vlechten in hun romans echt bestaande personages of historische gebeurtenissen. Zo gaat de roman Bloemblad van Zee van Isabel Allende over het einde van de Spaanse burgeroorlog en de vlucht van vele Spanjaarden naar het veilige Chili. Ook Lucinda Riley weeft historische feiten in elk deel van haar Zeven-Zussen-serie. En zelfs in een volledig verzonnen verhaal maakt een schrijver vrijwel altijd gebruik van waargebeurde elementen uit hun eigen leven. Haruki Murakami schrijft daarover in zijn boek Romanschrijver als beroep dat hij alle interessante details die hij leest, ziet of meemaakt opslaat in zijn geheugen om later bij het schrijven op te kunnen roepen. De personages in Murakami’s boeken zijn volgens de schrijver vaak opgebouwd uit karaktereigenschappen van werkelijk bestaande mensen.
De kans op gedoe is dus groter als schrijver claimt dat de roman waargebeurd is. Mijn debuutroman was niet woord voor woord waargebeurd. Ik heb het feitenmateriaal aangevuld met fictie om er echt een boeiend verhaal van de maken. In mijn verantwoording had ik uitgelegd wat wel en niet verzonnen was, maar dat was voor dat ene familielid niet voldoende. Daarom heb ik besloten namen en details in het manuscript te veranderen. Een onaangename klus, omdat ik gehecht was geraakt aan de personages onder hun echte naam, maar in dit geval vond ik dat beter dan een familieruzie door mijn boek.
Monique Bronkhorst heeft inmiddels twee romans op haar naam staan. De Gierenvallei (2021) en Lena (2016) verschenen beide bij uitgeverij Paris Books. In haar blog op www.boekjeopenoverschrijven.nl deelt zij haar ervaringen over het schrijven van romans.
Abonnees profiteren van extra voordelen.
Meld je aan voor de Schrijven Nieuwsbrief.
Elk nummer een nieuw schrijfthema.
55% korting voor abonnees van Schrijven Magazine!
Comments
Dank voor dit stukje. Het…
Dank voor dit stukje. Het…
Dank voor dit stukje. Het was iets wat ik mij ook afvroeg. Geen zin om mensen te kwetsen met een boek of verhaal wat je schrijft nadat je iets hebt gelezen wat je bezig blijft houden.