Lid sinds

4 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

schrijfopdracht #311 - ONTHULLINGEN (van aardbei tot treinrails)

11 augustus 2020 - 19:42

Het werd langzamerhand een obsessie voor Elan, hij klopte steeds vaker op de vloeren en tegen de muren in het voorbijgaan, want hij had de overtuiging dat er ergens in het huis een verborgen ruimte was.
Misschien had de de mevrouw in de oorlogsjaren een aantal Joodse onderduikers verborgen gehouden.
Dit was heel goed mogelijk, omdat het huis grensde aan de toenmalige Jodenbuurt van Amsterdam en het huis behoorlijk groot was, met meerdere verdiepingen.
Zelfs in het nabijgelegen Artis waren in de oorlogsjaren op de zolders van de bijgebouwen joodse onderduikers verborgen door het verzet.
Een andere mogelijkheid was dat zijzelf in het verzet had gezeten, en een stapel wapens in haar huis opgeslagen, of iets dergelijks.

Op een dag ging Elan helemaal naar het topje van het huis, waar de trap eindigde op een doodlopend stukje vloer.
Met een roestige grote schroevendraaier wrikte hij een vierkante plafondplaat los, die toegang gaf tot iets wat een soort zolder in een zolder was.
Elan was nieuwsgierig geworden en wilde graag een kijkje nemen, maar er was geen mogelijkheid om zonder zoldertrap daarboven te komen.
Hij had buiten op het kleine binnenplaatsje wel een houten keukentrapje tegen de muur zien staan, waarschijnlijk werd het vroeger gebruikt om de ramen op de begane grond te kunnen zemen.
Het trapje was volledig verweerd door de regen en de zon.
Hij zeulde het ding mee naar boven, naar het piepkleine overloopje aan het einde van de trap en positioneerde het zodanig dat hij met zijn hoofd in de verborgen zolderruimte kon kijken. Een klein raampje gaf voldoende licht om te zien wat zich allemaal daar bevond.

Een gouden zonnestraal sneed door de stoffige atmosfeer van de zolderkamer als een scheidslijn tussen goed en kwaad, als een straal licht uit de hemel in de schilderijen van Rembrandt.
Hij zag in een hoek een rieten wasmand staan, hij zag een paar verroeste schaatsen, een rol tapijt.

Er waren verschillende koffers gemaakt van soort stevig karton met messing beschermhoekjes druk beplakt met allerlei stickers.
De koffers bevatten louter modetijdschriften uit de jaren zestig. Lange en magere modellen showden gebreide mini rokjes. Ze hadden enorme zwarte hoge laarzen aan.
Maar de laatste koffer was gevuld met fotoalbums en administratie en persoonlijke bezittingen van de oude mevrouw beneden.
De foto's vormden een soort tijdslijn van de jaren 1900 tot 1970.
Een foto van de oude mevrouw als baby. Een foto met haar vader, ernstig kijkend, in zondags pak voor de fotograaf.

Hoeveel mensen uit dit fotoalbum waren nu nog in leven? In feite wordt elk fotoalbum uiteindelijk een Book of the Dead.
Hij bladerde door de albums in het karige licht op de zolder, toen zijn oog viel op een kleine zwart-wit foto waarin zij arm in arm met een militair in uitgaanstenue stond.
De foto was genomen ergens op een herfstige dag in het bos, op de achtergrond een klein station.
Het was aan de stijl van de mode en de auto's te zien, waarschijnlijk genomen in de jaren veertig.
Aha, dacht Elan,'Niets van ondergedoken joden in een geheime ruimte van het huis, zij had blijkbaar gekozen voor de andere kant. Achteraf gezien de verkeerde kant, maar wie ben ik om te oordelen?

Hij nam snel een aantal fotoalbums mee en nog een map documenten die hij nader wilde bestuderen.
Hij liet zich behoedzaam uit het trapgat zakken; zijn voeten zoekend naar het houvast van de ladder onder hem.
Het stapeltje documenten en fotoalbums liet hij naar beneden ploffen, zodat hij zijn handen vrij had.
Elan sloot de geheime toegangsopening van de zolder af en hij ging eerst de gevonden spullen naar beneden brengen.
Hij bracht alles in zijn kamer.
Elan dacht dat het beter was dat er niets te zien was van zijn activiteiten op het kleine zoldertje, zodat niemand vragen ging stellen over wat hij allemaal aan het zoeken was. Beter nu van niet.
Dus hij ging weer terug naar boven om ook het kleine keukentrapje op te halen.

Toen Elan met het houten trapje onder zijn arm op de eerste verdieping was aangekomen zag hij dat het licht in de badkamer aan was en hij hoorde het geruis van water.
De deur van de kamer van Misty stond op een kiertje.
Hij wilde doorlopen naar beneden, maar iets wat sterker was dan hemzelf deed hem iets anders doen.
Hij klapte het trapje uit vlak onder het raampje van de badkamer.
Voorzichtig en met bonzend hart ging hij treetje voor treetje een stapje hoger totdat hij naar binnen kon kijken.
Misty was zorgzaam haar haren aan het wassen, voorover gebogen en met gesloten ogen.

Haar ivoorkleurige huid was perfect en haar slanke lichaam was gracieus gebogen, soepel en sensueel als een levend schilderij van Amedeo Modigliani.
Elan kon niet anders dan ademloos toekijken, hij was alles vergeten om hem heen.
Ze had pronte, prachtige puntvormige borstjes met lieve roze tepeltjes.
Misty zocht tastend naar een handdoek en ze keek toevallig in de richting van het raampje, waardoor Elan een onverwachte schrikreactie maakte. Misty verstijfde voor een ogenblik toen ze twee starende ogen zag over de rand van het raamkozijntje, als het mannetje'Killroy Was Here', het graffiti-icoon uit WW II.
Zo staarden ze elkaar zo voor eindeloze seconden aan, als twee katten die elkaar tegenkomen in een steegje, totdat Misty met een boze klap de deur van de badkamer open gooide, zichzelf enigszins bedekkend met haar mintgroene badhanddoek en nog druipend van het douchen.
Ze opende de deur dusdanig bruusk, dat het trapje met Elan erop, werd omgeworpen, en Elan op pijnlijke wijze ter aarde stortte, en ook nog eens met zijn ledematen op hardhandige manier verstrikt raakte in het trapje.
Elan slaakte een kreet van pijn en schrik.

'Hallo, wat zijn we hier aan het doen? Dit is toch niet normaal! Sta je hier altijd op een trapje door het raam te koekeloeren naar iemand die aan het douchen is?'
'Sorry, sorry, ik was gewoon...', kermde Elan krimpend van pijn op de grond met zijn voet verstrikt in het nu gebroken trapje.
'Sorry, ja, nu zeg je sorry. Doet het pijn?,' zei Misty toch ietwat bezorgd.
Ze stond voor hem terwijl straaltjes water uit haar haren druppelden. Ze hield heel provisorisch een mintgroene handdoek voor haar naaktheid..
'Wat wou je zien? Wou je dit zien? Het is niks bijzonders
Het is gewoon een spleetje. Alle vrouwen ter wereld hebben dat, oké?'
'Wist je dat niet? Hier, is dit wat je wilt zien?'
En ze gooide haar handdoek opzij als een goochelaar voor het publiek met een Tadaa!-achtig zwierig gebaar.
'Nou, kijk dan!,' en Misty ging schrijlings boven hem staan en sperde haar yoni, de oorsprong van de wereld wijd open voor de ogen van de verbijsterde Elan.
Druppels water van haar warme natte huid vielen op zijn gezicht.

Beschaamd, betrapt, en gewond zat hij zachtjes te kermen.
'Sorry, sorry, ik was gewoon, ik was gewoon... Ik kwam gewoon voorbij.'
'Ja, heel gewoon, heel normaal.ja,' foeterde Misty. Iedereen komt met een trapje voorbij en iedereen gaat op een trapje door een raampje naar douchende meisjes zitten kijken, heel normaal ja.'
'Je bent gewoon een vieze, vieze, vieze, heel vieze viezerik. Ik wil je niet niet meer zien. Ik wil je niet meer spreken, Ok?'
Elan wilde eigenlijk het uitschreeuwen:'Het is niet wat je denkt, Misty. Het komt...jij maakt me gek. Ik denk aan je in de ochtend, in de middag,'s nachts.
Ik voel me zo goed als ik dichtbij je ben. Het voelt of mijn DNA anders gaat resoneren, heb je dan zelf niks gemerkt, het is niet wat je denkt!'
Maar Misty liep rustig naar haar kamer, een spoor van druppels achterlatend.
Elan's voet werd steeds pijnlijker en hij voelde voorzichtig of hij niets gebroken had.

De volgende dag stond Elan in het keukentje beneden met een kop koffie wat uit het raam te staren, toen Misty het huis binnenkwam met een tas boodschappen.
Ze keken elkaar aan, wachtend wie het eerst iets zou zeggen.
Het was Misty.
Misty zei: 'Wil je ook een aardbei? Ze zijn heerlijk zoet.'
Elan nam het vredesoffer opgelucht aan. De aardbei was inderdaad bijzonder smakelijk.
Misty zei, 'Ga zitten, ik moet eens even met je praten. Schrik maar niet, ik ga je niet verraden.

Het gaat over de oude mevrouw in de kamer hiernaast, die wij verzorgen. Er is iets meer, ik weet alleen niet wat.
Ze blijft maar steeds bepaalde dingen herhalen. En, wat voor ons belangrijk is, ze heeft het nu ook over haar zoon, dit betekent dat ze toch nog familie heeft.'
Elan was blij dat Misty geen woord repte over het beschamende tafereel van gisteren.
'Weet je,' zei Elan tegen Misty,'Ik heb gisteren op de zolder in de nok van het huis een paar interessante dingen gevonden.
Heel veel foto's en nog andere zaken. Ik kon het boven niet goed zien, dus ik wou alles eens rustig bestuderen met meer licht. Maar wat ik heb gezien, werpt misschien een heel ander licht op de mevrouw.
Ik zeg niet dat ze een NSB-er was, maar ik heb een foto gezien, waarbij ze blijkbaar de vriendin of misschien wel verloofde is van een Duitse officier.
'Op zich niet eens zo wereldschokkend, maar toch.'

'Mag ik die foto ook eens zien,' vroeg Misty.
Elan haastte zich naar zijn kamer om het desbetreffende fotoalbum te halen, blij dat hij was dat Misty op de oude en vertrouwde voet met hem praatte.
Hij wees de foto aan, een kleine zwart-wit foto met kartelrandjes, een vrolijk liefdespaar, poserend op een treinrails, die blijkbaar genomen was bij het Amsterdamse Bos, het was een toeristisch boemeltreintje, dat alleen in de zomer gebruikt werd. Blijkbaar waren ze een dagje erop uit.

Misty hield de foto in het juiste licht, focuste in en focuste weer uit, en zei toen lichtelijk opgewonden:'Moet je eens goed kijken! Als je goed kijkt heeft zij een klein buikje hier op de foto. En kijk hoe zij onbewust haar hand lichtjes op haar buik houdt, het onbewust beschermende, trotse gebaar van een zwangere vrouw. Zij is volgens mij zwanger op deze foto. Kijk maar eens goed.'

Elan had dit nog niet opgemerkt, en hij had ook niet het licht beschermende handgebaar gezien waar Misty op wees.

Lid sinds

5 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
11 augustus 2020 - 19:55

Hoi Simpelmanz, we mochten voor deze opdracht max 300 woorden gebruiken. In jouw verhaal zijn het er meer dan 2000.
Misschien kun je het inkorten tot 300. Let dan ook op je gebruik (of het ontbreken) van spaties en interpunctie. Dat maakt het lezen aangenamer.
Misschien kun je ook een originele titel verzinnen.

Groetjes, Fief.

Lid sinds

5 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
11 augustus 2020 - 21:01

Het is handiger om het in het titelvak te plaatsen. Dan zie je het ook in het overzicht, dus achter het nummer van de opdracht.

Lid sinds

5 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
12 augustus 2020 - 2:15

Hoi Simon, streng maar rechtvaardig :-) (hoop ik).
Dank je wel dat je mijn verhaal Bridgeavond gelezen hebt en OK vond. Daar ben ik heel blij mee.
Schrijven is vooral heel erg leuk en met de reacties van andere lezers ook erg leerzaam.
 

Lid sinds

4 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
12 augustus 2020 - 12:58

Een hele originele invulling van de opdracht! Inderdaad wel heel wat te lang, het zou juist een kunst zijn om dit in 300 woorden te beschrijven.

Qua schrijfstijl zou je nog iets meer mogen letten op 'show, don't tell'. Het verhaal leest een beetje als een beschrijving van de scènes en ik kom niet echt in de hoofden van de personages. Er zijn meerdere momenten waarbij je zintuiglijke waarnemingen kunt toevoegen om dat wel voor elkaar te krijgen: stokt zijn adem bijvoorbeeld als hij die foto ziet? gaat er een scheut van pijn door zijn ruggenwervel als hij valt? Door zulke gevoelens toe te voegen, ga ik me echt inleven in je personages en bouw ik een band met ze op!

Lid sinds

4 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
12 augustus 2020 - 18:04

Aan Annemieke,

 

Sowieso dank om de moeite te nemen om mijn verhaal te lezen, en een comment te geven.

Die inderdaad waar is: er moeten meer emoties en psychologie en meeleven in.

En niet een verhaal van iemand die op een zolder rondscharrelt en dingen beschrijft.

Ik ga u w werk ook bekijken.

Dus dank. Hier een gedicht van mij:

 

GAUW TEVREDEN

ik ben al gauw tevreden
je hoeft maar een beetje van me te houden
maar houd lang van me

ons kind hoeft niet per sé
te scoren op het veld
de deur piept, alles gaat een beetje kapot
je trapt op mijn beduimelde bril
en maakt de sleutels kwijt
we zien het door de vingers

je ruikt soms naar een nestje jonge katjes
die slapen in het hooi
een lichtstraal uit het diepst van de zon
die in april onder de juiste hoek
op je slapend gezicht valt
de kast, de vaas en het gordijn,
een mini Stonehenge vormend

alweer een nieuwe lente
toch weer, toch weer
nog steeds het leven wat geeft

 

Lid sinds

5 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
29 oktober 2020 - 1:10

Ik weet dat dit niet onder het proeflezen valt maar ik wou even vermelden dat dit gedicht inmiddels tussen mijn (Nederlandse ;) favorieten staat. Er zijn een paar korte zinnen die mij (los van de wellicht anders bedoelde context) erg aanspreken:

ons kind hoeft niet per se / te scoren op het veld

alles gaat een beetje kapot

je maakt de sleutels kwijt 

we zien het door de vingers

alweer een nieuwe lente

toch weer, toch weer


Dank voor het delen