Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker

#318 Niet van deze tijd [Versie 3]

30 September 2020 - 19:54

Ze zeggen wel dat mijn archaïsch taalgebruik en klassieke liedvormen oude tijden doen herleven, maar blijkbaar ken ik mijn eigen krachten niet. Net vertolkte ik nog met mijn gitaar mijn rebelse liederen op het Plein, nu sta ik ineens in een schimmig verleden in een of andere siertuin. Wat nu? Een deel van het Binnenhof staat er nog – of moet ik zeggen: al? –, dus dat is tenminste vertrouwd, maar mijn eigen huis zal ver in het verschiet liggen. Waar slaap ik vannacht?
Ik tast naar mijn gitaarkoffer, maar grijp in het luchtledige. De koffer staat nog in de eenentwintigste eeuw. Mijn humeur wordt er niet beter op. Ik slaak een diepe zucht.
Ach, wat is de lucht heerlijk! Zo zuiver en fris! Het duizelt me. Ik zuig mijn longen vol.
“O, hallo!” Ik merk nu pas dat een stelletje mij met grote ogen aanstaart. Blijkbaar heeft mijn plotselinge verschijnen hun rendez-voustje verstoord.
“Minstreel Musonius, om u te dienen.” Ik neem met een zwier mijn hoed af en maak een buiging.
“Kunt u mij vertellen wanneer ik hier ben?”
Mijn beleefde begroeting neemt hun angsten weg. Ze spreken mij in hun Van-den-vos-Reynaerdetaaltje toe. Ik mis ernstig de annotaties.
Ze gebaren mij hen te volgen. Uit hun onderling gesmoes maak ik op dat ze Willem en Aleid heten. Wonen zij hier? Hun kleding verraadt een gegoede afkomst. Ze dirigeren mij naar een groep muzikanten. Ik begrijp de bedoeling, bedank hen en schaar me bij mijn vakgenoten. Willem gidst ons de Ridderzaal binnen, waar een groot feest aan de gang is. Een harpist vertelt me dat we voor graaf Albrecht van Beieren en genodigden optreden. Nooit van gehoord. Maar wat een schitterende plek om te spelen!
Ik kan het echter niet laten; als niemand kijkt, kras ik in een balk 'Leve de republiek!'

Oude versie

Heb ik weer. Sta ik met mijn gitaar liedjes te zingen, word ik ineens teruggeslingerd in de tijd. Heel onaangenaam. Mensen zeggen wel dat ik met mijn archaïsch taalgebruik en klassieke liedvormen oude tijden doe herleven, maar ik ken duidelijk mijn eigen krachten niet.
Wat nu? Net stond ik op het Plein, nu in een of andere siertuin. Ik zie wel het Binnenhof, dus dat is tenminste vertrouwd, maar mijn eigen huis zal ver in het verschiet liggen. Waar slaap ik vannacht?
Ik tast naar mijn gitaarkoffer, maar grijp in het luchtledige. Mijn koffer staat nog in de eenentwintigste eeuw. Mijn humeur wordt er niet beter op. Ik slaak een diepe zucht.
Ach, wat is de lucht heerlijk! Zo zuiver en fris! Het duizelt me. Ik zuig mijn longen vol.
“O, hallo!” Ik merk nu pas dat een stelletje mij met grote ogen aanstaart. Blijkbaar heeft mijn plotselinge verschijnen hun rendez-voustje verstoord.
“Menestreel Musonius, om u te dienen.” Ik neem met een zwier mijn hoed af en buig.
“Kunt u mij vertellen wanneer ik hier ben?”
Mijn beleefde begroeting doet hun spieren ontspannen. Ze spreken mij in hun Van-den-vos-Reynaerdetaaltje  toe. Ik mis ernstig de annotaties.
Ze gebaren mij hen te volgen. Uit hun onderling gesmoes maak ik op dat ze Willem en Aleid heten. Wonen zij hier? Hun kleding verraadt een gegoede afkomst. Ze wijzen mij op een groep muzikanten. Ik begrijp de bedoeling, knik hen toe en sluit mij bij hen aan. Willem gidst ons de Ridderzaal binnen, waar een groot feest aan de gang is. Van mijn vakbroeders leer ik dat we voor graaf Albrecht van Beieren en genodigden optreden. Nooit van gehoord.
Maar wat een schitterende plek om te spelen! Ik kan het echter niet laten; als niemand kijkt, kras ik in een balk 'Leve de republiek!'

Lid sinds

5 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
30 September 2020 - 23:44

Hoi Musonius, leuk verhaal, goed gevonden en met plezier gelezen. Heerlijk die rebelse zin op het eind.

Sta ik met mijn gitaar liedjes te zingen, word ik ineens teruggeslingerd in de tijd. --- Ik vind het jammer dat je dat al in de eerste zin prijsgeeft. Het is meteen tell. Van mij zou je mogen beginnen met "Mensen zeggen wel dat ik met mijn archaïsch taalgebruik ...".

Menestreel Musonius  --- ik dacht in eerste instantie dat je dit bewust of onbewust verkeerd geschreven hebt en je minstreel bedoelde, maar het blijkt zo geschreven te mogen. Weer wat geleerd.

doet hun spieren ontspannen.   ---  dit leest heel raar. Je bedoelt, denk ik, dat het stel in houding gespannen is en ontspant.

Van-den-vos-Reynaerdetaaltje   ---  geeft meteen weer hoe het klinkt. Goed gevonden. Of het ook zo gebruikt mag/kan worden weet ik niet, maar het is wel duidelijk.

Gi

Lid sinds

8 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
1 oktober 2020 - 0:28

Dag Musonius.  Boeiend verhaal. Ik ken hem ook niet maar zou het kunnen dat je voor graaf Albrecht IN Beieren en niet VAN Beieren bent opgetreden? Waarom? Onze Belgische koningin Elisabeth (van de beroemde internationale muziekwedstrijd) en echtgenote van onze koning Albert I, droeg onder meer de titel hertogin in Beieren.  Raar maar waar.
Ik had verwacht dat er enkele zinnetjes in het Middelnederlands zouden gesproken worden door de geliefden maar blijf op mijn honger zitten.  In het zinnetje 'Kunt u mij vertellen wanneer ik hier ben?' vermoed ik dat wanneer door waar moet vervangen worden.
 

Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
1 oktober 2020 - 2:52

@Fief

Dank voor je respons.

- Heerlijk die rebelse zin op het eind.
Dank, een kleine politieke daad van een held op sokken. ;-)

- Sta ik met mijn gitaar liedjes te zingen, word ik ineens teruggeslingerd in de tijd. --- Ik vind het jammer dat je dat al in de eerste zin prijsgeeft. Het is meteen tell. Van mij zou je mogen beginnen met "Mensen zeggen wel dat ik met mijn archaïsch taalgebruik ...".
Dat is dan een verschil in stijl/van opvatting denk ik. Ik hou ervan om met de deur in huis te vallen of meteen midden in een verhaal te zitten. Beginnen met een voorzichtige inleiding als "Mensen zeggen ..." vind ik niks. Het vestigt te veel de aandacht op de tijdsprong terwijl ik het graag als een terloopse opmerking wil doen klinken.

- Menestreel Musonius  --- ik dacht in eerste instantie dat je dit bewust of onbewust verkeerd geschreven hebt en je minstreel bedoelde, maar het blijkt zo geschreven te mogen. Weer wat geleerd.
Klopt, maar het is een kleine moeite om 'menestreel' in 'minstreel' te veranderen als mensen meer met die term bekend zijn. 'Minstreel Musonius' klinkt ook goed.

- doet hun spieren ontspannen.   ---  dit leest heel raar. Je bedoelt, denk ik, dat het stel in houding gespannen is en ontspant.
Ik zal zien hoe ik dit beter kan verwoorden.

- Van-den-vos-Reynaerdetaaltje   ---  geeft meteen weer hoe het klinkt. Goed gevonden. Of het ook zo gebruikt mag/kan worden weet ik niet, maar het is wel duidelijk.
Mag zo gebruikt worden; ik heb persoonlijk toestemming gegeven. ;-)

 

Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
1 oktober 2020 - 3:12

@Gi

Dank voor je respons.

- Ik ken hem ook niet maar zou het kunnen dat je voor graaf Albrecht IN Beieren en niet VAN Beieren bent opgetreden?
Nee. :-)
- Ik had verwacht dat er enkele zinnetjes in het Middelnederlands zouden gesproken worden door de geliefden maar blijf op mijn honger zitten.
Snap ik en wel aan gedacht, maar ik zou meteen door de mand vallen als ik het probeerde. Daarbij moet ik een beetje op mijn woorden passen (wat aantal betreft).
- In het zinnetje 'Kunt u mij vertellen wanneer ik hier ben?' vermoed ik dat wanneer door waar moet vervangen worden.
Ik weet precies wáár ik ben, maar niet wannéér. :-)

Lid sinds

5 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
1 oktober 2020 - 11:37

Dat is dan een verschil in stijl/van opvatting denk ik. Ik hou ervan om met de deur in huis te vallen of meteen midden in een verhaal te zitten. Beginnen met een voorzichtige inleiding als "Mensen zeggen ..." vind ik niks. Het vestigt te veel de aandacht op de tijdsprong terwijl ik het graag als een terloopse opmerking wil doen klinken.

Hoi Musionius, je hebt gelijk. Het is inderdaad een verschil in stijl en opvatting. Dat maakt het leuk om zoveel verschillende verhalen te lezen.
Toch spreek je jezelf naar mijn idee tegen. Je zegt eerst dat je met de deur in huis wil vallen, en dat doe je ook, maar dan zeg je dat je niet te veel de aandacht op de tijdsprong wil vestigen omdat je het liever als terloopse opmerking wil doen klinken. Dat is dus niet gelukt, want in de eerste zin zeg je al meteen dat je teruggeworpen bent in de tijd. Niet bepaald terloops.

 

Lid sinds

4 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
1 oktober 2020 - 19:54

Leuk verhaal Musonius.

Over het algemeen duidelijk nu. Alleen "..., maar ik ken duidelijk mijn eigen krachten niet." begrijp ik niet.

Goed gevonden dat jullie elkaar niet verstaan!

Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
1 oktober 2020 - 21:19

Dank, Katja!

- Alleen "..., maar ik ken duidelijk mijn eigen krachten niet." begrijp ik niet.
Niet? Dat vind ik vervelend om te horen, want ik hecht wel waarde aan deze tekst. Was het in de oude versie duidelijker?
Vinden meer mensen het onduidelijk?

Lid sinds

5 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
1 oktober 2020 - 23:06

Mensen zeggen wel dat ik met mijn archaïsch taalgebruik en klassieke liedvormen oude tijden doe herleven, maar ik ken duidelijk mijn eigen krachten niet.

Zoals ik het begrijp heeft de kracht van je muziek je naar het verleden gebracht. Je laat oude tijden herleven, maar blijkbaar zo krachtig dat je ook daadwerkelijk teruggaat in de tijd. 
(Daarom vind ik dit ook een mooie openingszin ;-) )
Voor mij was het wel duidelijk.

Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
3 oktober 2020 - 18:50

@ Quillaume,

Geen idee. De minstreel heeft zich inmiddels in zijn lot geschikt en trekt met zijn vakgenoten van hof naar hof.

Gi

Lid sinds

8 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
4 oktober 2020 - 13:36

Ik had het kunnen raden, Musonius, maar hoe raadde HaveeWee het en waarom zou je je er moeten voor schamen?

Lid sinds

5 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
4 oktober 2020 - 14:07

Hoi Gi, dat de hp in Den haag was, is niet zo moeilijk te raden. De straatmuzikant speelde op het Plein en zag het Binnenhof. Hij wordt door het stel dat hij tegenkomt naar de Ridderzaal geloodst.

Gi

Lid sinds

8 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
4 oktober 2020 - 16:41

Hi Fief, er zijn veel plaatsen met pleinen, binnenhoven en ridderzalen, hoor. Maar goed, Den Haag dus, waar ik overigens wel eens een tijdje verbleven heb (tijdens een steengoed Chopinfestival). Waar moeten de inwoners van die stad zich voor schamen, dan?

Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
4 oktober 2020 - 16:43

Gi, ik vrees dat mijn verhaal te veel op het Nederlands publiek geschoeid is. Natuurlijk zijn er meer Binnenhoven en er zullen ook meer pleinen zijn die Plein heten, maar dit tezamen in combinatie met de Ridderzaal, zal elke twijfel bij Nederlandse lezers wegnemen.
Het Binnenhof huisvest Neerlands parlement.
Het Plein was in de tijd waarin de minstreel terecht komt de Kooltuin, en bestond uit moes- en siertuinen.
De Ridderzaal (toen Grote Zaal, Ridderzaal is een romantisch verzinsel) is de plek waar op Prinsjesdag 'Leve de koning!' geroepen wordt, vandaar het ondeugende slotakkoord van mijn verhaal.
De ten tonele gevoerde figuren hebben daadwerkelijk bestaan.
In het verhaal zitten dus aardig wat aanwijzingen om met een beetje googlen redelijk nauwkeurig te kunnen bepalen waar en in welke tijd de minnezanger terecht komt, maar dit mag voor het verhaal geen enkel belang spelen.
Overigens, hoe dichter bij de waarheid, hoe beter de leugen. Hier sta ik op het Plein te zingen. :-)

Lid sinds

4 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
9 oktober 2020 - 10:17

Wat een leuk stuk! De laatste zin kwam voor mij een beetje uit het niets, maar na je uitleg waarin je de link legt snap ik hem. Met nog een extra zinnetje waardoor we in gedachten een beeld kunnen vormen van die zaal (bijvoorbeeld de vele balken), is dat nog net wat completer.
Verder heel mooi! Mooi taalgebruik en je wisselt fijn af tussen korte en langere zinnen.

Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
11 oktober 2020 - 8:50

Gi, mijn versie staat er (nog) niet tussen. Ik ben overigens nog niet tevreden met het refrein, dus dat wil ik graag eerst aanpassen voor het op cd en in druk komt.
Wist je overigens dat de oudste Nederlandse vertaling uit 1894 dateert? Staat ook niet op de website, Deze is geschreven door Johan Visscher (1872-1945).

Maar dit terzijde.